Hoofdstuk 1 – Ondernemingsvormen
1.1 – Bv
Bv’s worden ingezet voor velerlei activiteiten, zoals het behalen van winst of om
een pensioen op te bouwen. Art. 2:175 BW beschrijft de bv. Kenmerkend is dat
de bv een in een of meerdere overdraagbare aandelen verdeeld kapitaal heeft
(kapitaalassociatie/kapitaalvennootschap). Er dient minimaal één aandeel te
worden uitgegeven. Indien meerdere aandelen zijn uitgegeven mogen deze in
handen zijn van één persoon. De eenpersoons-bv is in het Nederlandse recht een
legaal verschijnsel.
Het aandeel kan de volgende functies vervullen:
middel om vermogen aan te trekken;
o Een aandeelhouder heeft een inbrengverplichting voor, in beginsel,
het bedrag ter grootte van het nominale bedrag van zijn aandelen.
zeggenschapsfunctie/stemrecht (art. 2:228 BW);
winstverdelingsfunctie (art. 2:216 BW) of dividend;
voor een aandeelhouder heeft het aandeel nog een functie: het is een
vermogensobject, omdat het aandeel voor overdracht vatbaar is.
Overdracht
Aangezien de bv besloten is, staan de door haar uitgegeven aandelen op naam
en kan overdracht in beginsel niet vrijelijk plaatsvinden, tenzij de statuten dit
laatste wel mogelijk maken. Een aandeelhouder dient zijn aandelen eerst aan te
bieden aan zijn medeaandeelhouders (art. 2:195 lid 1 BW). In de wet zijn
betrekkelijk uitvoerige voorschriften te vinden die aanduiden binnen welke
grenzen de vrije overdraagbaarheid in de statuten beperkt kan worden (art.
2:195 BW). Dit type voorschriften wordt blokkeringsregelingen genoemd.
Overdracht kan enkel plaatsvinden bij notariële akte (art. 2:194 BW). De
aandeelhouders worden opgenomen in een register (art. 2:194 BW).
Aansprakelijkheid
In beginsel zijn de aandeelhouders en bestuurders van een bv niet aansprakelijk
voor hetgeen in naam van de bv is verricht. Art. 2:175 BW bepaalt dit voor de
aandeelhouders.
Toepasselijke bepalingen
De bv wordt geregeerd door haar statuten. Bij de oprichting dienen de statuten
te worden vastgesteld (art. 2:177 BW) en zij liggen ter inzage bij de KvK (art.
2:180 lid 1 BW). In de statuten dienen minimaal de naam, de zetel en het doel
(omschrijving van het werkterrein) van de bv alsmede het aantal en het bedrag
van de aandelen te worden aangegeven. De wettelijke bepalingen zijn
neergelegd in onder meer:
art. 2:175-274 BW (speciale bv-bepalingen);
art. 2:1-5 BW (algemene Boek 2 bepalingen);
art. 2:308-333l BW (juridische fusie);
art. 2:334a-334ii (juridische splitsing);
art. 2:335-359 BW (geschillenregeling en het recht van enquête);
art. 2:360-446 BW (de jaarrekening en bestuursverslag); en
een aantal bijzondere wetten zoals de WOR en de Handelsregisterwet
2007.
Pagina 1 van 72
,1.2 – Nv
In tegenstelling tot de bv is bij het oprichten van de nv een startkapitaal van
€45.000 vereist (art. 2:67 lid 2 BW) en heeft de nv een in aandelen verdeeld
maatschappelijk kapitaal (art. 2:64 BW). Ook de nv is een kapitaalassociatie.
Het aandeel heeft dezelfde functies als bij de bv: aantrekken van vermogen (art.
2:80 BW), winstverdeling (art. 2:105 BW) en stemrecht (art. 2:118 BW).
Bij een nv hoeven de aandelen vanzelfsprekend niet op naam te zijn (dit mag
wel, art. 2:82 BW en zie art. 2:85 BW voor het bijhouden van een register in
dat geval). Een nv mag aandelen op toonder uitgeven die door hun aard vrij
overdraagbaar zijn.
De specifieke wettelijke bepalingen voor de nv zijn te vinden in art. 2:64-164
BW en de meeste bepalingen uit voornoemde opsomming bij de bv zijn ook van
toepassing op de nv.
