Hoe krijg je ze mee? – vijf krachten om een verandering te laten slagen
- Annemarie Mars
Samenvatting hoofdstuk 1 t/m
Hoofdstuk 1. Vijf krachten om te werken aan verbinding
Een goede manier om de essente an de raag ‘Hoe krijg je ze mee?’ te erkennen, is door eerst te
kijken wat die essente niet is.
- Het meekrijgen an mensen is niet hetzelfde als het erkrijgen an draag lak.
Draag lak is een woord waarachter mensen die het lastg inden om aan te ge en dat ze moeite
hebben met de erandering, zich gemakkelijk kunnen erschuilen.
- Het meekrijgen an mensen is niet hetzelfde als ze zo er krijgen.
Bij een erandering raag je an mensen om los te laten wat ze hebben, terwijl ze nog niet weten wat
ze krijgen. Wanneer je iemand meekrijgt is het nog niet waarschijnlijk dat iemand er ook in geloof.
1.1 Verbinding is het streven
Maar wat is de essente dan wel? Het wordt aak ertaald naar de woorden ‘betrokkenheid’ en
‘ erbinding’.
Bij erbinding is het niet ereist dat mensen gelukzalig de erandering in ont angst nemen. Ze
hoe en het zelfs niet altjd leuk te inden en het hoef niet in hun eigen directe belang te zijn.
Kenmerk an iemand in erbinding: hij begrijpt de erandering, hij is bekwaam om het gedrag te
ertonen dat bij de erandering hoort en hij oelt zich erantwoordelijk oor zijn rol. Als aan deze
oorwaarden is oldaan, kan de erbinder aan de
hand an de situate inschaten wanneer het
gewenste gedrag nodig is.
Zie afeelding hierlangs
Je kunt erbinding herkennen aan wat iemand zegt, maar ooral aan wat hij doet.
Verbinding is een ge oel en het kenmerk an een ge oel is dat het niet af te dwingen is. als je het
opeist krijg je juist het tegeno ergestelde: de ander neemt dan juist afstand. Verbinding is de beste
manier om een erandering duurzaam te borgen.
Verbinding bij de ander wordt niet bewerkstelligd door jou, of door de andere eranderaars; het is
het resultaat an jouw persoonlijke afweging an de ander.
De afweging zal zich oor het eerst oordoen als duidelijk wordt dat er een erandering aan de orde
is. daarna kan de gemaakte keuze oortdurend herzien worden.
1.2 Ontkenning, weerstand en zelfonderzoek
gaan eraan vooraf
Reactes die mensen in een erandering doorlopen (ik ga mee,
ik geef het een kans, ik erzet me ertegen, ik twijfel nog, ik
erlaat deze organisate of ik doe alsof er niks aan de hand is)
worden ook wel ontkenning, weerstand, zelfonderzoek en
erbinding genoemd.
, In de afeelding hierlangs staan de reactes op een erandering.
De beschre en reactes zijn geen persoonskenmerken. Persoonlijkheid speelt een belangrijke rol in
hoe mensen op een erandering reageren.
De waarde an het model is dat het in alle eranderingen helpt om het grillige, erbale en non-
erbale gedrag an de ander te kunnen duiden om er olgens zo adequaat mogelijk op in te spelen.
Ontkenning
Iemand in ontkenning besef niet of nauwelijks dat er een erandering speelt die ook op hem an
toepassing is. De noodzaak of uitdaging an de erandering ziet hij niet.
Deze manier an reageren wordt ook wel onwetendheid, de comfort zone, schouders ophalen of
gelatenheid genoemd.
Weerstand
Ook wel tegenstand, erzet en wrij ingsenergie genoemd. Bij iemand in weerstand komt de
erandering binnen, en besef dat de organisate an A naar B gaat. Hierbij kan diegene worden
o ermeesterd door emotes.
Oorzaken van weerstand
- Weerstand kan ontstaan anuit twijfel aan de erandering. Mensen kunnen de oorzaak
betwijfelen, de gekozen oplossing bestrijden of de weg om daar te komen niet erstandig
inden
- On olledige informate. Dan hebben mensen terecht of onterecht het ge oel dat ze
afgesloten zijn an itale informate o er de erandering
- Angst en onzekerheid. Veranderingen die an buiten of an bo en komen, tasten de controle
aan die mensen o er hun werk hebben opgebouwd. Dat ge oel an controle erlies wordt
ersterkt als mensen rezen dat de erandering nadelig oor hen uit zou kunnen pakken.
- Tegengestelde belangen. De erandering wordt gezien als een erslechtering an iemands
werk, status, macht, beloning, werkplezier of werkdruk. Als de erandering als een sterke
achteruitgang wordt ge oeld, zal dat aak een hefige reacte losmaken.
- Wantrouwen tegen de eranderaar. Dit zal zich oordoen als mensen de mote en an de
eranderaars in twijfel trekken. Dit wordt doorgaans niet tegen de eranderaars zelf gezegd,
maar ooral in de wandelgangen.
- Er is sprake an falende interacte. Hierbij is de interacte met de ander misgegaan. Het
resultaat is dat mensen zich tegen de erandering keren.
- Onwennig. De nieuwe manier an werken kan onwennig oelen wanneer deze oor het eerst
wordt toegepast. De erandering kost tjd en energie en doorkruist het gewone werk.
- Verbouwingso erlast kan ook een bron an weerstand zijn
- Kinderziektes die opspelen bij de in oering an een erandering kunnen mensen tot razernij
drij en (nieuwe applicates die astlopen, nieuwe werkplek die nog niet goed is ingericht of
procedures die onhandigheden be aten). Weerstand op grond an kinderziektes kan zich
zeer direct en zelfs fysiek uiten.
- Zeer oud. Dit speelt op wanneer mensen al eerder een erandering hebben meegemaakt
waarin op een onhandige manier met de bo enstaande zaken an weerstand is omgegaan
zonder dat dit hersteld is.
Zelfonderzoek
Mensen in zelfonderzoek besefen dat er een erandering aan de orde is. Ofwel omdat ze die zelf
hebben aangedragen of omdat een eranderaar een snaar bij ze heef geraakt. Ze zien in dat ze zelf
aan zet zijn om die erandering tot le en te wekken. Maar ze zijn zoekende: ze kunnen de
erandering nog niet oluit doorgronden, zijn onzeker, hebben twijfels, oelen zich nog niet