PRAKTISCHE VERLOSKUNDE – PRINS. SAMENVATTING.
Hoofdstuk 6. Bladzijde 167 tot 225.
DE ANATOMIE
Het baringskanaal heeft een benig en een week gedeelte.
Benig
• Bekkeningang → dwars-ovaal van vorm. Voor-achterwaartse afmeting (conjugata
vera) is 11 cm. De diagonale afmeting is 12 cm en de dwarse afmeting is 13 cm. De
afstand van de onderrand symfyse tot het promontorium (conjugata diagonalis) is 12-
13 cm.
• Bekkenholte → rond van vorm. Het geboortekanaal is hier sterk gebogen. De
doorsnede tussen de spinae ischiadicae is 10 cm.
• Bekkenuitgang → Voor-achterwaarts ovaal van vorm en is gevormd uit twee
driehoeken. De afmeting van de onderrand van de symfyse tot het os coccygis is
11,5 cm.
Week
• OUS → wordt tijdens de zwangerschap geleidelijk gevormd uit de isthmus uteri, het
bovenste deel van de cervix. Het bevat zeer weinig spierweefsel en contraheert
nauwelijks.
• Cervix uteri
• Vagina
• Spieren en bindweefsel van de bekkenbodem en vulva → liggen dakpansgewijs over
elkaar heen. Tijdens de uitdrijving komen ze naast elkaar te liggen om het
baringskanaal te verlengen.
Het benige bekken is opgebouwd uit:
• Os coxae vergroeid met: os ilieum, os
ischii, os pubis.
• Os sacrum, dat is gevormd uit vijf
samengegroeide wervels
• Os coccygis.
De ligamenten geven het bekken stabiliteit. In
de zwangerschap verweken de ligamenten, het
kraakbeen en het bindweefsel onder invloed
van hormonen (relaxine), waardoor de
beweeglijkheid van het bekken iets toeneemt.
Bekkenvormen
Afhankelijk van hormonale factoren, voeding en etniciteit. De bekkenvormen zijn: Gynaecoïd
bekken, androïd bekken, antropoïd bekken en platypelloïd bekken.
,Hodge
De mate van indaling in het baringskanaal wordt
weergegeven met behulp van de vlakken van Hodge.
Hodge 1 → Het diepste deel bevindt zich boven de
symfyse.
Hodge 2 → Het diepste deel heeft de onderrand van de
symfyse bereikt. 1/3 ingedaald.
Hodge 3 → ½ ingedaald. Het diepste deel is bij de
interspinaallijn.
Hodge 4 → Volledige indaling.
Foetale schedel
Ovaal van vorm. Wordt gevormd door het os frontale, os
pariëtale en os occipitale, gescheiden door naden en fontanellen.
De kleine fontanel is de plaats waar 3 naden samenkomen: de sutura sagittalis en de
suturae lambdoideae. In de grote fontanel komen 4 naden samen: de sutura saggitalis, de
sutrae coronariae en de sutura frontalis.
, Mouleren = het over elkaar schuiven van de wandbeenderen in het baringskanaal.
De kleinste afmeting waarmee het kind het bekken kan passeren, is de distania
suboccipitobregmatica (=9,5 cm). De grootste is de distania mento-occipitalis (=13,5 cm).
1 → 9,5 cm, Ø 32-33 cm. Achterhoofdsligging met max. flexie.
2 → 10 cm, Ø 34 cm. Achterhoofdligging met
normale flexie.
3 → 12 cm, Ø 34-35 cm.
Kruinligging, geen flexie of deflexie.
4 → 9,5 cm, Ø 34 cm.
Aangezichtsligging, maximale flexie.
5 → 13,5 cm, Ø 35 cm.
Voorhoofdsligging, deflexie
De hoofdliggingen worden aangegeven met een
hoofdletter: A= achterhoofdsligging, K= kruinligging, Aa = aangezichtsligging, V=
voorhoofdsligging, St= stuitligging. De plaats van het aanwijspunt geeft aan in welke stand
het caput zich presenteert. Bij de kruin- en achterhoofdsligging is dit het achterhoofd (a), bij
de aangezichts- en voorhoofdsligging is dit de kin (k) en bij een dwarsligging het sacrum (s).
DE BARING
Cervix en myometrium
De cervix bestaat uit collageen (zorgt voor stevigheid) en het eiwit elastine (zorgt voor rek),
het bevat ook proteoglycanen (kunnen water binden). 10-15% bestaat uit glad spierweefsel.
In de loop van de zwangerschap vindt herschikking van de collageen vezels van de
cervix plaats en wordt meer water vastgehouden. Dit maakt de cervix zacht.
Het myometrium rekt sterk mee tijdens de zwangerschap maar blijft ongevoelig voor
uterotonica.
Veranderingen in Uterus in rust Voorbereiden uterus activiteit Stimuleren uterus activiteit
de
zwangerschap.
Onder invloed van: Progesteron, relaxine, NO en Oestrogenen, progesteron, Prostaglandinen, oxytocine en
prostacycline. prostaglandinen en CRH. CRH.
Deze stoffen spelen een rol Door deze hormonen en de En door ontstekingsreacties.
bij de intracellulaire toegenomen rek van de uterus Het amnion, het chorion, de
concentratie van cAMP en stijgen de CAP. Hieronder vallen decidua en het myometrium
cGMP. Die remmen het de myometriumreceptoren voor stimuleren de productie van
vrijkomen van calcium wat prostaglandine F, cytokinen. Deze stimuleren de
nodig voor uteruscontracties. oxytocinereceptoren en het eiwit prostaglandinesynthese en de
CNX43. Dit heeft een positieve influx van leukocyten waardoor
invloed op de gap junctions. collageen wordt afgebroken en
Hierdoor is een snel transport van de rijping van de cervix en
calcium over de spiercellen goed uterusactiviteit toenemen.
, mogelijk waardoor Cytokinen remmen ook de
uteruscontracties worden werking van progesteron.
bevordert. De onderdrukking van
het myometrium wordt daardoor
opgeheven.
Uterus: Ongevoelig voor uterotonica. Voorbereiding op de baring. Ontsluiting en uitdrijving foetus,
placenta en vliezen.
Cervix: Cervix verweekt, Weke cervix, verkort en centreert. Cervix ontsluit.
collagenolyse wordt geremd
door progesteron.
Op gang komen van de baring
De baring wordt in 4 periodes verdeeld:
1. Ontsluitingstijdperk: begint bij het verstrijken van de cervix en eindigt bij volkomen
ontsluiting.
2. Uitdrijvingstijdperk: begint wanneer de uterus het kind gaat uitdrijven en eindigt
wanneer het kind geboren is.
3. Nageboortetijdperk: begint na de geboorte van het kind en eindigt met de geboorte
van de placenta en vliezen.
4. Postplacentaire tijdperk: begint na de geboorte van de placenta en vliezen en eindigt
2 uur later.
De hormonen