Gezondheidspsychologie
Deel 1: gezond zijn en gezond blijven
Hoofdstuk 1 t/m 7
Hoorcollege verslaving en seksuele gezondheid
Marieke Bikker
11 juni 2020
,Inhoudsopgave 3
Hoofdstuk 1: wat is gezondheid? 4
1.1 Wat is gezondheid? Veranderde perspectieven 4
1.2 individuele, culturele en leeftijdsgeurelatieerde perspectieven op
gezondheid 5
1.3 Wat is gezondheidspsychologie 7
Hoofdstuk 2: sociale verschillen in ziekte en gezondheid 7
2.1 Gezondheidsverschillen 7
2.2 Minderheidsstatus en gezondheid 9
2.3 Geslacht en gezondheid 9
Hoofdstuk 3 ongezond gedrag 9
3.1 Wat is gezondheidsbevorderend gedrag? 10
3.2 Roken, drinken en gebruik van illegale drugs 10
3.3 onbeschermd seksueel gedrag 13
3.4 Ongezond voedingspatroon 13
3.5 Overgewicht 14
Hoofdstuk 4: gezond gedrag 14
4.1 Compliantiegedrag 14
4.2 Gezonde voeding 15
4.3 lichaamsbeweging 15
4.4 Gezondheidsscreening 17
4.5 Vaccinaties 17
Hoofdstuk 5 Modellen voor het voorspellen van gezondheidsgedrag 18
5.1 Distale invloeden op gezondheidsgedrag 18
5.2 Modellen van gezondheidsgedrag 19
5.3 Sociale en cognitieve modellen van gedragsverandering 20
5.4 Modellen voor gefaseerde gedragsverandering 21
Hoofdstuk 6 Gedragsverandering: mechanismen en methoden 23
6.1 Het ontwikkelen van interventies voor de volksgezondheid 23
6.2 Strategieën om risicogedrag te veranderen 25
,Hoofdstuk 7 Preventie van gezondheidsproblemen 27
7.1 Werken met personen 27
7.2 Het gebruiken van massamedia 27
7.3 Omgevingsinvloeden 27
7.4 Programma’s voor gezondheidsbevordering 28
7.5 Het gebruik van nieuwe technologie 28
Hoorcollege 5 Verslavingsproblematiek 28
Hoorcollege 6 Seksuele gezondheid 30
Inhoudsopgave
,Hoofdstuk 1: wat is gezondheid?
1.1 Wat is gezondheid? Veranderde perspectieven
Gezondheid volgens de oude grieken:
Gezondheid hangt af van balans tussen lichaamssappen
- zwarte gal: melancholie (aarde): depressief
- gele gal: cholerisch (vuur): opvliegend prikkelbaar
- bloed: sanguinisch (lucht): optismisme/passie
- slijm: flegmatisch (water): kalm
Disbalans zou behandeld moeten worden met dieet, want ontstaat door verkeerde
voedingsstoffen.
Hippocrates:
leer der humores. Holistische visie van gezondheid: voeding, omgevingsfactoren, het klimaat, de
seizoenen, de plaats waar men leeft en de omstandigheden waarin men leeft spelen allemaal een
rol. Daarom pleitte hij voor een uitgebreid gesprek met de patiënten.
- elke individu is uniek
- zieke behandelen ipv ziekte behandelen
- uitgaan van zelfhelend vermogen
- genezingsproces ondersteunen met voeding, leefomstandigheden en gezonde leefwijze-
extract wilgenbast werkt gebruikt als pijn onderdrukker en koorts veranderaar en daar is later
aspirine door ontstaan.
Galenius:
benadrukt de interactie tussen lichaam en geest: een verstoorde gemoedstoestand kan aanleiding
geven tot het ontstaan van een ziekte en een ziekte kan de gemoedstoestand verstoren.
Etiologie
De oorzaak van een ziekte
Gezondheid in de middeleeuwen:
- bijgeloof, ziekte als straf.
