Week 1
Weijers, Hoofdstuk 1
Jongeren die in aanraking komen met justitie worden niet langer beschouwd als kinderen die
aandacht en zorg nodig hebben, maar eerder als angstaanjagende risicojeugd die een ernstige
bedreiging vormt voor de maatschappelijke orde. Hierdoor komt het traditionele jeugdrecht,
gericht op het opvoedend en resocialiserend karakter van interventies, onder druk te staan
Biases in media over berichtgeving jeugdcriminaliteit
- De geregistreerde jeugdcriminaliteit daalt, maar de berichtgeving blijft gelijk of stijgt
zelfs
- Er wordt een disproportionele hoeveelheid aandacht besteed aan high impact crimes
(straatroof en geweld), terwijl deze juist in aantallen zijn afgenomen
- De associatie tussen Marokkaanse jeugd en straatterreur
Traditionele etiologische benadering = criminaliteit zien als gevolg van een verstoord
aanpassingsproces aan de heersende waarden en cultuur, waarbij negatieve
socialisatieprocessen van jeugdigen bijzondere aandacht krijgt
→ Criminaliteit, deviant gedrag en gedragsproblemen worden hoofdzakelijk in de lagere
sociale klassen gesitueerd
Maturity gap = discrepantie in de zelfstandigheidsontwikkeling van jongeren: jongeren zijn
tegenwoordig langer afhankelijk doordat ze langer naar school gaan en minder snel een eigen
inkomen hebben, maar tegelijkertijd neemt hun inbreng en autonomie in allerlei zaken toe
Wisselende taxatie = wisselende inschatting van wat strafbaar is (bijvoorbeeld per land)
Weijers, Hoofdstuk 3
Age-crime-curve = aantal jeugdigen die criminaliteit plegen neemt toe vanaf het 12e
levensjaar (vanaf dan kunnen ze strafrechtelijk vervolgd worden), bereikt een piek rond het
18e-20e levensjaar en neemt daarna af
,Soorten bronnen criminaliteitscijfers
- Zelfrapportage
- Kunnen een goed beeld geven van de meest voorkomende jeugddelicten
- Kunnen een verband tussen jeugdcriminaliteit, etniciteit en cultuur aan het
licht brengen
- Kan sprake zijn van over- of onderrapportage, door bijvoorbeeld opscheppen
over daden die iemand eigenlijk niet gedaan heeft
- Slechts een beperkt aantal delicten kan in een enquête worden opgenomen
- Sommige daders zijn moeilijk te bereiken
- Geen goed beeld van de ernst van de delicten → vooral bij geweldsdelicten
- Politiecijfers: aangehouden verdachten
- Zeggen weinig of er sprake is van een toename
- Als er geen aangifte wordt gedaan of er is geen verdachte, dan ontbreken de
gegevens
- Beleidsprioriteiten voor een bepaald type delict verhoogt ook het aantal
(geregistreerde) delicten
- Meldingsbereidheid beïnvloedt de cijfers
- Hoog dark number: slechts 6-7% van jongeren die aangeven een delict te
hebben gepleegd komt in aanraking met de politie
- Justitiële cijfers: strafrechtelijke daders
- Sommige zaken worden geseponeerd, waardoor ze niet in de cijfers
terechtkomen
- Hoog dark number
- Slachtofferenquêtes
- Goede indruk van de ontwikkeling van het aantal slachtoffers van misdrijven
- Geven geen uitsluitsel over de leeftijd van daders
- Stijging en daling komen gedeeltelijk door meldingsbereidheid van de
slachtoffers
- Moord en doodslag, slachtofferloze delicten en seksuele delicten zijn niet of
slecht vertegenwoordigd
Iedere bron brengt slecht een deel van de criminaliteit en verdachten en daders in beeld,
daarom kunnen de cijfers het beste gecombineerd worden voor een volledig beeld. Daarnaast
bieden meerdere bronnen de mogelijkheid om overeenkomsten en verschillen te onderzoeken
Hendriks, Hoofdstuk 2
De Jeugdwet vereist verantwoorde hulp: hulp van goed niveau dat veilig, doeltreffend,
doelmatig en cliëntgericht wordt verleend, en die is afgestemd op de behoefte van de
jeugdige of ouder
Jeugdhulp kan in vrijwillig kader, maar ook in civiel- of strafrechtelijk kader worden
geboden.
In het civiele kader kan een minderjarige bijvoorbeeld te maken krijgen met een
uithuisplaatsing (UHP) of ondertoezichtstelling (OTS). Beide zijn voor de duur van 1 jaar
en kunnen steeds verlengd worden met 1 jaar.
, In het strafrechtelijke kader kan de minderjarige worden aangehouden op grond van een
verdenking van schuld aan een strafbaar feit. Als de politie het onderzoek niet binnen 6 uur
afrondt, kan de minderjarige voor 3 dagen in verzekering worden gesteld. De minderjarige
dient binnen 3 dagen en 15 uur te verschijnen voor een rechter-commissaris.
Hendriks, Hoofdstuk 29
Residentiële jeugdhulp is een vorm van jeugdhulp waarbij jongeren van 0 t/m 25 jaar dag en
nacht tijdelijk buiten hun eigen omgeving verblijven.
- Doel: een veilige basis creëren voor jeugdigen en te werken aan hun terugkeer naar
huis of zelfstandigheid, om weer deel te kunnen nemen aan de maatschappij
→ Laatste redmiddel
Kinderwetten
- Heropvoeding krijgt voorrang boven vergelding in het jeugdstrafrecht
- Overheid kan ingrijpen wanneer ouders hun taak als opvoeder verwaarlozen
- Vormen nog steeds het fundament voor de jeugdbescherming en het jeugdstrafrecht
Repressieve model
- Verondersteld dat jongeren een aandeel hebben in hun problematiek
- Het ongepaste gedrag dient te worden afgeleerd met tucht, discipline en opsluiting
Beschermingsmodel
- Jongeren zijn een slachtoffer van hun opgroei- en opvoedingsomstandigheden
- Hulp moet geboden worden in een vrijwillig kader
Behandelmodel
- Kijkt naar de kwetsbaarheden en traumatisering van de jongere die omwille hiervan
specifieke behoeften heeft
- Opstellen van een individueel behandelplan is de norm
- Instellingen werken vraaggericht in plaats van aanbodgericht
Hoorcollege 1, Cijfers en definities
Jeugdcriminaliteit = verzamelnaam voor strafbaar gedrag van minderjarigen
- Sociaal construct
- Context gebonden: wat nu crimineel is, hoefde vroeger niet crimineel te zijn →
wisselende taxatie
Profielen jeugdige delinquenten
- Experimenteerder = iemand die voor het eerst strafbaar gedrag vertoont
- Risicojongere = iemand die drie keer een delict heeft gepleegd
- Veelpleger = iemand die vaker dan drie keer een delict heeft gepleegd
- Zeer actieve veelpleger = iemand die herhaaldelijk in contact komt met de politie en
waar jeugdbescherming vaak al bij betrokken is
Jeugdcriminaliteit stabiliseert over het algemeen. Alleen cyberdelicten en jongeren met een
rol in de drugshandel en georganiseerde drugscriminaliteit nemen toe.