Kernthema’s van Bestuur- en Organisatiewetenschap
Tentamen:
Open vragen. Leg de theorie uit a.d.h.v. casus. Literatuur gaande weg de colleges lezen.
In het rooster staat bij sommige hoofdstukken ‘’alleen lezen’’ dit is geen tentamenstof
Namen kennen van de theorie + tijden want dan snap je hun ideeën beter (bijv. Weber)
Colleges week 1
Introductie B&O in tien tegeltjeswijsheden
Bestuurswetenschappers en organisatiewetenschappers hebben bijna hetzelfde vakgebied maar
verschillen toch op een aantal gebieden.
Bestuurswetenschappers= de wetenschappers die oorspronkelijk keken hoe de overheid
functioneert, in de loop van de tijd zijn ze andere dingen erbij gaan pakken
Organisatiewetenschappers= kijken hoe bepaalde managementtype uitwerken en bekijken
of dit een positief effect heeft (of niet). Geeft geen richting maar wel geeft wel aan hoe het is
ingericht.
Tegeltjeswijsheden//stellingen
1. Organisaties zijn knooppunten in de samenleving alle interacties verlopen via
organisaties, de kleding die je draagt via organisaties, de bijbaantjes, de VU. Het is moeilijk
om iets te bedenken wat ‘los is van organisaties’. Ze zijn overal en tijdens ons hele leven. In
organisaties komen mensen tot actie.
Vanuit een sociaalwetenschappelijk perspectief naar organisaties en bestuur gaat kijken, moet je van
bovenaf en van onderop (macro en micro) bekijken. Dan combineer je psychologie en sociologie door
in en uit te zoomen te begrijpen wat er gebeurt.
2. De rol als spil in de samenleving is in de afgelopen eeuw almaar toegenomen: wij leven in
een ‘’organisatie-samenleving’’
3. Wij weten over het algemeen geen moer van organisaties en hun werking alles voorloopt
via organisaties, organisaties zijn volkomen vanzelfsprekend (of vanzelfzwijgend), wij staan er
niet meer bij stil omdat het routinesituaties zijn. Alles wat we vanzelfsprekend vinden filteren
we eruit, zodat organisaties blinde vlekken voor ons worden
4. Organisaties zijn overal maar wij zien ze niet of krijgen ze niet te zien organisaties
verbergen zich achter hun gouden muur, ze doen lijken alsof alles in orde is. Wij zien 1% van
wat er gebeurt in organisaties en 99% zit achter de muur. Toch zijn we verbaasd als we iets
van 99% te horen krijgen (bijv. Volkswagen emissieschandaal)
Twee redenen waarom mensen geen moer begrijpen wat er in organisaties gebeurt: we krijgen ze
niet te zien (1) en ze zijn volkomen vanzelfsprekend (2). Er is dus een blinde vlek om deze 2 redenen.
Dan heb je wetenschappers nodig die daar wel oog voor hebben, die dit gaan zien en onder de
aandacht gaan brengen en de theorieën over aangedragen hebben gekregen om daar iets zinnigs
over te zeggen.
5. Werk kan saai zijn, maar werkende mensen bestuderen is juist niet saai Organisaties zijn
belangrijk, terwijl we niet veel weten van hun werking, maar wel interessant om te
bestuderen
,Geert Hofstede (meest aangehaalde sociaalwetenschapper in de wereld) heeft onderzoek gedaan:
nationale culturen op dimensies neergezet. Daaruit blijkt dat NL Feminien is.
Masculiene cultuur creëert mensen die zeggen ‘’Werk en goed loon, collega’s/baas
minder belangrijk’’. Baan belangrijk.
Feminiene cultuur privé belangrijker, leuke baan belangrijker dan goed salaris.
Feminiene masculiene
Waarom werken we dan zo hard als privé belangrijker is? Waarom werken we niet minder?
Werk = geld + spullen, maar ook identiteit + status + uitdaging + betekenis + sociaal netwerk +
bijdragen aan de maatschappij + plezier en geluk
6. Nederlanders (Nederlandse studenten) denken dat het om je privéleven draait, maar in de
praktijk draait het (minstens evenzeer) om je werk niet onderschatten, op het moment
dat je over werk praat staan daar allerlei zaken op het spel (levensgeluk, status, identiteit
etc.)
7. Elke ordening (historisch, theoretisch, thematisch) van het gebied B&O is per definitie
onvolmaakt en onvolledig en dus een tikje willekeurig de ordeningen zijn niet de
bestaande werkelijkheid, maar pogingen om wat te ordenen
Wat is een organisatie? definitie hebben we niet nodig. Elke theorie geeft een andere definitie van
wat een organisatie is:
Richard Scott – elementen van een organisatie
Mary Jo Hatch – work together, some desired end state or goal, coordinated action
Gareth Morgan – Metaforen van organisatie verschillende beelden schetsen
Bestuur/management (B-lijn) Mens & organisatie (O-lijn)
Met name Chris Grey: hoe managen mensen Mary Jo Hatch: iets breder, meer thema’s
binnen een organisatie een organisatie?
Paradigmastrijd in de organisatiewetenschappen geen tentamenstof
Conflict in de wetenschap over hoe je de werkelijkheid zou moeten interpreteren en of je het
kunt meten of niet (verschil tussen positivisme vs. constructivisme)
De meeste organisatie- en bestuurswetenschappers denken dat hun taak in het leven is om
de machthebbers binnen een organisatie te helpen. Zij ontwikkelen ideeën die het
management kan helpen om bijvoorbeeld efficiency te verhogen. Critici denken hier echter
anders over. (managerislisten vs. critici)
Chris Grey zit vooral in de constructivistische hoek, maar hij is ook kritisch
Mary Jo Hatch zit vooral aan de kant van de constructivisten, heeft vooral oog voor het
interpretatieve maar soms betrap je haar weer op ‘’de werkelijkheid bestaat toch wel’’
, 8. Bestuur & organisatie is èn orde èn wanorde… èn proces èn product we willen het allebei
zien (orde en wanorde)
Organisatie/ Bestuur (uitzoomen) product
Organiseren/ Besturen (inzoomen) proces
Afhankelijk van individuen die de organisatie tot leven brengen. Op het moment dat het bestaat gaat
het een eigen leven lijden. Je wordt door collega’s uit de organisatie als bijvoorbeeld net nieuw bent
gelijk op alles gewezen waar je je niet aan houdt de organisatie heeft een boven individueel
karakter en bepaalt dat individu voor een belangrijk deel, maar bestaat niet zonder de individuen
(combinatie).
9. Theorie is de landkaart, niet het landschap de theorie wordt vaak aangezien als de
waarheid terwijl het niet meer is dan de landkaart en nooit verward moet worden met het
landschap. Wij doen onderzoek hoe het er in het landschap aan toe gaat, om te kijken of de
landkaart klopt. Het landschap is belangrijker dan de landkaart.
Parabel van de zes blinden typerend wat theorie doet, namelijk een bepaald idee ‘’eruit pakken’’
en deze vergroten. Zo ontstaan er verschillende visies.
Elke theorie is een onvolmaakte poging om er iets van te maken en nooit de waarheid
10. Wees verschillig! (advies) plezier beleven aan de wetenschap, mag kwaad wezen. Zonder
emotie geen bloed, zweet en tranen en wordt het door, droog.
Toegift: organisaties zijn gulzige instituties
De opkomst van de organisatiesamenleving en ‘de bureaucratie’
In de 19e eeuw opkomst van de industrie, de verstedelijking en de organisatievormen die daarbij
horen. Hoe we tegenwoordig kijken naar organisaties is vaak een reactie op die tijd iedereen is
tegen de bureaucratie, terwijl elke organisatie enorm bureaucratisch is. Er zitten veel positieve
kanten aan bureaucratie die wij vergeten. Zonder bureaucratie: nauwelijks organisatie.
Twee basis modellen in de organisatiewetenschappen:
Frederick Taylor VS (1856-1915)
kwam als eerste met een model dat
, de basis werd voor veel denken over organisaties vanaf 1900. Het model bureaucratie scientific
management
Opkomt organisatiesamenleving & bureaucratie noodzakelijk achtergrond om de theorieën en
ideeën te plaatsen. Gezien de radicale omslagen in de samenleving begrijp je de ideeën van o.a.
Taylor. Zo was het hele vraagstuk over hoe je met een arbeider omgaat volledig nieuw, dit moest
verzonnen worden. Taylor is een van hen die dat heeft bedacht.
Rationeel systeem (manageralistisch) Sociaal verband/natuurlijk systeem
(constructivist/critici)
Efficiëntie Gedreven door:
Onpersoonlijke regels - emotie - geld
Strakke hiërarchie - ambitie - macht
Wetenschap visie: modernistisch/positivistisch - etc.
wetenschapsopvatting + kwantitatief Wetenschap visie:
onderzoeksmethode waarheen, objectiviteit Constructivistische of interpretatieve
die meetbaar is benadering waarbij zij ervan uitgaan dat de
werkelijkheid door mensen is geconstrueerd
Geschiedenis organisaties// Historische achtergrond
De opkomst van de ‘organisatie-samenleving’ en Big Business
Na WOII enorm veel nieuwe organisaties en vertegenwoordigers van deze organisaties
Het aantal rechtszaken met privépersonen nam af en het aandragen van een
vertegenwoordiger van een organisatie nam toe
Geschiedenis van de organisatie in een notendop
Omslag van kleine bedrijven naar grote bedrijven daar komt Taylor vandaan en de
vraagstukken waar hij mij bezig was
Kenmerken v/d organisaties van de 20e eeuw = ‘’Big Business’’
Het ontstaan van de grote bedrijven is voortgekomen doordat men niet meer persoonlijk
aansprakelijk was, maar het bedrijf aansprakelijk werd
Bedrijven worden extern gefinancierd (banken, beurs) dit is het vliegwiel (eenmaal op
gang gebracht, duurt het lang voordat het tot stilstand komt) geweest voor deze
ontwikkeling in eerste instantie waren bedrijven zelf verantwoordelijk voor alles en
daarop aangesproken konden worden, privé personen konden hierdoor bankroet gaan op
een gegeven moment werd een onderneming zo bij de bank ingeschreven waardoor de
onderneming verantwoordelijk werd voor de economische ontwikkeling en niet meer de
privé persoon de eigenaar was niet meer zeer risicodragend waardoor deze meer ging
ondernemen, meer risico’s nam waardoor bedrijven (als gevolg van deze maatregel
personen in bedrijven worden niet meer persoonlijk aansprakelijk gesteld) enorm zijn
gegroeid mensen voelen zich niet meer moreel verantwoordelijk voor de organisatie en
gaan steeds meer de risico’s opzoeken
De industriële revolutie revolutionair in de overgang van de agrarische samenleving naar de
industriële. Van traditioneel naar modern:
Afnemende betekenis standen
Opkomst grootschalige industrie, wetenschap
Versnelling oorzaak alle bebouwing