1.3 – De maatschap en de vennootschap onder firma
De maatschap is een obligatoire, wederkerige overeenkomst tot samenwerking
van twee of meer personen en kan in beginsel vormvrij worden afgesloten. Het
doel is winstverdeling, aangezien de maatschap er op is gericht om door middel
van samenwerking vermogensrechtelijk voordeel te behalen dat aan de
vennoten toekomt. De opbrengsten worden volgens een in de
maatschapsovereenkomst opgenomen verdeelsleutel over de vennoten verdeeld.
Ieder van de vennoten is gehouden iets in te brengen, zoals een gebouw of
arbeid.
Samenvattend: een maatschap strekt tot een actieve samenwerking van de
maten (ook wel aangeduid als vennoten of compagnons) die erop gericht is om
door middel van hun inbreng voor gemeenschappelijke rekening voordeel te
behalen dat aan hen allen ten goede komt. De maatschap is geregeld in Titel 9
van Boek 7A BW (art. 1655-1688 BW).
Als de maatschap onder gemeenschappelijke naam een onderneming of bedrijf
uitoefent, gelden ook de bepalingen in art. 16-34 K. De maatschap wordt dan
een vof genoemd. De vof kent een hoofdelijke verbondenheid voor de vennoten
(art. 18 K), terwijl voor de gewone maatschap een minder streng
aansprakelijkheidsregime geldt: de vennoten zijn namelijk voor gelijke delen
aansprakelijk voor verbintenissen van de maatschap (art. 7A:1680 BW).
Personenassociaties of personenvennootschappen
In zowel de maatschap als de vof dienen de vennoten op voet van gelijkheid
samen te werken. Dit zal tevens dikwijls overleg impliceren, aangezien de
vennoten in beginsel gezamenlijk het beleid van de maatschap of vof bepalen.
Het samenwerkingsvereiste geeft de maatschap of vof, in tegenstelling tot de
meeste contracten, een duurzaam karakter. De verplichtingen uit de
vennootschapsovereenkomst lopen niet over en weer, maar evenwijdig, parallel.
Men zegt wel dat een maatschap of vof intuitu personae (dat wil zeggen omwille
van de persoon; hoogstpersoonlijk) wordt aangegaan. Om deze reden worden de
maatschap en de vof ook wel personenassociaties of personenvennootschappen
genoemd.
Vergelijking met bv’s en nv’s
De bv en nv zijn geen overeenkomsten, maar rechtsfiguren van geheel eigen
aard. Via het aandeel staan de aandeelhouders in een relatie tot de bv of nv.
Pagina 2 van 72
,Aandeelhouders van een nv of bv behoeven niet samen te werken op dezelfde
intensieve wijze als bij een personenvennootschap. Zij mogen dit uiteraard wel.
Men mag in de regel namelijk meer dan de wet voorschrijft. Wel moeten
aandeelhouders met elkaars belangen rekening houden (art. 2:8 lid 1 BW),
maar dit gaat minder ver dan de verplichting om samen te werken. De nv en de
bv zijn namelijk omwille van het geld aangegaan, intuitu pecuniae.
Aandeelhouders van met name de bv sluiten soms wel een samenwerkings- of
aandeelhoudersovereenkomst die onder andere verplicht tot het vaststellen van
een gezamenlijk beleid op het gebied van de financiering van de bv. Bij een
dergelijke bv zijn de aandeelhouders nauw betrokken en zo’n bv wordt ook wel
een joint venture genoemd.
Beroeps- of bedrijfsoefening
Maatschappen kunnen worden gebruikt voor de gezamenlijke uitoefening van
het beroep van bijvoorbeeld advocaat of chirurg. Zij doen dit dan voor
gezamenlijke rekening en verdelen zodoende winsten en verliezen. De inbreng
bestaat voornamelijk uit ter beschikking stellen van de arbeidskracht. Voor
bedrijvigheid, zoals loodgieters- of schildersbedrijven, is de vof de geschikte
rechtsvorm.
De beroeps- of bedrijfsuitoefening in het kader van een maatschap kan stil
plaatsvinden. In het geval van een stille maatschap blijkt naar buiten toe
doorgaans niets van de gezamenlijke beroeps- of bedrijfsuitoefening.
Het verschil tussen beroeps- of bedrijfsoefening is van belang, omdat voor de vof
een strenger aansprakelijkheidsregime geldt. De wet geeft geen omschrijving
van de begrippen. Beroepsuitoefening wijst volgens de verkeersopvattingen op
persoonlijke dienstverlening, waarbij de persoonlijke kwaliteiten van de
dienstverrichter voorop staan. De beroepsbeoefenaar wordt geacht het welzijn
van zijn cliënt te behartigen en kent meestal beroepsgeheim. Dit alles is in
mindere mate het geval bij dienstverlening in het kader van bedrijven.
