100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting alle stof Verdiepend Formeel Strafrecht (master Strafrecht (EUR)) €8,66
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting alle stof Verdiepend Formeel Strafrecht (master Strafrecht (EUR))

 3 keer bekeken  0 keer verkocht

Dit bestand bevat een samenvatting (232 pagina's) van alle stof voor het vak Verdiepend Formeel strafrecht van de master strafrecht op de EUR.

Voorbeeld 4 van de 69  pagina's

  • Ja
  • 16 december 2024
  • 69
  • 2024/2025
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (2)
avatar-seller
Iris02
Hoorcollege aantekeningen:
Hoorcollege 1 - 4 november:
Strafprocesrecht is de schakel tussen het strafbare feit en de reactie daarop
Strafvordering zorgt voor realisatie van het materiële strafrecht en is (uiteindelijk) gericht op de
totstandkoming van een beslissing van de strafrechter.

Doel: primair waarheidsvinding en zo juiste toepassing van het materiële strafrecht, maar ook
nevendoelstellingen: een adequate overheidsreactie voor alle betrokkenen, recht op een eerlijk
proces en een zekere beperking, in elk geval regulering van overheidsmacht.
→ Belangen van de ene procesdeelnemer kan ten koste gaan van de belangen van
de andere.
→ Efficiëntie als factor bij de invulling van de rol van diverse procesdeelnemers
(procesafspraken)
→ Slachtoffer en overheid krijgen steeds meer macht in vergelijking met de
verdachte

Steeds meer sprake van differentiatie

Doel/doelen van het strafproces(recht)?
- zichtbaar maken dat strafbare feiten bestraft worden (afschrikking en vergelding)
- orde scheppen in openbare orde
- waarheidsvinding zodat schuldige veroordeeld worden en onschuldigen niet
Ons strafproces is niet anders dan in andere (Europese) landen, maar wordt wel op andere
manier vormgegeven.
Normen zijn belangrijk, maar de handhaving van die normen is nog belangrijker? Maar
strafprocesrecht bevat ook normen, zoals: proportionaliteit, subsidiariteit, binnen de grenzen
van rechtsstatelijkheid, etc.

De regeling van het strafprocesrecht moet 2 belangen verwezenlijken en met elkaar verenigen:
- adequate rechtshandhaving (effectieve bestrijding van criminaliteit); toepassing/realisatie
van het materiële strafrecht in concrete gevallen
- daadwerkelijke rechtsbescherming van burgers die (ook potentieel) met het strafrecht in
aanraking komen; voorop als verdachte, maar ook als slachtoffer, of anderszins, kritisch-
belangstellende rechtsburger
Systematisch evenwicht tussen beide (algemene) belangen geeft het strafprocesrecht
legitimiteit, zowel in het stelsel van het Sv als in de toepassing van elke regel in de praktijk.

Sr-rechtshandhaving, bijv:
- vrijheidsbeneming kan al voor de berechting, maar met waarborgen, ook ‘van buiten’, art
15 Gw en art 5 EVRM
- indringend verhoren mag, maar met cautie, met raadsman en niet martelen
- in het voorbereidend onderzoek talloze beperkingen mits in het belang van het
onderzoek maar vaak wel met een incidenteel rechtsmiddel
- ingrijpende dwangmiddelen; kan, maar wel met machtiging van r-c (art 13 Gw)


1

, - berechten is voorbehouden aan de rechter (art 113 Gw) en vereist een eerlijk proces (art
6 EVRM, 47 Handvest, 17 Gw)
- veroordeelden kan, maar wel wettig en overtuigend bewezen…

Klassieke uitgangspunten:
- rechterlijke onafhankelijkheid/onpartijdigheid → beroepsrechters, externe
openbaarheid, motivering van vonnissen
- vervolgingsmonopolie want/op basis van opportuniteitsbeginsel
- strafvorderlijke legaliteit → geen procedure zonder aanleiding
- vermoeden van onschuld
- processuele grondrechten → hoor en wederhoor, recht op rechtsbijstand en
op vertaling en vertolking, zwijgrecht, interne openbaarheid
- onmiddellijkheidsbeginsel
→ o.a. neergelegd in Gw (bijv. art 121, 113, 17 lid 1) en EVRM en EU recht

