Week 4: de week van de emotie en persoonlijkheid H8: Wat wij voelen
H9: Hoe wij op elkaar lijken
H8: Wat wij voelen
- Emoties zijn complexe patronen van lichamelijke en psychische veranderingen. Wat vooral
opvalt is een innerlijke beleving van bijv. vreugde, angst, boosheid of verdriet, die door een
bepaalde situatie wordt opgeroepen maar ook spontaan kan optreden. Bij emoties spelen
lichaamsfuncties, non-verbale communicatie en gedrag een grote rol.
- Emoties hebben een grote boodschapswaarde: kwaliteit en heftigheid van emoties, hoe
ernstig wij het gedrag van iemand anders moeten nemen, bijv. bij boosheid, walging of
verbazing.
- Charles Darwin claimde dat emoties universeel zijn (voor iedereen geldend), dat wil zeggen
dat mensen uit alle uithoeken van de wereld emoties op dezelfde manier uiten en dat over
de hele wereld vergelijkbare situaties deze emoties uitlokken.
- Er zijn 6 basisemoties (ook wel primaire emoties of aangeboren emoties): woede,
verbazing, afschuw, angst, vreugde en verdriet. Een combinatie van twee basisemoties noem
je een samengestelde emotie, bijv. vreugde en verbazing.
- Sociale of zelfbewuste emoties (ook wel secundaire emoties) ontstaan later dan de
basisemoties, zo tussen de 1,5 en 2 jaar. Dit wordt zo genoemd omdat ze pas ontstaan als
het kind besef heeft dat het uniek is en dat het zijn eigen gedrag veroorzaakt. Voorbeelden
hiervan zijn schuldgevoel, trots, schaamte, jaloezie etc.
- Elk cultuur kent regels voor het uiten van emoties, expressieregels: hoe en wanneer je
bepaalde emoties mag uiten. Bijv. mannen horen niet te huilen.
- De functies van emoties:
Overlevingskansen vergroten: emotie zet ons tot handelen tot actie
Communicatie en boodschapwaarde: elkaar begrijpen
Vergroten van verbondenheid: mensen zijn sociale wezens; gedeelde euforie bij een
voetbalwedstrijd, gedeeld verdriet bij begrafenis, iemand troosten bij verdriet
Op scherp zetten van lichaam en geest: leren van ervaringen
Emotie zorgt voor een staat van opgewondenheid van het lichaam: Arousal: de graad
van mentale alertheid of bewustzijn (toestand waarin de zintuigen van iemand
openstaan voor invloeden van buitenaf.
, Aan emoties zijn 4 aspecten te onderscheiden:
Gebeurtenis of situatie die de emotie uitlokt
1. Emotie wordt door een gebeurtenis/situatie uitgelokt.
Ongeleerde emotionele situatie of stimuli: automatische reactie of reflex
Bijv. schrikken als je stoel doorzakt, ineen krimpen bij pijn, verzorgend gedrag bij
huilende baby’s, schrikken bij bliksem
Geprepareerdheid: associaties die makkelijk worden geleerd
Bijv. bang worden van boze gelaatsexpressies en aanstaren
- Öhman toonde dit aan door het klassiek conditioneren: men is sneller
geconditioneerd (= na een prikkel een reactie tonen) voor een slang, dan voor een
bloem of paddenstoel
- Operant conditioneren: de gevolgen bepalen of het gedrag vaker gaat voorkomen
Bijv. door straffen of een kind bang voor honden vanwege de angst van de ouder
Of als een kind door te schreeuwen zijn zin krijgt, zal hij dit gedrag vaker vertonen`
Als een kind ziet dat andere kinderen door te schreeuwen hun zin krijgen, dan zal hij dit
nadoen (model-leren).
Lichaamsaspecten van een emotie:
2. Emoties hebben altijd lichamelijke kenmerken
Autonome reacties: onwillekeurig, zonder na te denken of het te kunnen remmen, denk
aan hartslag, bloeddruk, ademhaling, transpireren. Je lichaam reageert eerder dan jij de
emoties ‘voelt’ (automatische taxatie).
Bijv. iets uitspugen en er daarna van walgen, of bij botsing remmen en dan pas schrikken
Hormonale veranderingen
adrenaline: brengt lichaam in een toestand van oplettendheid
dopamine: ervaren van genot
oxytocine: ‘knuffelhormoon’, bevordert binding bijv. bij moeder en kind
3. Emoties gaan gepaard met gedrag en handelen
4. Emoties gaan gepaard met een gevoel
De James-Lange-theorie beweert dat emoties optreden als gevolg van het ervaren van een
lichamelijke reactie. Bijv. ik ben blij omdat ik lach, ik ben bang omdat ik ren, ik ben droevig
omdat ik huil, ik ben boos omdat ik sla, ik ben angstig omdat ik beef.
↔ We kunnen emotioneel worden door een herinnering. Dit is niet lichamelijk.
Vecht-of-vluchtreactie: autonome lichamelijke reactie die het lichaam voorbereidt om in
een situatie te vechten of te vluchten (of te verstijven). Fight, flight, freeze.