Samenvatting
klinische psychologie
2 Liesbeth de Ruiter
,Inhoudsopgave
1. Hoofdstuk 1 Over klinische psychologie en ‘abnormaal’ gedrag
2. Hoofdstuk 2 neurobiologische benaderingen van psychopathologie
3. Hoofdstuk 3 leertheoretische benaderingen van psychopathologie
4. Hoofdstuk 4 Cognitieve benaderingen van psychopathologie
5. Hoofdstuk 5 Psychoanalytische benaderingen van psychopathologie
6. Hoofdstuk 6 Humanistische benaderingen van psychopathologie
7. Hoofdstuk 7 Systeembenaderingen van psychopathologie
8. Hoofdstuk 11 Neurobiologische ontwikkelingsstoornissen bij volwassenen
9. Hoofdstuk 12 Depressieve- en bipolaire-stemmingsstoornissen
10. Hoofdstuk 13 Angststoornissen
11. Hoofdstuk 15 Somatisch-symptoomstoornis en verwante stoornissen
12. Hoofdstuk 25 Persoonlijkheidsstoornissen
13. Oefenvragen
2 Liesbeth de Ruiter
,Hoofdstuk 1 Over klinische psychologie en ‘abnormaal’
gedrag
Duijsker (1959) onderscheid basis en toepassingsgerichte disciplines
Basisdisciplines
- Functieleer
- Ontwikkelingspsychologie
- Sociale psychologie
- Persoonlijkheidspsychologie
- Methodeleer
Toepassingsgerichte disciplines
- Klinische en gezondheidspsychologie
- Arbeids- en organisatiepsychologie
- Onderwijspsychologie
Klinische psychologie – het gebied van de psychologie dat zich bezighoudt met afwijkend, slecht
aangepast en abnormaal menselijk gedrag, Onder de paraplu van klinische praktijken vakken:
diagnose, classificatie, behandeling, preventie en onderzoek
(Ab)normaal
1. Binnen een persoon afwijkende gedachten, gedrag of belevingen
2. In relatie tor andere mensen (overbezorgd, extreem agressief)
3. Kunnen alleen worden verklaard tegen de achtergrond van normale processen
4. Kennis van ‘normale’ psychologische functies (waarnemen, denken, geheugen), van normale
ontwikkeling, sociale en persoonlijkheidspsychologie, is nodig om afwijkingen van de norm te
begrijpen. Je moet weten wat normaal is.
Aspecten van abnormaal gedrag
7 factoren die bepalen of gedrag pathologisch wordt beschouwd (Seligman, walker en Rosenhan)
1. Persoonlijk lijden – dat je er hinder van ondervind. Als iemand anders er last van heeft valt
dit nog onder persoonlijk lijden, omdat de ander er persoonlijk last van heeft.
2. De (dis)functionaliteit van het gedrag – het gedrag is niet helpend, onhandig
3. Irrationeel en onbegrijpelijk gedrag – mensen snappen dingen niet van wat je doet
4. Onvoorspelbaarheid en controleverlies – iets wat niet bestond, controleverlies je hebt wel de
context nodig om hierover te oordelen.
5. Opvallend en onconventioneel gedrag – iets wat niet passend is bij een situatie
6. Gedrag dat een ongemakkelijk gevoel bij anderen teweegbrengt – bv ongemakkelijke dingen
7. Het overtreden van morele normen
Psychische stoornis – een syndroom gekenmerkt door klinisch significante symptomen op het gebied
van cognitieve functies, de emotieregulatie, of het gedrag van een persoon, dat een uiting is van een
disfunctie in psychologische, biologische of ontwikkelingsprocessen die ten grondslag liggen aan het
psychische functioneren
- Gaan gewoonlijk gepaard met lijden of beperkingen in functioneren
2 Liesbeth de Ruiter
, 3 uitsluitende omstandigheden wat geen psychische stoornis is
1. Te verwachte een cultureel aanvaarde reacties (hemofilie)
2. Deviant gedrag dat voortvloeit uit het behoren tot een politieke, religieuze of seksuele
minderheid. (opstandig gedrag, bv bij een staking = hoort erbij)
3. Afwijkend gedrag moet niet voortkomen uit een persoonlijk conflict tussen het individu en
maatschappij. Kijken naar de context
Normaal en abnormaal: waar ligt de grens?
3 modellen hiervoor bedacht
1. Statisch model
- Is de normaalverdeling (komt een normaal gemiddelde uit)
- Je kan ook boven en onder dit gemiddelde vallen
- Kritiek
1. Grens is arbitrair.
2. Specificeert niet hoe ongewoon gedrag moet zijn.
3. Onduidelijk of er sprake is van individueel lijden.
2. Medisch of ziektemodel
- Psychologische stoornissen lijken op somatische stoornissen en moeten verholpen worden
door de onderliggende mechanismen te bestrijden
- Somatogeen – een lichamelijke aandoening die ten grondslag ligt aan een psychische
aandoening
- Psychogeen – aan een stoornis ligt een psychologisch mechanisme ten grondslag
- Kritiek
1. Bij veel psychische stoornissen geen onderliggend mechanisme aangetoond.
2. Stigmatisering. (labeling theorie)
3. Leer- of onderwijsmodel
- Uitgangspositie is niet een ziekte of abnormaliteit, maar een persoonlijk probleem
- Soms gewoon zoekend naar een passende oplossing
- Kritiek demarcatie
- Demarcatie – zoland iemand zelf nog de verantwoordelijkheid kan dragen, aanspreekbaar is
voor zijn doen en laten, wordt hij niet als ziek beschouwd.
- Kritiek
1.Demarcatie (=afbakening)- of afgrenzingscriterium. (soms kan iemand een stoornis hebben
en er toch mee kunnen leven)
2 Liesbeth de Ruiter