100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting PB0502 - Inleiding in de gezondheidspsychologie €5,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting PB0502 - Inleiding in de gezondheidspsychologie

27 beoordelingen
 1440 keer bekeken  254 keer verkocht

Een goed verzorgde samenvatting van het vak Inleiding in de gezondheidspsychologie (PB0502). De samenvatting heeft een overzichtelijke vormgeving, bevat relevante afbeeldingen en tabellen uit het boek en is in goed Nederlands geschreven. De samenvatting volgt de lijn van yOUlearn, maar betreft voor...

[Meer zien]
Laatste update van het document: 5 jaar geleden

Voorbeeld 10 van de 150  pagina's

  • Nee
  • Alle tot de cursus behorende hoofdstukken (vrijwel het gehele boek)
  • 9 oktober 2019
  • 26 november 2019
  • 150
  • 2019/2020
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (44)

27  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: fleurkemoeskops • 2 maanden geleden

review-writer-avatar

Door: mariettebleumink • 1 maand geleden

review-writer-avatar

Door: sarahspiltijns • 4 maanden geleden

review-writer-avatar

Door: saartjekoning • 10 maanden geleden

Een fijne, duidelijke en overzichtelijke samenvatting. Het is logisch geschreven, waardoor je de stof ook echt kunt begrijpen in plaats van puntsgewijs. Tentamen gehaald met een 7 , thanks! :)

review-writer-avatar

Door: girlyster • 10 maanden geleden

review-writer-avatar

Door: lotte9291 • 1 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: tvtamara51 • 1 jaar geleden

Bekijk meer beoordelingen  
avatar-seller
jasmits
Samenvatting
PB1602
Inleiding in de gezondheidspsychologie
Hans Smits

,Toelichting
In deze samenvatting volg ik de lijn van de tekst in yOUlearn van de cursus Inleiding in de
gezondheidspsychologie (PB0502). De samenvatting betreft vooral het boek van E.P. Sarafino
& T.W. Smith (2014), Health Psychology. Biopsychosocial Interactions, 8th ed. Hoboken: Wiley.
De in deze samenvatting gebruikte afbeeldingen zijn uit de digitale versie van de 7e editie, die
vrij op internet verkrijgbaar is. De steunkleur van de afbeeldingen wijkt hierdoor af. Als in de
samenvatting wordt gesproken over ‘hij’ of ‘zijn’, wordt ook ‘zij’, of ‘haar’ bedoeld.

Uitleg van de gebruikte kleuren:
Belangrijk begrip of definitie
Ziekten en aandoeningen
Afbeelding
Casus
Tabel of box
Stof uit yOUlearn en extra leerstof

