Oefenvragen Strategie Radboud Universiteit
Examenstof: Slides/ content lectures + alle hoofdstukken (incl. readings) van boek “Strategy” Bob de
Wit 2017
Vraag 1
In reading 1.3, how successful leaders think, van R. Martin onderscheidt hij conventioneel en
integratief denken en de wijze waarin deze verschillen met betrekking tot het doorlopen van de
verschillende stappen in het besluitvormingsproces. Welk antwoord is kenmerkend voor het
integratief denken:
a. Zoeken naar minder voor de hand liggende, maar mogelijk relevante factoren
b. Het opdelen van vraagstukken in kleinere delen en deze afzonderlijk of opeenvolgend
behandelen
c. Het maken van afwegingen tussen beschikbare oplossingen
d. Het vermijden van het genereren van innovatieve oplossingen
Vraag 2
Om mensen in een organisatie een strategie te laten ontwikkelen en uitvoeren vraagt
uitwisseling van informatie, uitwisseling van ideeën, besluitvormingsprocedures,
communicatiekanalen, allocatie van middelen en het coördineren van activiteiten.
De vier generieke elementen van “strategic reasoning” kunnen verder worden onderverdeeld tot de
acht pijlers van het “strategy formation process”. Welke van de volgende activiteiten behoren tot de
pijler van het realiseren van de strategie?
a. action taking en performance control
b. performance control en mission setting
c. action taking en open selection
d. external assessment en internal assessment
Vraag 3
Deze vraag gaat over het logical incrementalism, reading 3.2. (Logical Incrementalism) van James
Quinn. Welk antwoord komt overeen met de kenmerken van het logical incrementalism bij het
formuleren van een strategie?
a. Een strategie is een plan waarin alle factoren een voor een worden meegenomen en is gebaseerd
op kwantitatieve en meetbare factoren.
b. Het formuleren van een strategie is een proces van dynamiek en machtsrelaties tussen personen
zonder systematische data-analyse.
c. Een strategie komt geleidelijk tot stand waarbij rekening wordt gehouden met de
dynamiek tussen personen om tot een holistisch optimum te komen.
d. Een strategie komt geleidelijk tot stand waarin niet alle factoren gelijktijdig
meegenomen kunnen worden om tot een holistisch optimum te komen.
Vraag 4
De titel van reading 4.1 luidt ‘Reengineering work: don’t automate, obliterate’. De auteur – Michael
Hammer – wil hiermee zeggen:
a. Het herontwerpen van werk gebeurt vaak door automatisering; dat heeft ingrijpende gevolgen
voor de medewerkers en leidt tot weerstand op de werkvloer. Automatisering is natuurlijk vaak wel
nuttig, maar het belangrijkste is het werk zelf
aantrekkelijker te maken.
b. Het herontwerpen van werk door middel van automatisering is zo ingrijpend, dat je
het beter stapsgewijs kunt aanpakken zodat de medewerkers de tijd hebben om de
benodigde vaardigheden en kennis op te doen.
c. Automatisering van werkzaamheden leidt in de praktijk wel tot aanpassingen in
werkwijze en procedures, terwijl de functies van de medewerkers gewoon hetzelfde
, blijven. Het is beter c.q. noodzakelijk ook de functies te herdefiniëren in
overeenstemming met de gewijzigde routines en procedures.
d. Herontwerpen door middel van automatisering gaat vaak niet ver genoeg. Als je alle
mogelijkheden van automatisering zou benutten zou je tot een veel
radicalere herziening van werkprocessen en functies van mensen komen en veel meer bereiken.
Vraag 5
Het verkrijgen van een concurrentievoordeel is belangrijk voor ondernemingen. Welke niveau van
strategie houdt zich voornamelijk bezig met het verkrijgen en behouden van het
concurrentievoordeel voor ondernemingen?
a. Functionele strategie
b. Business unit strategie
c. Concernstrategie
d. Netwerkstrategie
Vraag 6
In hoofdstuk 7 van De Wit & Meyer gaat het onder andere over het effect van
machtsverschillen tussen organisaties. Dat dit een belangrijk punt is werd onlangs nog weer eens
duidelijk. Ahold heeft besloten om geen diervriendelijk geproduceerd kalfsvlees meer af te nemen
van Alpuro, omdat men het niet eens kon worden over de prijs. Alpuro zet een belangrijk deel van
haar productie af via Ahold. Een woordvoerder van Ahold deelde mee dat door de toegenomen vraag
naar dit vlees de prijs omlaag moest, omdat Ahold zijn klanten een product van goede prijs/kwaliteit
wil aanbieden. Ahold is daarom uitgeweken naar een andere producent. Men gaf aan dat men hierbij
geen concessies doet aan de kwaliteit van het product.
Hoe zou u de relatie tussen Ahold en Alpuro willen kenmerken?
a. Een relatie van wederzijdse onafhankelijkheid.
b. Een relatie van wederzijdse afhankelijkheid.
c. Een relatie van gebalanceerde onafhankelijkheid.
d. Een relatie van ongebalanceerde afhankelijkheid.
Vraag 7
Welke uitspraak ten aanzien van de “industry leadership perspective” is ONJUIST?.
a. De industry leadership perspective komt overeen met een inside-out benadering, want
organisaties moeten uitgaan van de eigen sterktes (vaardigheden, competenties, resources) in plaats
van in te spelen op externe opportunities.
b. Hoe beter een bedrijf is in het ontwikkelen van nieuwe competencies en het neerzetten van
nieuwe standaarden, alleen of in samenwerking met anderen, des te meer invloed het zal hebben op
de richting waarin een industrie zich ontwikkeld.
c. Het bedrijf moet het intellectuele vermogen hebben om een visie te ontwikkelen over hoe haar
industrie er in de toekomst uit zal zien en deze te communiceren naar
anderen.
d. Bedrijven binnen een industrie passen zich niet at-random aan, maar doelbewust en zijn zo in staat
zich aan te passen aan de veranderingen in een industrie.
Vraag 8
Binnen de strategie wordt een onderscheid gemaakt tussen de missie van een onderneming en de
visie van een onderneming. Welke uitspraak is juist?
a. De visie geeft de toekomstige staat van de onderneming weer.
b. De missie geeft de toekomstige staat van de onderneming weer
c. De visie voorziet in de uitgangspunten voor de te maken strategische keuzes.
d. De missie voorziet in de doelstellingen die leidend zijn voor de te maken strategische keuzes
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper marcvdvinden. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.