Dit is een samenvatting van Management Informatie Systemen 2 H1 t/m H6 en H9 (informatiemanagement, Laury Bollen en Mark Vluggen, tweede druk) geschreven door een tweedejaarsstudent Bedrijfskunde van de Hanzehogeschool Groningen
Nolan model:
- 1e 3 fasen: Tijdperk van geautomatiseerde dataverwerking waarbij de centrale IT-afdeling
de hoofdrol speelt in de planning, uitvoering en organisatie van de IT-functie
- Fase 4 t/m 6: Tijdperk van de informatisering waarbij het verhogen van effectiviteit en het
verbeteren van de in- en externe structuur van de organisatie voorop staan.
=> Kostenoverweging belangrijke aandrijfkracht
Tussen twee opeenvolgende tijdperken: discontinuïteit (=periode van grote verandering
waarbij de organisatie het ene tijdperk verlaat en de andere binnenstapt).
> Tussen dataverwerkingstijdperk en informatietijdperk: technische Discontinuïteit
> Tussen informatietijdperk en netwerktijdperk; organisatorische discontinuïteit
Verschillende vormen van organisatieverandering
- Rationalisering van procedures: inzet van IT leidt tot wegnamen van andere knelpunten in
processen.
- Reengineering: gehele bedrijfsproces wordt opnieuw geanalyseerd en herontworpen.
- Bedrijfstransformatie: hele ds en strctuur wordt door de IT opnieuw ingericht.
§2 Nolan model: 1e 3 fasen
- initiatie: introductie computers
- uitbreiding: verbreding computers over meerdere gebruikers
- beheersing: kostenverhoging door toename vraag eindgebruiker
=> Dataverwerkingstijdperk: sterke groei in de rol van IT, terwijl daar weinig aandacht van
het mgmt tegenover staat.
Eilandautomatisering: resultaat is een sterk stijgende kostenpost, gekoppeld aan een
wildgroei van apparaten die niet of nauwelijks op elkaar zijn afgestemd.
§3 Nolan model: fase 4 t/m 6
- integratie: bestaande lose systemen moeten geïntegreerd worden.
- Gegevensbeheer: behoefte aan apparaten => behoefte aan gegevens en informatie
- Volwassenheid: integraal onderdeel van het functioneren en wordt ook zo behandeld door
het mgmt.
=> informatietijdperk: gebruikte informatiesystemen worden beter op de behoeften van de
gebruiker afgestemd.
§4 Nolan model: fase 7 t/m 9
- functionele infrastructuur: inrichten van een goed afgestemde infrastructuur.
,- Groei op maat: richten op wensen van klanten
- Snelle respons: finale afstemming tussen bedrijfsprocessen en ondersteuning van teams.
=> dataverwerkingstijdperk: inzet van IT voor efficiëntie.
§5 Historische ontwikkeling van IT
- tijdperk van mainframes
- Tijdperk van PC
- Tijdperk van netwerken
Historisch model: beschrijft primair de geschiedenis en heeft dus weinig waarde voor het
inschatten van veranderingen in de toekomst.
Groeimodel: verschillende fasen koppelen aan de groei van de IT naarmate de ervaring van
de groei met IT stijgt.
- managers het model kunnen gebruiken om de ontwikkeling van de IT in de organisatie te
sturen en te beoordelen.
- Elke organsiatie het kan gebruiken om de rol van IT te sturen.
- Moderne organisatie zich in elke willekeurige fase van het model kan bevinden.
- lang niet alle organisaties doorgroeien naar fase 9.
=> zie afbeelding boek (tabel1.1)
§6 de veranderende rol van de informatiemanager:
- 1e fasen: technisch; goed werkende informatiesystemen en technische problemen
oplossen.
- latere fasen: organisatorisch; inrichten en aansturen van de IT-functie.
- nog latere fasen: strategisch adviseur; inzet van IT zo goed mogelijk afstemmen op de
strategie van de organisatie.
Twee niveaus informatiemanager:
- strategieformulering
- strategie-implementatie
IT-domein: inriching en onderhoud van de IT-infrastructuur, uitvoering van IT-projecten.
Bedrijfsdomein: infomanager actief bij afstemming IT strategie en de organisatorische
strategie en de afstemming tussen processen en informatie systemen.
, §7 Invloed van IT wordt hoger, naarmate de ervaring met technologie toeneemt, maar het is
wel belangrijk dat de organisatie veel conservatiever moet omgaan met IT en niet langer
moet investeren om maar een voorsprong op de concurrenten te krijgen.
H2
§1 IT productiviteitsparadox: IT is overal terug te vinden behalve in de
productiviteitsstatisitieken.
=> 3 mogelijke oorzaken
- meetproblemen
- tijdseffecten
- herverdelingseffecten
=> zie boek voor figuur 2.2
§2 twee groepen factoren als verklaring voor bedrijven die een hoog rendement behalen uit
IT-investeringen:
- algemene factoren dei de concurrentiekracht van de organisatie bepalen en daarmee de
mogelijkheid om de IT te benutten, zoals marktpositie, financiële structuur, kracht van de
gevoerde merken.
- specifieke kenmerken van de organisatiestructuur/strategie of de management kwaliteiten
die een organisatie onderscheiden van andere organisaties die wel op korte termijn zijn te
veranderen. Volgende zaken zijn van belang:
> organisatie die een goede afstemming hebben tussen IT-strategie en organisatie
strategie, lijken meer tevreden te zijn met de rendementen van de IT-investeringen.
> houding van management ten opzichte van inzet van de IT is van groot belang voor
het succes van de IT in de organisatie.
> organisatie die de inzet van het IT gepaard laat gaan met aanpassingen in hun
bestaande manier van werken laten betere resultaten zien dan organisaties die IT als
aanvulling op de werkwijze inzetten.
> Organisatie met een gecentraliseerde beslissingencultuur blijken lagere
rendementen uit hun IY-investeringen te behalen.
§3 Vaststellen van de verwachte resultaten van een IT-project is van groot belang:
- of de verwachte resultaten opwegen tegen de verwachte kosten en welke risico’s hieraan
verbonden zijn.
- sturing geven aan de uitvoering van het project.
- belangrijk voor evaluatie achteraf.
3 financiële maatstaven voor het meten van investeringsrendementen:
- Kosten/baten analyse
- terugverdientijd
- netto constante waarde
=> Nadeel: er wordt vanuit gegaan dat de baten en lasten goed zijn in te schatten, maar dit is
in werkelijkheid niet zo.
Multicriteriamethoden voor het meten van investeringsmethoden:
> vastleggen van alle criteria
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper hanze2001. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.