Samenvatting
urogenitale tumoren
& gastro intestinale
tumoren
(Inclusief aantekeningen lessen)
Opleiding tot oncologie verpleegkundige van het Erasmus MC
Gebruikt boek:
“Oncologie handboek voor verpleegkundigen en andere hulpverleners”
,Inhoudsopgave
1. Urogenitale tumoren.................................................................................................................................. 3
1.2 Fundamentele aspecten, medische diagnostiek en behandelmethoden urogenitale tumoren.....................9
2. Gastro inteniale tumoren......................................................................................................................... 14
2.2 Fundamentele aspecten en diagnostiek en behandelmethoden gastro-intestinale tumoren,
oesofagusmaligniteiten en maagmaligniteiten.................................................................................................28
2.3 Fundamentele aspecten en diagnostiek en behandelmethoden gastro-intestinale tumoren
pancreasmaligniteiten.......................................................................................................................................30
Schema overzicht urogenitale tumoren........................................................................................................ 32
Schema overzicht gastro intestinale tumoren...............................................................................................34
2
, 1. Urogenitale tumoren
(Hoofdstuk 23, boek oncologie handboek voor verpleegkundigen en andere hulpverleners)
Prostaatcarcinoom; meest voorkomende tumor bij de man. Ziekte die vaak ontstaat bij de
wat oudere man.
Risicofactoren;
- Aanwezigheid van het mannelijke hormoon testosteron
- Hogere leeftijd, boven de 50 neemt risico toe
- Erfelijke factoren
- Afrikaanse voorouders
- Overgewicht
- Leefgebied, westerse landen
Symptomen;
- Geeft niet snel klachten als het nog gelokaliseerd is
- Low Urinary Tract Symptoms (LUTS-klachten)
- Afwijkend rectaal touche
- Hematurie
- Bij gemetastaseerde ziekte komt het aan het licht door pijnlijke botklachten,
uitzaaiingen of pijn in de flank geven door lymfekliermetastasen.
LUTS-klachten zijn onder andere;
- Verhoogde frequentie plassen (= polikisurie)
- Pijn bij het plassen (=strangurie)
- Zwakke straal
- Nadruppelen
- Toename van nachtplassen (=nycturie)
Diagnostisering;
- Bepalen van het prostaat specifiek antigeen (PSA)
- Rectaal touche, indien verharding of afwijking verder onderzoek noodzakelijk
- Echo- prostaat
- Urinetest op PCA3, bij score van 30 of hoger is er verhoogd risico op
prostaatcarcinoom
- Indien prostaatcarcinoom bewezen uit weefsel, dan verder onderzoek naar
metastasering in de botten en lymfeklieren
Het afnemen van de PSA en het rectaal touche is de standaard diagnostisering van
prostaatcarcinoom.
Een afwijkende PSA meet niet of het om een carcinoom gaat of niet! Als het PSA verhoogd
is, dan geeft dit aan dat er een verhoogde kans is op prostaatcarcinoom, maar hier MOET
weefsel voor worden verkregen!
Gleasonscore schaal
Score van 6 of lager laag risico
Score van 7 gemiddeld risico
Score van 8, 9 en 10 hoog risico
Aanvullend bloedonderzoek kan zijn;
- Alkalische fosfatase (bij verhoging kans op botmetastasen)
3
, - Creatinine (verhoging kan duiden op nierfunctiestoornissen, hydronefrose door
obstructieve lymfeklieren)
TNM-classificatie wordt gebruikt bij prostaatcarcinoom.
Behandeling;
- Actieve surveillance [T1-2 Nx-0 Mx-0]
Patiënten worden 3-maandelijks geprikt op PSA en periodiek worden prostaatbiopten
genomen op de status van de tumor in de prostaat te monitoren.
- Radicale prostatectomie [T1,2,3 Nx-0 Mx-0] Curatieve intentie!
Hierbij wordt de prostaat inclusief kapsel en zaadblaasjes in zijn geheel verwijderd,
zodanig dat de blaas en urethra volledig los van elkaar komen. De blaashals wordt op
het restant van de urethra gehecht. Kan laparoscopisch of met de DaVinci robot
uitgevoerd worden. Abdominale (via de buik) en perineale (via het perineum) wordt
alleen uitgevoerd als laparoscopisch niet mogelijk is.
- Uitwendige bestraling [T1,2,3 Nx-0 Mx-0, gleasonscore >7] Curatief!
De prostaat wordt vanaf verschillende kanten bestraald. Bijwerkingen kunnen zijn;
plasklachten, darmklachten, erectie disfunctie, vermoeidheid.
- Inwendige bestraling [T1,2 PSA<15, gleasonscore 6]
Plaatsen van radioactief geladen zaadjes in de prostaat onder volledige narcose. De
zaadjes blijven levenslang achter maar verliezen na verloop van tijd hun
radioactiviteit. Bijwerkingen kunnen zijn; plasklachten, erectie disfunctie,
stralingsveiligheidsvoorschriften in acht nemen gedurende een aantal weken.
In de palliatieve setting kan hormonale therapie een optie zijn als behandeling. Indien
hormonale therapie niet meer voldoende werkzaam is en het PSA stijgt onder deze
behandeling, dan is chemotherapie een optie. Dan wordt docetaxel gegeven in combinatie
met prednison.
Hormonale therapie; chirurgisch (orchidectomie) of chemische castratie.
Orchidectomie = het verwijderen van de balzak.
CRPC = castratie resistent prostaatcarcinoom
Prostaatcarcinoom metastaseert naar de lymfeklieren en botten.
Prognose is afhankelijk van de tumorgrootte, tumoruitbreiding en de differentiatie.
Blaascarcinoom; gaat uit van het urotheelcelcarcinoom. In zeldzame gevallen sprake van
blaascarcinoom ontstaan uit de urether of nieren. Vrij zeldzame vorm van kanker, ongeveer
maar 3% van alle kwaadaardige tumoren.
Risicofactoren;
- Roken
- Blootstelling aan stoffen uit de rubber- en verfindustrie (aromatische amines)
- Chronische irritatie door stenen en infecties
Symptomen;
- Geeft regelmatig in vrij vroeg stadium klachten omdat het onderin de blaas ontstaat
- Hematurie
- Mictieklachten zoals verhoogde frequentie, urge en urineweginfecties
- Pijn in de onderbuik
Blaascarcinoom metastaseert naar de regionale pelviene (bekken)lymfeklieren, daarna naar
de longen, lever en botten.
4