100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Taak 6B Morele ontwikkeling - GGZ2021: Kinder- en Jeugdpsychopathologie €2,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Taak 6B Morele ontwikkeling - GGZ2021: Kinder- en Jeugdpsychopathologie

2 beoordelingen
 27 keer bekeken  0 keer verkocht

Taak 6B. Alle artikelen uitgewerkt aan de hand van de leerdoelen.

Voorbeeld 2 van de 9  pagina's

  • Onbekend
  • 17 februari 2020
  • 9
  • 2019/2020
  • Samenvatting
  • ggz2021
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (44)

2  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: Pattivdbroek • 3 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: alinathelen • 4 jaar geleden

avatar-seller
963
Taak 6B: Morele ontwikkeling
Morele ontwikkeling
- Moraliteit (= een reeks principes of idealen die het individu helpen om goed van kwaad te
onderscheiden, om naar dit onderscheid te handelen en trots te zijn op deugdzaam gedrag
en schuldgevoelens (of andere onaangename emoties) te krijgen voor gedrag dat de normen
overtreedt)

Componenten van morele ontwikkeling
- Moreel affect
- Moreel redeneren
- Moreel gedrag

Moreel affect (= de emotionele component van moraliteit, inclusief gevoelens zoals schuld,
schaamte en trots op ethisch gedrag) – Kochanska
- Wederzijds reagerende relatie (mutually responsive relationship) (= een ouder-kindrelatie
die wordt gekenmerkt door wederzijdse reacties op elkaars behoeften en doelen en gedeeld
positief effect)
- Toegewijde naleving (committed compliance) (= naleving op basis van de gretigheid van het
kind om samen te werken met een responsieve ouder die bereid is met hem/haar samen te
werken)
- Situationele naleving (situational compliance) (= naleving voornamelijk gebaseerd op de
macht van een ouder om het gedrag van het kind te beheersen)

Morele redenering (= de cognitieve component van moraliteit; het denken dat mensen vertonen bij
het beslissen of verschillende handelingen goed of fout zijn)
- Piagets theorie van morele ontwikkeling
o Aspecten van moreel redeneren
 Respect voor regels
 Opvattingen over rechtvaardigheid
o Piaget bestudeerde het ontwikkelen van respect voor regels door te knikkeren met
kinderen tussen de 5 en 13 jaar oud. Tijdens het knikkeren stelde Piaget vragen als:
‘Waar komen deze regels vandaan? Moet iedereen zich aan deze regels houden?
Kunnen deze regels worden veranderd?’ Om de opvattingen van kinderen over
rechtvaardigheid te bestuderen, gaf Piaget hen morele beslissingsverhalen om over
na te denken
o Stadiumtheorie van morele ontwikkeling
 Premorale periode (premoral period) (= wanneer van kinderen wordt gezegd
dat ze weinig respect hebben voor of zich bewust zijn van sociaal
gedefinieerde regels) (0-5 jaar)
 Heteronome moraliteit (heteronomous morality) (= de eerste fase van
morele ontwikkeling, waarin kinderen de regels van gezagsfiguren als heilig
en onveranderlijk beschouwen) (5-10 jaar)
 Kinderen geloven dat er een ‘juiste’ en een ‘verkeerde’ kant is aan
een morele kwestie, en goed betekent altijd het volgen van de regels
 Autonome moraliteit (autonomous morality) (= de tweede fase van morele
ontwikkeling, waarin kinderen beseffen dat regels willekeurige
overeenkomsten zijn die kunnen worden aangevochten en gewijzigd met
toestemming van de mensen die ze regeren) (10-11 jaar)
- Kohlberg’s theorie van morele ontwikkeling

, o Kohlberg ontwikkelde een theorie van morele ontwikkeling door jongens van 10, 13
en 16 jaar te vragen een reeks morele dilemma’s op te lossen. Elk dilemma daagde
het kind uit door van hem/haar te eisen dat hij koos tussen een regel, wet of
gezagsfiguur te gehoorzamen EN enige actie te ondernemen die in strijd was met
deze regels en bevelen terwijl hij een menselijke behoefte diende
o Drie morele niveaus en zes stadia
 Preconventionele moraliteit (= eerste twee fasen van moreel redeneren,
waarin morele oordelen gebaseerd zijn op de tastbare straffende gevolgen
(fase 1) of lonende gevolgen (fase 2) van een handeling voor de actor in
plaats van op de relatie van die handeling tot de regels en gebruiken van de
samenleving)
 Fase 1: oriëntatie op gehoorzaamheid en vermijden van straf
(tastbare straffende gevolgen)
o De goedheid of slechtheid van een handeling hangt af van de
gevolgen ervan. Het kind gehoorzaamt autoriteiten om straf
te vermijden, maar kan een handeling niet als verkeerd
beschouwen als deze niet wordt ontdekt en gestraft. Hoe
groter de schade of hoe ernstiger de straf, des te ‘slechter’
de handeling is
 Fase 2: naïef hedonisme (lonende gevolgen)
o Een persoon voldoet aan de regels om beloningen te
behalen of persoonlijke doelen te bereiken. Er is enige
bezorgdheid over het perspectief van anderen, maar ander
georiënteerd gedrag wordt uiteindelijk gemotiveerd door de
hoop er iets voor terug te verdienen
 Conventionele moraliteit (= derde en vierde fase van moreel redeneren,
waarin morele oordelen gebaseerd zijn op een verlangen om goedkeuring te
krijgen (fase 3) of om wetten te handhaven die de sociale orde handhaven
(fase 4)
 Fase 3: ‘goede jongen’ of ‘goed meisje’ oriëntatie (verlangen om
goedkeuring te krijgen)
o Moreel gedrag is dat wat anderen behaagt, helpt of goed
wordt gekeurd. Mensen worden vaak beoordeeld op hun
bedoelingen. ‘Goed bedoelen’ wordt gewaardeerd en
‘aardig’ zijn is belangrijk
 Fase 4: oriëntatie op autoriteit en handhaving sociale orde (wetten
handhaven die de sociale orde handhaven)
o Het individu beschouwt de perspectieven van de
gegeneraliseerde ander (dat wil zeggen dat de
maatschappelijke wil zoals weerspiegeld in de wet wordt
gehandhaafd). Wat goed is, is wat voldoet aan de regels van
wettelijke autoriteit. De reden om te conformeren is geen
angst voor straf, maar een overtuiging dat regels en wetten
een sociale orde handhaven die het waard is te worden
bewaard. Wetten overstijgen altijd speciale belangen
 Postconventionele moraliteit (= vijfde en zesde fase van moreel redeneren,
waarin morele oordelen gebaseerd zijn op sociale contracten en
democratisch recht (fase 5) of op universele principes van ethiek en
rechtvaardigheid (fase 6)
 Fase 5: oriëntatie op sociaal-contract (sociale contracten en
democratisch recht)

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper 963. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 66579 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€2,99
  • (2)
  Kopen