- priesters hadden het vermogen om de gezondheid te hertellen door demonen uit te drijven
die wel controle hadden.
- lichaam en geest werkten samen of functioneerden iniedergeval in samenhang
- Gezondheidszorg in handen van het klooster.
- verbod op wetenschappelijk onderzoek
Theorie
Algemene aanname of aannamen over een aspect van de wereld waarin we leven of over de
mensen in die wereld die al dan niet door bewijs wordt ondersteund.
Gezondheid in de Renaissance:
Periode van wedergeboorte
- individuele denken werd belangrijk
- wetenschappelijke revolutie leidden tot organischere en fysiologische verklaringen
Descartes:
ik denk dus ik ben
- scheiding lichaam-geest (interactie pijnappelklier)
- de ziel verliet het lichaam op het moment van overlijden, daardoor werden ontleding en
autopsie acceptabel voor de kerkelijke autoriteiten.
- Het lichaam werd, net als de wereld om ons heen, een ding
- dualisme
het idee dat lichaam en geest afzonderlijke eenheden zijn. De geest wordt
beschouwd als niet-materiaal (niet zichtbaar) en het lichaam als materiaal
(opgebouwd uit mechanisch materiaal.
, - mechanistische benadering
reduceert het gedrag tot het niveau van het orgaan of de lichamelijke functie.
Lichaam als machine. (geassocieerd met het biomedisch ziektemodel)
- reductionistisch
het reduceert de geest het lichaam en het menselijk gedrag tot
lichaamscellen of tot neurale of biomedische activiteit en verklaart ook alle
problemen op dit niveau. Reductionisme negeert dat verschillende mensen
op verschillende wijzen kunnen reageren op eenzelfde ziekte.
Biomedisch model:
gevolg scheiding lichaam en geest. Er werd alleen naar de lichaam of naar de geest gekeken,
geen interactiemodel.Ziekten en symptomen hebben een achterliggend fysiologische verklaring
en daarmee werkt ook de genezing mechanistisch en rechtlijnig.
Biopsychosociaal ziektemodel:
Het standpunt dat ziekten en symptomen door een combinatie van lichamelijke, sociale, culturele
en psychologische factoren kunnen worden verklaard. Verrijkt het biomedisch model met
interactie tussen biologische processen en psychologische en sociale invloeden.
Mortaliteit(overlijden):
Meestal uitgedrukt in de vorm van sterftecijfers, ofwel het aantal sterfgevallen in een gegeven
populatie en/of in een gegeven jaar toegeschreven aan bepaalde aandoening.
Blue zone:
zone waar mensen het langst en gezondst leven
- oudste mensen ter wereld
- 80 % minder kanker
- bijna geen hart en vaatziekten
- plantaardig dieet
- 80 procent vol eten
- ikigai: de reden waarom je elke dag opstaat.
factoren:
- sterke familie banden
- niet roken
- voeding: granen noten soja geelwortel rode wijn vette vis+plantaardig eten
- beweging
- leven zonder tijd
- zingeving/spiritualiteit
1.2 individuele, culturele en leeftijdsgeurelatieerde
perspectieven op gezondheid
Sociale representatie van gezondheid:
Datgene wat bepaalde groepen onder gezondheid verstaan.
1. overwegend gevoel van welzijn;
2. de afwezigheid van symptomen van ziekte;
3 de handelingen waartoe een lichamelijk gezond persoon in staat is.
Gezondheidsgedrag
Gedrag, ongeacht de gezondheidstoestand waarin men zich bevindt, dat is bedoeld om de
gezondheid te beschermen, te bevorderen of in stand te houden.
Gezondheid
een toestand van volledig lichamelijk, geestelijk en maatschappelijk welzijn en niet slechts de
afwezigheid van ziekte of andere lichamelijke gebreken.