2

,Inhoud
Thema 1 – Inleiding en achtergrond .......................................................................................... 7
1.1 Psychologie en gezondheid – een overzicht .................................................................... 7
1. Een overzicht van psychologie en gezondheid .............................................................. 7
1.1 Wat is gezondheid? .................................................................................................. 7
1.2 Historische gezichtspunten: fysiologie, ziekteprocessen en de geest ..................... 8
1.3 Voorzien in een behoefte: de rol van psychologie bij gezondheid .......................... 9
1.4 Hedendaagse perspectieven op gezondheid en ziekte.......................................... 12
1.5 Verwante wetenschapsgebieden ........................................................................... 15
1.2 Het menselijk lichaam .................................................................................................... 16
2. Fysieke systemen van het lichaam ............................................................................... 16
2.1 Module 1: het zenuwstelsel ................................................................................... 16
2.2 Module 2: het endocriene stelsel .......................................................................... 20
2.3 Module 3: het spijsverteringsstelsel ...................................................................... 21
2.4 Module 4: het ademhalingsstelsel ......................................................................... 23
2.5 Module 5: het hart- en vaatstelsel ......................................................................... 23
2.6 Module 6: het immuunsysteem ............................................................................. 26
1.3 Interventiecyclus – Casus Moniek .................................................................................. 29
Theorie interventiecyclus ................................................................................................. 29
Inleiding ........................................................................................................................ 30
Uitleg model Interventiecyclus .................................................................................... 30
Casus Moniek ................................................................................................................... 33
Thema 2 – Stress, ziekte en coping .......................................................................................... 39
2.1 Stress – betekenis, impact en bronnen .......................................................................... 39
3. Stress – betekenis, impact en bronnen ........................................................................ 39
3.1 Het ervaren van stress............................................................................................ 39
3.2 Biopsychosociale aspecten van stress.................................................................... 41
3.3 Bronnen van stress tijdens ons leven..................................................................... 44
3.4 Het meten van stress.............................................................................................. 46
3.5 Kan stress ook goed zijn? ....................................................................................... 48
2.2 Stress, biopsychosociale factoren en ziekte................................................................... 48
4. Stress, biopsychosociale factoren en ziekte................................................................. 48
4.1 Psychosociale stressfactoren ................................................................................. 48
4.2 Hoe stress de gezondheid beïnvloedt .................................................................... 56
4.3 Psychofysiologische aandoeningen ........................................................................ 59
4.4. Stress en hart- en vaatziekten ............................................................................... 60
4.5 Stress en kanker ..................................................................................................... 61
2.3 Omgaan met stress......................................................................................................... 62
5. Coping met en verminderen van stress ....................................................................... 62
5.1 Coping met stress ................................................................................................... 62
5.2 Verminderen van de vatbaarheid voor stress ........................................................ 64
5.3 Verminderen van stressreacties: stressmanagement ............................................ 65
5.4 Gebruik van stressmanagement voor coronaire risicoreductie............................. 68
Thema 3 – Gezondheid, gedrag en preventie .......................................................................... 70
3.1 Gezondheidsgerelateerd gedrag en gezondheidsbevordering ...................................... 70
6. Gezondheidsgerelateerd gedrag en gezondheidsbevordering .................................... 70

3

, 6.1 Gezondheid en gedrag ........................................................................................... 70
6.2 Wat bepaalt iemands gezondheidsgedrag? ........................................................... 72
6.3 Ontwikkelings-, gender- en socioculturele factoren .............................................. 76
6.4 Gezondheidsprogramma’s ..................................................................................... 76
Lechner et al. (2012). Determinanten van gedrag ........................................................... 79
4.4 De meest gebruikte theorieën en modellen .......................................................... 79
4.5 Sociaalcognitieve gedragsverklaringsmodellen ..................................................... 80
3.2 Het terugdringen van gebruik en misbruik van verslavende stoffen ............................. 84
7. Middelengebruik en -misbruik ..................................................................................... 84
7.1 Misbruik van middelen ........................................................................................... 84
7.2 Roken ...................................................................................................................... 86
7.3 Alcoholgebruik en -misbruik .................................................................................. 88
7.4 Gebruik en misbruik van drugs............................................................................... 90
7.5 Vermindering van middelengebruik en -misbruik ................................................. 91
3.3 Voeding, gewichtscontrole, lichaamsbeweging en veiligheid ....................................... 95
8. Voeding, gewichtscontrole en dieet, beweging en veiligheid ..................................... 95
8.1 Voeding................................................................................................................... 95
8.2 Gewichtscontrole en dieet ..................................................................................... 98
8.3 Beweging .............................................................................................................. 102
8.4 Veiligheid .............................................................................................................. 104
3.4 Motiverende gespreksvoering ..................................................................................... 105
Thema 4 – Fysieke symptomen – pijn en ongemak ............................................................... 108
4.1 De aard en symptomen van pijn .................................................................................. 108
11. De aard en symptomen van pijn .............................................................................. 108
11.1 Wat is pijn? ......................................................................................................... 108
11.2 Theorieën van pijn .............................................................................................. 110
11.3 Biopsychosociale aspecten van pijn ................................................................... 112
11.4 Meten van pijn ................................................................................................... 114
11.5 Pijn bij kinderen .................................................................................................. 116
4.2 Omgaan met en controleren van pijn .......................................................................... 117
12. Omgaat met en controleren van klinische pijn ........................................................ 117
12.1 Klinische pijn ....................................................................................................... 117
12.2 Medische pijnbehandelingen ............................................................................. 118
12.3 Gedrags- en cognitieve methoden voor de behandeling van pijn ..................... 119
12.4 Hypnose en interpersoonlijke therapie ............................................................. 121
12.5 Fysieke en stimulatietherapie ............................................................................ 122
12.6 Pijnklinieken ....................................................................................................... 123
Thema 5 – Ziekte en medische zorg ....................................................................................... 124
5.1 Het gebruik van de gezondheidszorg ........................................................................... 124
9. Het gebruik van de gezondheidszorg ......................................................................... 124
9.2 Waarnemen en interpreteren van symptomen ................................................... 124
9.3 Gebruik en misbruik van de gezondheidszorg ..................................................... 125
9.4 De relatie tussen patiënt en gezondheidszorgwerker ......................................... 127
9.5 Volgzaamheid: opvolgen van medisch advies ...................................................... 128
9.6 Focus op preventie ............................................................................................... 131
5.2 In het ziekenhuis........................................................................................................... 131
10. In het ziekenhuis: omgeving, procedures en effecten op patiënten ....................... 131

