In deze samenvatting worden voor het vak management en organisatie de volgende boeken samengevat:
- Groepsdynamica, Johnson&Johnson. H.6
- Doelen H.13
- Robbins H.2
Macht: het vermogen om de resultaten voor onszelf, voor anderen en de omgeving te beïnvloeden.
Macht kan destructee zijn en constructee. Macht is constructef als aan de volgende voorwaarden
wordt voldaan:
- De macht wordt gebruikt om de efectviteit van de groep te vergroten.
- Het machtsgebruik dient eerder het belang van anderen dan het eigenbelang.
- Het machtsgebruik vindt met instemming van de andere groepsleden plaats.
Destructeve werking: andere dwingen om dingen te doen en het eigenbelang staat voorop.
Dynamische interdependentebenadering van macht: de invloed van de groepsleden, in hun streven
naar de groepsdelen, die op elkaar uitgevoerd wordt is voortdurend aan verandering onderhevig.
Macht wordt dus hier als relatoneel verschijnsel gezien. Je hebt iemand nodig die de invloed
uitoefent en iemand die de invloed ondergaat.
Macht in competteve context – eigen voordeel eruit halen en ten koste van anderen succes boeken.
Macht in coöperateve context – machtsgebruik in dienst van de positeve gevolgen voor alle
betrokkenen en de efectviteit van de groep. (Gaat ervan uit; macht kan zich uitbreiden, macht moet
gedeeld worden, macht is tweerichtngsverkeer, macht is geen dwang, macht is asymmetrisch, macht
is gebaseerd op deskundigheid, competente en informatee.
Samenwerken betekent dat we de hulp van anderen nodig hebben om onze eigen doelen te kunnen
verwezenlijken en de macht hebben om de op hun eigen doelen gerichte strevingen van de anderen
te bevorderen of te dwarsbomen. Het realiseren van doelen is vaak alleen mogelijk als de
groepsleden hun krachten mobiliseren en bundelen. Vijf fasen:
1. Wat zijn je eigen doelen?
2. Wat zijn je relevante middelen?
3. Welke coalites heb je nodig? (Dus welke middelen heb je nog meer nodig en wie beschikt
hierovere.
4. Contractbesprekingen
5. De afspraken ten uitvoer brengen.
De benadering die zich richt op macht en overtuigingskracht:
- Aristoteles besteden veel aandacht aan de eigenschappen die een individu nodig heef om
anderen efectef te kunnen beïnvloeden en gaf adviezen voor het gebruiken van onze
overtuigingskracht. De eigenschappentheorie:
o Richt zich meer op contnuïteit dan op verandering
o Neemt aan dat complexe verschijnselen in onderdelen geanalyseerd kunnen worden
o Neemt aan dat ons huidige gedrag veroorzaakt wordt door genetsche en
ervaringsfactoren
o Legt het accent op het verklaren van waargenomen verschijnselen en niet zozeer op
het empirisch onderzoek van algemene theoretsche aannames.
- Sociale dominantetheorie
o Macht verkrijg je door sociaal dominant te zijn.
o Op compette gebaseerd
o Accent op groep hiërarchie
, o Door coalites en sociaal vaardig gedrag
o Het eigenbelang nastreven
o Geweld is (meestale niet acceptabel
Machtsbronnen:
- Beloningsmacht; we oefenen beloningsmacht uit over anderen als we positeve gevolgen aan
hun gedrag kunnen verbinden, of negateve gevolgen kunnen wegnemen.
- Bestrafngsmacht; we beschikken over bestrafngsmacht als we negateve gevolgen aan het
gedrag van anderen kunnen verbinden, of positeve gevolgen kunnen wegnemen.
- Legiteme macht; we beziten legiteme macht als de groepsleden geloven dat we invloed
over hen moeten uitoefenen omdat we een bepaalde posite in de groep of een organisate
innemen of een functe die specifeke verantwoordelijkheden met zich meebrengt vervullen.
- Reeerentemacht; we beschikken over referentemacht als anderen zich met ons identfceren
of net als wij willen zijn.
- Deskundigheidsmacht; we beschikken over deskundigheidsmacht als anderen ons
vaardigheden en competentes toeschrijven die hen kunnen helpen om hun doel te bereiken
en niet langs andere weg verkregen kunnen worden.
- Ineormatemacht; we beziten informatemacht als de andere groepsleden geloven dat wij
over gegevens beschikken die niet langs andere weg verkregen kunnen worden.
H.2 – 7S-model
Het 7s-model biedt elke manager een gedegen handvat om een organisate te beschrijven en te
analyseren. Het uitgangsunt van het 7s-model zijn de volgende samenhangende dimensies:
Alle dimensies zijn met elkaar verbonden. Hierdoor hebben ze ook allemaal invloed op elkaar. Dit kan
zowel negatef als positef zijn.
Harde s’en: strategie, structuur en systemen
Zachte s’en: staf, style, shared values en skills.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper 18kim. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.