De regeling van het strafproces(recht) is ontworpen als een zorgvuldig afgestemd geheel
waarbinnen organen in interactie met elkaar handelingen verrichten, een rol spelen: hun rol
moeten kunnen spelen. Met ook autonome-invloed van buiten: Gw, EVRM/EU, Wet RO, Wet op
rechtsbijstand, Advocatenwet, etc. Daarbinnen normering door beginselen van behoorlijk
strafprocesrecht.
Balans instrumentaliteit en rechtsbescherming als integraal onderdeel van legitieme
strafvordering en in elke concrete toepassing daarvan, steeds in het algemeen belang.

Oorsprong strafproces: (je hoeft dit niet in detail te kennen, enkel de hoofdlijnen!)
Kent tijdperk voor en na de Franse tijd (art 1795-1813)
Franse tijd kent 3 perioden: 1795-1806 (Bataafse Republiek), 1806-1810 (Koninkrijk Holland:
Lodewijk Napoleon), 1810-1813 (Deel van Frankrijk)
Het belang van de Franse tijd:
- eenheid in het landsbestuur
- uniformiteit in het recht
- codificatie van wetboeken → algemene wetboeken (is in huidige tijd nog
steeds van belang zie art 107 Gw).

Ons strafprocesrecht en rechterlijke organisatie komen uit Frankrijk
De gedachten van de Franse wetgever over het strafproces, en over de organen die daarin een
bepalende rol spelen:
- reactie op de Franse geschiedenis: ancien regime, revolutie, jaren van terreur
- uniforme regeling van strafproces in algemene, democratisch besloten wetten,
waarborgen tegen willekeur/misbruik: legitimiteit
- codificatie en legaliteits(beginsel) als fundamentele rechtswaarborg
De regeling van het vooronderzoek als systeem van checks and balances

Een organieke benadering van het strafproces en vooral het vooronderzoek:
- de regeling van het strafproces kan worden gezien als een soort scenario;



2

, - in dat scenario spelen procesdeelnemers een functie en/of rol
- om die functie uit te oefenen/die rol in het strafproces te kunnen spelen, krijgen die
organen bepaalde taken
- om die taken te vervullen, zijn bevoegdheden nodig, waarin het Sv voorziet
- uit de combi van die wettelijke taken en bevoegdheden volgen verantwoordelijkheden
voor de organen; het Sv geeft gedragsnormen; art 311 Sv (het laatste woord aan de
verdachte laten).
- het Sv regelt daarbij ook de onderlinge verhouding tussen de deelnemers en hun
betrokkenheid op elkaar; OvJ beslist op grond van p-v tot tll, rechter beslist ex art 350 Sv
- door de interactie van de roluitoefening van organen beweegt het strafproces in een
concrete zaak zich voort naar het doel: het vinden van de materiële waarheid
- om op basis daarvan te beslissen of wel of niet de volgende stap: strafvordering als
gesystematiseerd en opeenvolgende geheel van onderzoeken en beslissen
- alles binnen de relevante kaders
- belangrijk voor het goed kunnen spelen van de rol is het karakter van het
(beroepsmatige) orgaan: onafhankelijkheid, onpartijdigheid van rechter en OM, mate van
vertrouwelijk kunnen opereren van de raadsman, etc.

Oude Franse strafrproces is een inquisitoir strafproces:
- verdachte is voorwerp van onderzoek: wordt in staat van beschuldiging gesteld
- geheim onderzoek: geen toegang tot dossier, nauwelijks verdedigingsrechten
Maar: regeling van het strafproces sterk ingegeven door de plicht van de Staat om een
zorgvuldige waarheidsvinding te waarborgen. Daarom veel checks & balances in de taken van
de organen.
Inquisitoir = waarborg zoeken in de juiste taak oefening van de integere onafhankelijke actor;
rechtsbeschermend karakter van het inquisitoire proces. Voor wat betreft de rechter (-
commissaris): alles eventueel ambtshalve onderzoeken en beslissen als hem dat noodzakelijk
voorkomt.
Inquisitoire model = onderzoek door de rechter → hebben wij in NL. Maar in
hoeverre is dat daadwerkelijk zo?