4

, 10.2 Opname in het ziekenhuis .................................................................................. 131
10.3 Emotionele aanpassing in het ziekenhuis .......................................................... 132
10.4 Hoe gezondheidspsychologen opgenomen patiënten ondersteunen ............... 134
10.5 Als de ziekte terminaal is.................................................................................... 135
5.3 Omgaan met chronische en levensbedreigende aandoeningen ................................. 137
13. Ernstige chronische ziekten: oorzaken, behandeling en coping .............................. 138
13.1 Aanpassing aan een chronische ziekte............................................................... 138
13.2 Impact van verschillende chronische aandoeningen ......................................... 139
13.3 Psychosociale interventies bij mensen met chronische aandoeningen ............ 145
14. Hartaandoeningen, beroerte, kanker en aids: oorzaken, behandeling en coping .. 146
14.1 Coping met en aanpassing aan ziekte met hoge sterfte .................................... 146
14.2 Hartaandoeningen.............................................................................................. 147
14.3 Beroerte.............................................................................................................. 147
14.4 Kanker................................................................................................................. 147
14.5 Aids ..................................................................................................................... 148
14.6 De achterblijvers: het leven gaat door ............................................................... 148




5

,6

,Thema 1 – Inleiding en achtergrond

1.1 Psychologie en gezondheid – een overzicht

Gezondheidspsychologie is een relatief nieuw gebied binnen de psychologie. De gezondheids-
psychologie houdt zich bezig met de relatie tussen psychische, biologische en sociale factoren
enerzijds en gezondheid en ziekte anderzijds. In dit gedeelte maakt u kennis met de basiscon-
cepten en begrippen uit de gezondheidspsychologie en verdiept u zich in de ontstaansgeschie-
denis van de gezondheidspsychologie.

1. Een overzicht van psychologie en gezondheid

1.1 Wat is gezondheid?

We denken bij gezondheid meestal aan de afwezigheid van (1) signalen dat het lichaam niet
goed functioneert, of van (2) subjectieve symptomen van ziekte of letsel. Maar er is een pro-
bleem met deze omschrijving.

Een ziekte-gezondheidscontinuüm
Gezondheid en ziekte zijn niet helemaal van elkaar te scheiden – ze overlappen elkaar. Er zijn
verschillende gradaties van gezondheid en ziekte. Volgens de medisch-socioloog Antonovsky
moeten we deze concepten als de uiteinden van een continuüm beschouwen. Hij stelde ook
voor om meer aandacht te geven aan datgene waardoor we gezond blijven. Afbeelding 1 pre-
senteert een schematisch ▌ziekte-gezondheidscontinuüm.




Afbeelding 1 - Ziekte-gezondheidscontinuüm


We gebruiken de term ▌gezondheid in de betekenis van een positieve toestand van fysiek,
mentaal en sociaal welbevinden, die langs een continuüm varieert.

Ziekte nu en in het verleden
Mensen in ontwikkelde, geïndustrialiseerde landen leven gemiddeld langer dan in het verle-
den en lijden aan andere ziekten. In de 17e, 18e en 19e eeuw stierven mensen vooral als gevolg
van slechte voeding en ▌infectieziekten. In grote delen van de wereld zijn infectieziekten nog
steeds een belangrijke doodsoorzaak. In de 19e eeuw verschenen nieuwe ziekten, waarvan
tuberculose of ‘tering’ de belangrijkste was. Maar aan het einde van de 19e eeuw daalde het
aantal doden als gevolg van infectieziekten sterk. Daaraan droeg de medische vooruitgang
enigszins bij, maar de belangrijkste oorzaak van de daling ligt bij preventieve maatregelen,
7

,zoals een betere hygiëne, bij betere weerstand door betere voeding en bij innovaties op het
gebied van publieke gezondheidszorg.
De 20e eeuw liet grote veranderingen in ziektepatronen zien. Het aantal doden als gevolg van
levensbedreigende infectieziekten nam af en de gemiddelde levensverwachting steeg enorm.
Mensen overlijden ook door andere oorzaken. In ontwikkelde landen vormen ▌chronische
ziekten, oftewel degeneratieve ziekten, het grootste gezondheidsprobleem en de belangrijk-
ste doodsoorzaak. Wereldwijd zijn chronische ziekten de oorzaak van de helft van het aantal
sterfgevallen. De reden dat deze ziekten een veel groter aandeel in het sterftecijfer hebben
ligt hierin dat het leven van mensen er heel anders uit ziet. Mensen leven veel langer en heb-
ben daardoor een grotere kans een chronische ziekte te krijgen. De groei van de
industrialisatie bracht ook meer stress en blootstelling aan gevaarlijke stoffen mee. Het aantal
chronische ziekten stijgt vooral in lagelonen- of ontwikkelingslanden. Voor de komende de-
cennia wordt verwacht dat het aantal doden als gevolg van infectieziekten verder afneemt en
het aantal doden als gevolg van hart- en vaatziekten, tabak-gerelateerde ziekten en aan obe-
sitas gerelateerde ziekten (zoals diabetes) stijgt.
De belangrijkste doodsoorzaken in de kindertijd en puberteit verschillen sterk van die in de
volwassenheid. Bij kinderen en pubers zijn het ongelukken en voor 15- tot 24-jarigen zijn het
moord, zelfdoding, kanker en hart- en vaatziekten.

1.2 Historische gezichtspunten: fysiologie, ziekteprocessen en de geest

Op de vraag of ziekte louter een fysieke conditie is en of de geest ook een rol speelt, zijn in de
loop van de geschiedenis verschillende antwoorden gegeven.

Vroege culturen
Hoewel we het niet zeker weten, bestaat het vermoeden dat de meest ontwikkelde mensen
duizenden jaren geleden geloofden dat fysieke en mentale ziekten werden veroorzaakt door
mystieke krachten, zoals boze geesten. Dat valt bijvoorbeeld af te leiden uit vondsten van ge-
trepaneerde schedels.

Het oude Griekenland en Rome
Hippocrates, de vader van de geneeskunde, bedacht de humorale theorie van ziekte, geba-
seerd op de gedachte dat het lichaam vier sappen bevat. Als die in balans zijn, verkeren we in
een gezonde toestand. Griekse filosofen, en vooral Plato, stelden dat lichaam en geest afzon-
derlijke entiteiten zijn. Dit bleef meer dan duizend jaar de heersende opvatting. Vandaag de
dag worden lichaam en geest nog steeds als afzonderlijke concepten gezien, maar wordt wel
de vraag gesteld of ze onafhankelijk van elkaar functioneren. De kwestie van hun onderlinge
relatie wordt het ▌geest/lichaam-probleem genoemd. Galenus, een gerespecteerd arts uit de
2e eeuw, geloofde ook in de humorale theorie en de scheiding van lichaam en geest, maar
kwam ook met nieuwe ideeën. Zo ontdekte hij dat ziekten in specifieke lichaamsdelen geloka-
liseerd kunnen worden en dat verschillende ziekten verschillende effecten hebben.