Geestelijke gezondheid
, een toestand van welbevinden, waarin het individu in staat is zijn of haar eigen mogelijkheden te
verwezenlijken, in staat is om te gaan met de normale druk van het leven, in staat is productief en
vruchtbaar te werken, en in staat is een bijdrage te leveren aan zijn of haar directe omgeving.
Holistische benadering
Men kijkt niet alleen naar het zuiver lichamelijke of waarneembare, aar naar het hele wezen.
Collectivistische benadering
Culturele filosofie die de nadruk legt op het individu als deel van een groter geheel en op
handelingen die meer door collectieve dan door individuele behoeften en wensen worden
gemotiveerd. (afrikaanse regio’s werken samen voor het welzijn van allen)
Individualistische benadering
Een culturele filosofie die de verantwoordelijkheid in handen legt van het individu; het zijn de
individuele behoeften en wensen die het gedrag motiveren (westen)
Ziekteattributie
Toekenning van de oorzaak van en ziekte. Bij externe ziekteattributies legt men de oorzaak van de
ziekte buiten de persoon, door die toe te schrijven aan het lot, vereerde informatie of aan een
losliggende traploper. Bij interne ziekteattributies zoekt men de oorzaak bij zichzelf.
Kinderen en ziekten:
Kinderen jonger dan zeven jaar verklaren ziekte op ‘magisch’ niveau.
- onbegrip: irrelevante antwoorden en ontwijkt vragen
- fenomenalisme: er is meestal sprake van een teken of geluid dat het kind op enig moment
met de ziekte in verband heeft gebracht, maar er is weinig begrip van oorzaak en gevolg.
- aangestoken woorden: ziekte is meestal afkomstig van een persoon of voorwerp dat
dichtbij is, maar waarmee het kind niet perse contact heeft.
Van 7/8 tot 11 worden verklaringen concreter en gebaseerd op een logische reeks gebeurtenissen
van oorzaak en gevolg.
- besmetting: kinderen begrijpen in deze fase dat ziekte verschillende symptomen kan
hebben en ze erkennen dat bacteriën of zelfs hun eigen gedrag ziekten kunnen
veroorzaken
- internalisatie: ziekte bevindt zich in het lichaam, maar het proces waardoor symptomen
zich voordoen, begrijpen ze slechts gedeeltelijk. Deze kinderen kunnen onderscheid
maken tussen organen in het lichaam en de functie ervan en ze kunnen specifieke,
eenvoudige informatie omtrent ziekte begrijpen. Ze kunnen ook inzien welke rollen
behandelingen en persoonlijke handelen kunnen hebben voor het herstel van gezondheid.
Voor een puber zijn de verklaringen gebaseerd op interacties tussen de persoon en zijn omgeving
- fysiologisch: rond het elfde jaar bereiken kinderen een fase van fysiologisch inzicht en
kunnen de meesten ziekte nu definiëren in termen van specifieke lichamelijke organen of
functies; met het ouder worden beginnen ze inzichten te krijgen in verschillende
lichamelijke oorzaken.
- psychofysiologisch: tijdens de late pubertijd en tijdens de volwassenheid begrijpen veel
mensen dat er sprake is van interactie tussen lichaam en geest, en begrijpen of
accepteren zij de rol van stress. Toch bereiken veel volwassenen dit niveau van inzicht
niet; zij blijven cognitief simplistische verklaringen gebruiken voor ziekten.
Epidemiologie
Het bestuderen van ziektepatronen in verschillende populaties en de relatie met andere factoren
zoals leefwijze. Laat zien dat de incidentie van vele ziekten toeneemt met het ouder worden,
voornamelijk mensen ouder dan tachtig.
- incidentie
het aantal nieuwe gevallen van een ziekte gedurende een specifieke tijdsinterval
- prevalentie
aantal vastgestelde gevallen van een ziekte in een populatie op een bepaald moment.
Zelfconcept