De uitvoering van de organieke benadering in de oude Franse wetgeving:
- 4 taken in het strafproces: 1)opsporing, 2)vervolging(sbeslissing), 3)rechterlijk
(voor)onderzoek, 4) berechting
- vervuld door 4 verschillende organen: 1)politie, 2)OvJ, 3)onderzoeksrechter,
4)zittingsrechter
- ondergebracht in 4 opeenvolgende fasen: 1)opsporingsonderzoek,
2)vervolging(sbeslissing), 3)gerechtelijk vooronderzoek, 4)onderzoek ter
terechtzitting/gerechtelijk hoofdonderzoek.

Het debat ging vooral om verhouding tussen de OvJ en onderzoeksrechter (r-c).

Wanneer fase van gerechtelijk vooronderzoek door de onderzoeksrechter?




3

, → na het nemen van een (eerste) vervolgingsbeslissing (vervolging is het op
vordering van de OvJ betrekken van een rechter bij de zaak):
- toepassing voorlopige hechtenis
- toepassing andere dwangmiddelen
- op grond van ernstige bezwaren tegen de verdachte: een sterke verdenking van schuld
aan het plegen van een misdrijf
De vervolgingsbeslissing maakt dat een onafhankelijke en onpartijdige rechter het onderzoek
moet voortzetten: de onderzoeksrechter en zijn gerechtelijk vooronderzoek hebben een
controlerende, verifiërende, eventueel ambtshalve aanvullende functie.

Checks and balances in de structuur van het wetboek toen en nu
- door een gelaagde opbouw
- door kruislingse bevoegdheden
- door interne controle binnen organen
- door 2 aparte kolommen (vooronderzoek - eindonderzoek): zaak gaat pas over naar
fase van berechting als die helemaal in meer dan 1 instantie, waaronder een rechterlijke,
feitelijk en juridisch is uitgeplozen.

Na de Franse aftocht blijft de Franse Code d’instruction criminelle nog van kracht in NL tot 1838
Wel wordt met het zogenoemde Gesel- en worgbesluit in 1815 de Code d’instruction aangepast

De onderzoeksrechter werd de r-c.
De organisatie van het OM is gebaseerd op de Franse tijd.

Wetboek van Sv 1926:
Na modernisering Sr 1886 wil de wetgever in aanloop naar 1926 breken met ingewikkelde
stelsel rechtsingangen en wil een betere, zelfstandige reden van opsporingsbevoegdheden en
dwangmiddelen.
Er is forse discussie over de meerwaarde van de r-c: emancipatie van de OvJ in theorie en
praktijk. Het gerechtelijk vooronderzoek is geen gesloten, aparte fase meer; niet r-c of
ingangskamer verwijst een zaak naar de zittingsrechter, maar de OvJ met tweede
vervolgingsbeslissing
Codificatie van verdedigingsrechten (minder controle door de rechter nodig?)

Franse invloeden zijn tot op de dag van vandaag relevant

Een ingrijpende ontwikkeling: het toestaan van de auditu-bewijs → HR 20 december
1926
2 gevolgen:
- toestaan van verklaringen ‘van horen zeggen’ als bewijs
- maar in bredere uitleg ook: geen noodzaak meer om alle getuigen op zitting (opnieuw) te
horen = een enorme relativering van het tot dan toe als uitgangspunt geldende
onmiddellijkheidsbeginsel voor het onderzoek ter terechtzitting
- strijd met de bedoeling van de wetgever/verzet art 1 Sv zich (niet)



4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Iris02. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,66. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 56326 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,66
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd