Economie, arbeidsmarkt en organisatie
Week 1
Economie = een wetenschap die zich bezig houdt met de invulling van de menselijke
behoefte naar goederen en/of diensten.
3 factoren bij omzettingsproces, arbeid (Omvang van de beroepsbevolking, mate van
scholing, kwaliteit van het management), kapitaal (Hoeveelheid kapitaalgoederen,
toepassing nieuwe technieken, doelmatige organisaties), natuur (Hoeveelheid natuurlijke
hulpbronnen, kwaliteit van hulpbronnen)
3 vormen van de algemene economie: macro (organisatie totaal), meso (afdeling binnen
organisatie), micro (individuele medewerker) Betreft het totale aanbod en de totale vraag.
Bedrijfseconomische cyclus:
1: Plan ontwikkelen (doel en activiteiten)
2: Analyseren van de beginsituatie (waar staan we)
3: Activiteiten plannen
4: Activiteiten uitvoeren
5: Afrekenen (wat heb ik behaald)
6: Eindsituatie (start van nieuwe periode)
Hrm kan toegevoegde waarde leven door kritisch mee te kijken voor hoe doelen behaald
kunnen worden.
Verslaglegging:
Per periode houdt een bedrijf bij hoe de zaken lopen.
Jaarrekening (verplicht): - Balans - Resultatenrekening (winst en verliesrekening)
Balans : overzicht van het vermogen van een moment, nu
Winst en verlies : Wat is mijn winst/verlies in een bepaalde periode, terugkijken
Interessant voor aandeelhouders, overheid, medewerkers
Bedrijfseconomische ratio’s geven aan hoe economisch gezien het bedrijf er voor staat.
Solvabiliteit: Kan het bedrijf verplichtingen op lange termijn betalen (bv grote langdurige
leningen)
Liquiditeit: Kan het bedrijf de verplichtingen op korte termijn betalen (bv bestelling
voorraad)
Rentabiliteit: In hoeverre is de investering winstgevend.
,Participanten: Management, werknemers, vermogensverschaffers, leveranciers, afnemers,
overheid
Omgevingsfactoren (economisch): concurrentie, economische situatie, buitenland,
economische orde
Omgevingsfactoren in ruime zin (niet-economisch): Demografie, techniek, normen, politiek
etc…
Bewegingen m.b.t. de bedrijfskolom: integratie, differentiatie, specialisatie, parallellisatie
Integratie kolom wordt korter, dingen worden samengevoegd (fase 1 & 2)
Bv grondstoffen worden niet naar de volgende partij gebracht, maar worden gelijk gebruikt
door dezelfde partij.
Differentiatie kolom wordt langer, komt een stap bij (2, 2A)
Specialiseren Specialiseert je in één schakel in de kolom
Parellellisatie Je maakt een product, maar je gaat er een ander product bij naast maken
(breder)
Lezen in de reader voor meer uitleg
, Sectoren:
Primair (natuur) : landbouw, visserij
Secundair (industrie) : Delfstoffen, industrie, energie, bouw
Tertiair (commercieel) : Groot- en detailhandel, financiële instellingen, comm & Informatie,
advies en overige zakelijke dienstverlening
Quartair (niet-comm.) : Overheid, onderwijs+
+-+, gezondheidszorg, cultuur, sport, recreatie
De relatie van bedrijven t.o.v. elkaar en de omstandigheden die de concurrentie bepalen.
Heeft invloed op: prijzen, doorzichtigheid markt, mogelijkheid voor nieuwe bedrijven om de
markt te betreden.