De ontwikkeling van het kind
Hoofdstuk 1 Inleiding
Eerste 20 jaren van leven staan in teken van groei en ontwikkeling.
Kennis van ontwikkeling van kinderen is nu g, want:
- Kennis van ontwikkeling kan worden toegepast in opvoeding, onderwijs en bij bepalen van beleid
- Het is nodig om kinderen te iden ceren die afwijken van wat als normaal wordt beschouwd. Belangrijk,
want dan kan de behandeling zo vroeg mogelijk starten.
- Kennis van ontwikkelingsprocessen zijn van belang on het ontstaan en beloop van abnormaal
func oneren te begrijpen.
Principes en de ni e
Drie basisprincipes
1. Ontwikkeling is een proces dat verloopt in vaste volgorde en dat onder normale omstandigheden
onomkeerbaar is
2. Ontwikkeling is cumula ef —> elke fase in de ontwikkeling bevat al het voorgaande
3. Ontwikkeling gaat al jd van eenvoudig naar complex —> di eren a e (bv. grijpre ex hand naar
tekenen met potlood) en integra e (bv. gebrek aan coördina e pasgeborene naar geïntegreerde
bewegingen bij eenjarige, speeltje vastpakken)
De ni e ontwikkeling = ontwikkeling bestaat uit onomkeerbare veranderingen in de jd die in een vaste
volgorde, cumula ef en in de rich ng van grotere complexiteit verlopen.
Menselijke ontwikkeling is complex, opdelen in aantal vragen:
1. Hoe aanleg en omgeving samengaan in ontwikkeling? —> Drie factoren:
- De erfelijke basis van het ontwikkelingspoten eel van het kind vastgelegd in erfelijk materiaal, de
genen
- Voorgaande ontwikkeling, ontwikkelingsgeschiedenis van het kind, gene sch speelt een rol
- Actuele omgevingsinvloeden
2. In hoeverre kinderen de passieve ontvangers zijn van omgevingsinvloeden of juist ac ef reac es van de
omgeving ontlokken? —> Bv. door ouders’ keuze van speelgoed, hoeveelheid aandacht en schoolkeuze
of kinds keuze voorkeur voor vriendjes/vriendinnetjes
3. In hoeverre de ontwikkeling een gradueel of con nu veranderingsproces is of een discon nu proces
waarbij het kind van het ene stadium abrupt overgaat naar een volgend stadium. —> Con nue
ontwikkeling is woordjes toename, discon nue/stapsgewijze ontwikkeling is overgang van kruipen naar
lopen.
4. Wat is het verschil tussen eigenschappen die mensen met elkaar gemeen hebben en eigenschappen die
een mens uniek maken? —> Vaardigheden, bv. taal, staan en lopen, zijn universeel, alle kinderen
ontwikkelen dit. Wel groot verschil tussen individuele ontwikkeling in eigenschappen, zoals intelligen e
of exibiliteit.
5. In hoeverre bij ontwikkeling sprake is van stabiliteit of verandering.
6. Moeten de oorzaken van de ontwikkeling van gedrag in biologische of psychologische factoren worden
onderzocht?
Geschiedenis van de voorwetenschappelijke belangstelling voor de kinderontwikkeling
Kinderen werden vroeger als miniatuurvolwassene beschouwd.
Desiderius Erasmus (1469-1536)
Het belang van een liefdevolle omgang met kinderen moest ertoe lijden dat zij werden opgevoed tot
humane wezens, verdraagzaam, ridderlijk en ho elijk en met een groot gevoel voor verantwoordelijkheid.
Grote nadruk op onderwijs en taalontwikkeling.
1
flfi titi fi ti titi ti titifi
ti titti ti ffti ffti ti ti ti fl titi titi ti ti
, John Locke (1632-1704)
Het kind moet gezien worden als een tabula rasa, een onbeschreven blad, dat van nature goed noch slecht
is. Beloning, straf en andere leerervaringen vormen het kind.
Jean-Jacques Rousseau (1712-1778)
Kinderen zijn van nature goed en hee de neiging zich posi ef te ontwikkelen, volwassene kan dit
verstoren. Stra en had geen zin.
—> opva ngen stonden haaks op die van Locke.
Kinderontwikkeling als onderwerp van wetenschappelijk onderzoek
- Charles Darwin (1809-1882)
Evolu etheorie: de ontwikkeling van de levende soort die zich gedurende de evolu e aanpassen aan de
omgeving. Evolu onaire veranderingen door natuurlijke selec e.
- Alfred Binet (1857-1911) en Theodore Simon (1873-1961)
Vooral beroemd door geconstrueerde intelligen etest —> bedoeld om kinderen met
ontwikkelingsachterstand te herkennen. Intelligen equo ënt (IQ) werd geïntroduceerd.
- Stanley Hall (1844-1922)
Systema sch onderzoek grote groepen kinderen en adolescenten, d.m.v. vragenlijsten. Verzamelen
gegevens over gedrag, a tudes en interesses van kinderen en adolescenten.
- Sigmund Freud (1856-1939)
Geïnteresseerd in ontstaan van behandeling van neuro sche stoornissen bij volwassenen —> hech e
veel belang aan onbewuste processen en rol van ontwikkeling van kinderlijke seksualiteit.
- Arnold Gesell (1880-1961)
Zeer gedetailleerd in kaart brengen van motorische ontwikkeling van kinderen —> kinderen iden ceren,
door te vergelijken met norm, die afwijken van de normale ontwikkeling.
- Jean Piaget (1895-1980)
Cogni eve ontwikkelingstheorie (hoofdstuk 2)
- Vygotsky (1896-1934)
Op gebied van taalontwikkeling, vooral rol van sociale context op taalontwikkeling. Kinderen hadden
eerst hulp nodig van volwassenen met onbekende begrippen leren ontdekken en hanteren, voordat deze
worden opgenomen en beheerst worden.
- Konrad Lorenz (1903-1989)
Ethologie —> studie van diersoorten en de mens door observa e in natuurlijke omgeving, met als doel
gedragspatronen en hun func es te begrijpen.
Observa e dat sommige diersoorten zich op het eerste gezicht hechten aan hun moeder of verzorger.
- Harry Harlow (1905-1981)
Ethologie. Observa e van resusaapjes die vanaf de geboorte gescheiden van hun moeders opgroeien.
Onderzoek naar ontwikkeling van kinderen bereidt zich sterk uit in de laatste jaren.
Belangstelling voor de afwijkende ontwikkeling
- Jean Itard (1774-1838)
Eerste die systema sche beschrijving gaf van een poging tot behandeling van jongen met algemene
ontwikkelingsachterstand.
Vroeger geen onderscheid in zwakzinnig en niet-zwakzinnig psychische gestoorde kinderen. Tegenwoordig
onderscheid in kinderen met beperking (algemene ontwikkelingsachterstand) en kinderen met
psychiatrische stoornissen (au sme, depressie)
Demen a paraly sch —> vergeetach gheid, stoornissen in oordeelsvermogen en verlies van spierkracht,
uiteindelijk leidend tot dood.
Demen a precocissima —> term voor kinderen met ontwikkelingsstoornissen zoals au sme
2
ti tititti ff ti titi tti titi tift ti ti ti ti ti titi ti ti tifitt