Samen leven in Nederland
1. Veranderingen in de samenleving vanuit verschillende invalshoeken
1a1. De student kan weergeven wat met het begrip ‘participatiesamenleving’ wordt bedoeld en
welke (minstens twee verschillende) interpretaties daaraan worden gegeven (coll. 1)
Bij een participatiesamenleving gaat de overheid ervan uit dat er meer betrokkenheid van de burger
komt, en de burger zelfstandiger wordt.
Doordat de burger meer moet gaan participeren zal de samenleving als geheel beter worden en hoeft
de overheid zich minder te bemoeien met de burger. De reden dat Nederland richting de
participatiesamenleving gaat is het punt dat de verzorgingsmaatschappij onbetaalbaar is geworden.
Het is niet meer te doen dat de overheid alle mensen die hulp nodig hebben de helpende hand kan
bieden: dit kost simpelweg teveel geld. De overheid gaat dus proberen steeds meer
verantwoordelijkheid en zorg bij de burger zelf neer te leggen.
OF
Is een samenleving waarin iedereen die dat kan verantwoordelijkheid neemt voor zijn of haar eigen
leven en omgeving, waarbij de (landelijke) overheid geen of slechts een faciliterende rol speelt.
Het begrip
´participatiesamenleving´
betekent:
De participatiesamenleving is
een samenleving waarin de
burger gestimuleerd wordt zelf
verantwoordelijkheid te
nemen en geactiveerd wordt een
bijdrage te leveren aan
maatschappelijke processen.
,Participatie verandert van
betekenis in de context.
- Meedoen van wie, waarin?
- Bijdragen aan of profiteren
van?
- Kunnen, mogen en willen
meedoen
- Meedoen van wie, waarin
De participatiesamenleving is een samenleving waarin de burger gestimuleerd wordt zelf
verantwoordelijkheid te nemen en geactiveerd wordt een bijdrage te leveren aan maatschappelijke
processen
Participatie verandert van betekenis in de context
- Meedoen van wie, waarin?
- Bijdragen aan of profiteren van?
- Kunnen, mogen en willen meedoen.
- Meedoen van wie, waarin?
1a2. De student kent de drie hoofdvormen van verzorgingsstaten (volgens Esping-anderson)
(coll.1)
- liberaal: beperkte voorzieningen, overheid kleine rol, er wordt veel verwacht van eigen
initiatief/risicodekking van particulieren en bedrijven. (VK, Ierland)
- corporatistisch: per beroepsgroep verschillende voorzieningen, per collectief premies en uitkeringen.
(Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk, België)
- sociaal democratisch: Overheid grote rol, voorzieningen voor iedereen, stimulering
arbeidsparticipatie (Finland, Zweden, Denemarken)
- (mediterraan)
1a3. De student weet wat er bedoeld wordt met de ‘participatiesamenleving’ volgens linkse en
rechtse politieke opvattingen (coll 1)
Linkse uitleg participatiesamenleving: Zorgen dat mensen wel mee kunnen doen ondanks ongelijke
kansen. De overheid/professionals hebben hier een belangrijke taak in
Links:
- benadrukt het risico dat mensen niet voldoende ondersteuning krijgen
- vindt dus dat mensen hulp nodig hebben om te kunnen participeren (bijv. dagbesteding of ‘banen
aan de onderkant van de markt’)
- grote publieke sector (meer professionals, meer overheid)
- meer oog voor ongelijke kansen hebben van mensen
- niet participeren: pech
- Vrijwilligers en mantelzorgers niet overbelasten
, Rechtse uitleg participatiesamenleving: Iedereen moet meedoen (Rutte: en iedereen wil dat ook), niet
teveel professionele ondersteuning, dan leunen mensen teveel achteruit
Rechts:
- benadrukt het risico dat mensen onterecht publieke voorzieningen gebruiken
- vindt dat mensen meer zelf moeten doen
- kleinere publieke sector (minder professionals, meer markt)
- veel optimistischer over wat mensen zelf kunnen (‘eigen kracht’) als ze daartoe maar uitgedaagd
worden
- niet participeren: eigen schuld
- optimistischer over de mogelijkheden om meer door vrijwilligers en mantelzorgers te laten doen
Het begrip
´participatiesamenleving´
betekent:
De participatiesamenleving is
een samenleving waarin de
burger gestimuleerd wordt zelf
verantwoordelijkheid te
nemen en geactiveerd wordt een
bijdrage te leveren aan
maatschappelijke processen.
Participatie verandert van
betekenis in de context.
- Meedoen van wie, waarin?
- Bijdragen aan of profiteren
van?
- Kunnen, mogen en willen
meedoen