De Middeleeuwen
Na de ineenstorting van het Romeinse Rijk in de 5e eeuw ging de vooruitgang in kennis en
cultuur veel langzamer en bleef die ook in de Middeleeuwen achter. De kerk was van invloed
op de vertraging van de ontwikkeling van medische kennis. De kerk zag de mens als een schep-
sel met een ziel en een vrije wil, dat niet mocht worden onderworpen aan wetenschappelijk

8

,onderzoek. Ook het geloof in demonen nam weer sterk toe. Pas in de 13e eeuw kwam er weer
ruimte voor nieuwe ideeën ten aanzien van het geest/lichaam-probleem. De filosoof Thomas
van Aquino verwierp het idee van een scheiding van lichaam en geest.

De Renaissance en daarna
In de 14e en 15e eeuw deed zich een wedergeboorte van onderzoek, cultuur en politiek voor.
Geleerden gingen mensen meer en God minder in het middelpunt stellen. Zo bereidden zij de
weg voor de belangrijke veranderingen tijdens de wetenschappelijke revolutie na 1600. Des-
cartes was waarschijnlijk de meest invloedrijke filosoof. Hij zag, net als de Grieken, geest en
lichaam als afzonderlijke entiteiten, maar kwam met drie belangrijke vernieuwingen. Ten eer-
ste zag hij het lichaam als een machine en beschrijft hij hoe mechanismen achter handelen en
zintuiglijke gewaarwording zich voltrokken. Ten tweede stelde hij dat geest en lichaam, hoe-
wel gescheiden, met elkaar communiceren via de epifyse (pijnappelklier). Ten derde meende
hij dat dieren geen ziel hebben en dat bij mensen de ziel het lichaam verlaat bij de dood.
Daarmee werd dissectie, als onderzoeksmethode, aanvaardbaar voor de kerk.
In de 18e en 19e eeuw nam het kennisniveau in wetenschap en geneeskunde snel toe. Toen
wetenschappers inzicht kregen in het functioneren van het lichaam en de rol van micro-orga-
nismen ontdekten, verwierpen zij de humorale theorie en kwamen met nieuwe theorieën. De
chirurgie floreerde en halverwege de 19e eeuw werden antiseptische middelen en anesthesie
geïntroduceerd.
Deze ontwikkelingen, gekoppeld aan de blijvende overtuiging dat geest en lichaam te scheiden
zijn, legden het fundament voor een nieuwe benadering, het ▌biomedische model. Deze be-
nadering stelt dat alle ziekten of fysieke afwijkingen kunnen worden verklaard uit verstoringen
in fysiologische processen, voortkomend uit letsel, biochemische onbalans, bacteriële of virale
infectie en dergelijke. Het biomedisch model gaat ervan uit dat ziekte een aandoening is van
het lichaam, en losstaat van psychologische en sociale processen van de geest. Die standpunt
werd breed geaccepteerd in de 19e en 20e eeuw en vertegenwoordigt nog altijd de heersende
gedachtegang in de geneeskunde.
Tijdens het wordingsproces van de biomedische benadering kozen sommige artsen, onder wie
Osler, voor het standpunt dat de geest van invloed is op gezondheid. Zijn visie op de rol van
stress, en aspecten die daarmee samenhangen, bij het hart is nog steeds valide en vormt het
middelpunt van modern medisch onderzoek.

1.3 Voorzien in een behoefte: de rol van psychologie bij gezondheid

Door het biomedische model hebben onderzoekers enorme vooruitgang geboekt. Ze over-
wonnen vele infectieziekten en ontwikkelden antibiotica. Desondanks moet aan het model
het nodige verbeterd worden.

Problemen in de gezondheidszorg
Wereldwijd kampen landen met escalerende kosten van de gezondheidszorg. In de meeste
Europese landen bedragen de kosten 8 tot 10 procent van het bruto nationaal product. We
moeten dan ook een nieuw aanpak van gezondheid overwegen.
We hebben al gezien dat ziektepatronen in ontwikkelde landen veranderd zijn. Chronische
ziekten vormen nu het belangrijkste probleem. De vooruitgang in de behandeling van kanker
is bijvoorbeeld nog bescheiden en vooral te danken aan vroege onderkenning. Maar er is ook


9

, een andere oorzaak: mensen zijn veranderd. Ze zijn zich meer bewust van signalen en symp-
tomen, meer gemotiveerd om aan hun gezondheid te werken en kunnen zich medische hulp
veroorloven. Deze factoren betreffen psychologische en sociale aspecten van de mens. Maar
de mens als uniek individu komt in het biomedische model niet voor.