Aan het onderscheid tussen beroep en bedrijf ligt een wat verouderde
maatschappijopvatting ten grondslag. Het onderscheid tussen beroep en bedrijf
is bovendien aan het vervagen. Onder andere speelt een rol dat
beroepsbeoefenaars bij het uitoefenen van hun beroep steeds meer gebruik
maken van de bv-vorm. Vrijwel alle grotere Nederlandse advocatenkantoren zijn
zelfs in een nv ondergebracht. De beroepsuitoefening vindt steeds meer
bedrijfsmatig plaats.
Toepasselijke wetgeving
Omdat de vennootschap een overeenkomst is, zijn in beginsel op de maatschap
en de vof ook de bepalingen uit Boek 6 BW over verbintenissen uit
overeenkomst van toepassing. Omdat een overeenkomst op haar beurt een
meerzijdige rechtshandeling is, kunnen ook bepalingen uit Boek 3 BW een rol
spelen. In art. 3:32-59 BW worden bijvoorbeeld algemene regels gegeven voor
rechtshandelingen.
De Handelsregisterwet 2007 is van toepassing en ook de WOR kan van
toepassing zijn. Let op het strenge inschrijfvoorschrift voor de vof in art. 29 K:
de vof wordt bij het achterwege laten van de inschrijving geacht te zijn
aangegaan voor alle zaken en voor onbepaalde tijd. Alleen een stille maatschap
die geen onderneming in stand houdt, hoeft niet in het handelsregister te
worden ingeschreven.
Pagina 3 van 72
, Verschillen maatschap en vof
Ieder van de vennoten is in beginsel bevoegd om namens de vof te handelen
(deze vertegenwoordigingsbevoegdheid wordt ontleend aan art. 17 lid 1 K).
Per vennoot kan deze bevoegdheid worden beperkt. Bij een maatschap mag een
vennoot in beginsel echter slechts namens de andere vennoten optreden, indien
deze hem daartoe een volmacht hebben gegeven (art. 7A:1679 BW). De reden
voor dit verschil is dat de wetgever de maatschap als een meer intern gerichte
samenwerkingsvorm beschouwt die minder gericht is op het afsluiten van
profijtelijke transacties met derden. Bij een maatschap kunnen de vennoten in
de regel op eigen naam transacties afsluiten, maar hiervan de economische
gevolgen bij de maatschap in rekening brengen (art. 7A:1676 lid 1 en 3 BW).
Voor schulden van de vof zijn alle vennoten hoofdelijk verbonden (art. 18 K).
Het aansprakelijkheidsregime voor de maatschap is in vergelijking met de vof
minder streng: art. 7A:1679 en 1680 BW bepalen dat de vennoten van een
maatschap in beginsel slechts voor gelijke delen verbonden zijn voor
vennootschapsschulden.
1.4 – De verschillen tussen nv/bv enerzijds en de maatschap/vof anderzijds
Verschil Nv/bv Maatschap/vof
Aansprakelijkh Aandeelhouders in beginsel Maatschap: gelijke delen
eid niet aansprakelijk voor (art. 7A:1680 BW)
hetgeen in naam bv/nv is Vof: hoofdelijk (art. 18 K)
verricht (art. 2:64/175
BW)
Jaarrekening Verplichting tot opmaken, Geen verplichting
vaststellen en openbaar
maken jaarrekening (titel 9
Boek 2 BW)
Opzeggen Aandeelhouder kan de Vennoot kan de
kapitaalvennootschap niet vennootschap verlaten
opzeggen, maar kan enkel
zijn aandeel overdragen
Organisatiestr AVA en bestuur zijn Vennoten besturen (dus geen
uctuur verplicht, RvC (art. duale organisatiestructuur)
2:140/250 BW) of
vergadering van bijzondere
groep aandeelhouders (art.
2:78a/189a BW) kan
worden toegevoegd
Duale organisatiestructuur
1.5 – Tussenvormen: commanditaire vennootschap en coöperatie
Cv
De cv is een samenwerkingsovereenkomst tussen een of meer gewone
(hoofdelijk aansprakelijke) vennoten en een of meer commanditaire vennoten.
Een commanditaire vennoot is tot niet meer gehouden dan het bedrag van zijn
inbreng (art. 20 lid 3 K), maar heeft wel recht op deel van de winst.
Pagina 4 van 72