Bijeenkomst 1, Wat is (werk)stress?
Psychosociale Arbeidsbelasting:
• Werkdruk
• Seksuele intimidatie
• Agressie en geweld
• Pesten
Wat verstaan we onder stres
• Fysieke aspecten van stress
• Psychologische aspecten van stress
• Beleving en interpretatie
• Omgeving (context)
Respons definitie – fysiologie van de stress = “stress is een niet-specifieke reactie van het
lichaam op iedere eis die aan haar wordt gesteld” (stress is reactie op prikkel of situatie =
responsdefinitie)
General Adaption Syndrome (GAS) -> algehele mobilisatie (Selye)
Adrenaline en Noradrenaline verhogen HF & BP Corticosteroiden leggen
spijsvertering stil Alarmfase, fase van weerstand en aanpassing en mogelijk uitputting
Fight or flight
• aanpassing na verstoring en daarna herstel
• tenzij overschreiding grens Vechten meestal
effectiever dan vluchten
• Focus van acute stress naar chronische stress
,Holmes & Rahe Life Event Scale
Omgevings definitie – life events
Stress komt voort uit situatie = omgevingsdefinitie
Studie ‘life events’ -> hoeveel punten gescoord? >300 levensveranderingen
-> meer problemen: Depressie, griep, leukemie, hartinfarct, psychiatrische stoornissen,
stress, etc.
Verschillen tussen mensen en interpretaties tellen niet mee Meer aandacht voor dagelijkse
‘beslommeringen’/’daily hassles’
,coping
“stress treedt op wanneer het individu niet opgewassen is tegen de eisen die de situatie
stelt”
1966 Lazarus: Psychological stress and the coping process.
• Niet levensgebeurtenis maar interpretatie
• Situatie is bedreigend
• Ermee omgaan lukt niet
In hoeverre is iemand in staat tot efficiënte coping (stresshantering).
Direct (actieve coping) of indirect (palliatieve coping) Ook nog: vermijden, sociale steun
zoeken en emoties uiten
Psychologische stressreactie
Verandering in stemming en gevoel
Neerslachtigheid, apathie, angst, boosheid, gespannenheid
Verandering in cognitieve vaardigheden
Concentratiegebrek, besluiteloosheid, vergeetachtigheid
Verandering in gedrag
Meer roken/drinken/eten, rusteloosheid, minder presteren, meer ongelukken maken
maar ook : lichamelijke klachten zoals hoofdpijn, buikpijn, eczeem, koortslip etc…
omgaan met stres Afhankelijk van persoonlijkheidsfactoren
• Stresshantering / coping
– actief , palliatief, vermijden, sociale steun en/of emoties uiten
• Waarnemingsstijl
– eigen competenties, invloed uitoefenen, optimisme
• Gedragsstijl
- Type A gedrag, prestatie-, machtsmotivatie
Doelen
• kent de werkwijze, inhoud en toetsing van het thema ‘stress en gezondheid’;
• kan de relatie tussen leefstijl en stressmanagement uitleggen;
• begrijpt de respons-, omgevings- en interactiedefinitie van stress;
, • kan uitleggen wat de invloed is van levensgebeurtenissen op het ontstaan van
stressreacties;
• kan de invloed van de persoonlijkheidsfactoren op het ontstaan van stressreacties
beschrijven;
(Lees Arbeid en Gezondheid hoofdstuk 7 intro en 7.1 en Lees Arbeid en
Gezondheidhoofdstuk 9 paragrafen 9.1.1 en 9.1.2 Belastbaarheid van de werknemer
(bladzijde 326- 338))
, Bijeenkomst 2, Ontstaan van stress – stressmodellen
Mensen brengen veel tijd op het werk door dus veel onderzoek vind plaats m.b.t. relatie
stress en functioneren op de werkvloer Wat maakt werk stressvol?
• Michigan stress model (Kahn et al, 1964)
• Demand-Control(-Support) Model (Karasek, 1979)
• Effort-Reward Imbalance Model (Siegrist, 1986)
Michigan Stress Model - Kaplan
Passen werknemer en werkomgeving bij elkaar? Modererende factoren
Modererende factoren
Persoonlijkheid:
• prestatiegericht, ambitieus
• Minder prestatie gericht, relaxed
Sociale steun:
• Groep mensen waarin iemand zich veilig en gesteund voelt
• Omgeving die ondersteuning biedt.
1. Brengt negatieve output in kaart (ziekte en verzuim)
2. Belangrijke rol ‘subjectieve’ gevoel van individu
3. Organisatie speelt geen rol