‘De mens’ in gezondheid en ziekte
Mensen gaan op verschillende manieren met ziekte om. Daar kunnen biomedische oorzaken
voor zijn, maar ook psychologische en sociale factoren kunnen een rol spelen. Leefstijl en per-
soonlijkheid zijn daar voorbeelden van.

Leefstijl en ziekte
Eerder zagen we al dat infectieziekten in de loop van de 19 e eeuw minder voorkwamen. Dat
was vooral te danken aan een verandering van lifestyle, bijvoorbeeld wat betreft hygiëne en
gezonde voeding. Veranderingen in leefstijl hebben ook effect op chronische ziekten.
Kenmerken of omstandigheden die een rol spelen bij de ontwikkeling van een ziekte noemen
we ▌risicofactoren. Sommige risicofactoren zijn biologisch van aard, andere betreffen ons ge-
drag. Bedenk dat risicofactoren worden geassocieerd met een gezondheidsprobleem, ze zijn
niet de oorzaak ervan. Veel risicofactoren zijn het gevolg van de manier waarop mensen leven
of zich gedragen. Een deel van de hoge kosten van de gezondheidszorg kan worden verklaard
uit de leefstijl van mensen, die bijdraagt aan de problemen met hun gezondheid. Vaak draagt
de gemeenschap en niet het individu de last van medische kosten.
Hoeveel invloed hebben lifestylefactoren op gezondheid? In een grootschalig onderzoek on-
der volwassen werd gevraagd naar hun gezondheid en naar zeven leefstijlaspecten. Een con-
clusie van het onderzoek was dat de gezondheid in elke leeftijdsgroep beter was naarmate de
deelnemers zich meer aan een gezonde leefstijl hielden. De gezondheid van hen die op alle
zeven aspecten een gezond leven leidden was zelfs consistent gelijk aan die van dertig jaar
jongere deelnemers die weinig van deze aspecten in acht namen. Het volgen van een gezonde
leefstijl bleek ook belangrijk voor de toekomstige gezondheid van de deelnemers. Op grond
van dit en vergelijkbaar onderzoek kan worden gesteld dat gedrag ertoe doet. Sommige ge-
dragsfactoren, zoals roken, zijn minder algemeen geworden, maar andere juist meer. Dat
geldt bijvoorbeeld voor overgewicht.
Op de vraag waarom mensen niet doen wat goed voor hen is kan geen eenvoudig antwoord
gegeven worden. Eén reden is in elk geval dat minder gezond gedrag vaak directe behoefte-
bevrediging geeft. Bedenk overigens dat een plezierige leefstijl ook tot een betere gezondheid
kan leiden. Een andere reden is dat mensen sociale druk kunnen ervaren om mee te gaan in
ongezond gedrag. Sommige gedragingen kunnen zelfs sterke gewoonten worden en zich zelfs
ontwikkelen tot een fysieke verslaving of psychologische afhankelijkheid. Ten slotte, sommige
mensen zijn zich simpelweg niet bewust van de gevaren of weten niet hoe ze hun gedrag zou-
den kunnen veranderen.

Persoonlijkheid en ziekte
De term ▌persoonlijkheid verwijst naar iemands cognitieve, affectieve of gedragsmatige aan-
leg die tamelijk stabiel is over tijd en situaties. Meerdere onderzoekers vonden bewijs dat
persoonlijkheidskenmerken koppelde aan gezondheid, zoals lagere niveaus van gewetensvol-
heid aan een grotere kans op een vroegtijdige dood, hoge niveaus van positieve emoties aan
een hogere levensverwachting en hoge niveaus van angst, depressie, vijandigheid of pessi-
misme aan een grotere kans op vroeg overlijden en het ontwikkelen van allerlei ziektes. Angst,

10

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jasmits. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 52510 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,49  254x  verkocht
  • (27)
In winkelwagen
Toegevoegd