Bij voorbereiding tentamen Recht een introductie deze samenvatting gemaakt van de desbetreffende hoofdstukken. Alle begrippen zijn gemarkeerd en (bijna) alle artikelen zijn bij de juridische termen gevoegd.
Beste Britt,
Dankjewel voor het beoordelen van de samenvatting!
Graag zou ik van jou willen horen wat er volgens jou beter kan of ontbrak.
Met vriendelijke groet,
Ruben
Het nationale recht van Nederland wordt onderverdeeld in twee categorieën:
- Privaatrecht
- Publiekrecht
Het privaatrecht wordt ook wel civiel recht of burgerlijk recht genoemd.
Onder burgers vallen natuurlijke personenen en rechtspersonen. Natuurlijke personen
zijn: mensen van vlees en bloed. Rechtspersonen zijn organisatorische eenheden die aan
het rechtsverkeer deelnemen. Op vermogensrechtelijk terrein hebben ze dezelfde
mogelijkheden als een natuurlijke persoon. Rechtspersonen zijn organisaties die ook
rechten en plichten hebben, net als natuurlijke personen. Zowel rechtspersonen als
natuurlijke personen zijn rechtssubjecten.
De belangrijkste privaatrechtelijke regels kun je vinden in het Burgerlijk Wetboek (BW).
- Boek 1 behandelt het personen- en familierecht.
- Boek 2 bevat bepalingen over het rechtspersonenrecht.
- Boek 3 bevat algemene regels die zowel gelden voor het goederenrecht als voor
het verbintenissenrecht.
- Boek 4 wordt het erfrecht beschreven.
- Boek 5 gaat over de rechten die iemand heeft op een zaak.
- Boek 6 geeft algemene regels over verbintenissen.
- Boek 7 bevat allerlei bijzondere regels over diverse overeenkomsten.
- Boek 8 gaat over verkeersmiddelen en vervoer.
- Boek 10 gaat over het internationaal privaatrecht.
Materieel recht: De regels waarin het recht personen bepaalde gedragingen voorschrijft of
verbiedt, worden materiële regels genoemd. Het materiële recht bevat dus de inhoud van
het recht.
Formeel recht: H et formele recht is van toepassing als jouw recht is geschonden of als je
jouw verplichting niet nakomt. Het formele recht geeft namelijk regels voor procedures.
et geheel van rechtsregels die in Nederland gelden.
Objectief recht: H
Subjectief recht: S ubjectieve rechten zijn de juridische bevoegdheden die een persoon kan
hebben.
Aanvullend recht: Van aanvullend recht spreken we wanneer het wetsartikel slechts geldt
voor zover er niet door een eigen regeling van partijen (op grond van partijautonomie) van
afgeweken is. Aanvullend recht wordt ook wel regelend recht genoemd, vult de afspraken
van partijen aan als zij op een bepaald onderdeel zelf niets hebben geregeld. Voor de vele
aanvullende regels geldt dus dat je je volgens die regels mag gedragen, maar het is niet
, 1
verplicht. Hier spreken we van contractsvrijheid (partijautonomie) tussen partijen in het
privaatrecht.
Rechtsbronnen: Onder juristen en - belangrijker- de samenleving is de overtuiging gegroeid
dat rechtsregels voortkomen uit de wet, de jurisprudentie, het gewoonterecht en het
verdrag(het internationale recht).
De regering en de Staten-Generaal maken samen wetten. Deze wetten worden wetten in
formele zin genoemd. Jurisprudentie is het geheel van de rechterlijke uitspraken. Rechters
moeten hun uitspraken motiveren (artikel 121 Gw). Het is mogelijk dat zij daarbij een weg
inslaan waarop zij door andere rechters worden gevolgd.
Het gewoonterecht komt voort uit het ‘echte’ leven. Het wordt niet bedacht door een
wetgever of een rechter. Mensen ontdekken dat ze zich het beste op een bepaalde wijze
kunnen gedragen. Daarna gaan ze dat ook van elkaar verwachten en beleeft men het als
gedrag dat ‘behoort’. Het gewoonterecht heeft ook nadelen: het gaat gepaard met
rechtsonzekerheid en rechtsongelijkheid.
Verdragen zijn overeenkomsten tussen staten, of tussen staten en internationale
organisaties zoals de Europese unie, de Raad van Europa en de Verenigde Naties(VN).
Taken van de staat:
- wetten maken
- besturen
- rechtspraak
De totstandkoming van wetten;
- de minister laat zijn ambtenaren een wetsvoorstel maken.
- de ministerraad keurt het voorstel goed.
- de Raad van State adviseert.
- de Tweede Kamer neemt het voorstel aan
- de Eerste Kamer geeft haar goedkeuring
- de koning bekrachtigt
- Een of meer bewindspersonen contrasigneren
- aankondiging in het Staatsblad
- Inwerkingtreding
Hoofdstuk 2 Verbintenissenrecht:
Een verbintenis is een vermogensrechtelijke rechtsbetrekking tussen twee of meer
personen op grond waarvan de ene persoon een recht heeft op een prestatie die door de
andere persoon verricht moet worden.
Een verbintenis is eigenlijk een rechtsbetrekking tussen twee of meer personen waarbij
deze personen jegens elkaar (dat wil zeggen: onderling) rechten en plichten h
ebben.
Om van een verbintenis te spreken, moet er sprake zijn van:
- een rechtsbetrekking, die
- vermogensrechtelijk is, en
- tussen twee of meer personen geldt.
Een rechtsbetrekking of rechtsrelatie heeft juridische gevolgen. Een vermogensrechtelijke
rechtsbetrekking moet op geld waardeerbaar zijn (ontstaan).
, 2
Voor een verbintenis zijn er twee of meer personen nodig om het te kunnen laten ontstaan.
Het verbintenissenrecht regelt de rechten en plichten van de bij de verbintenis betrokken
persoon. Verbintenissen ontstaan uit: de rechtshandeling, bijvoorbeeld een
overeenkomst, of de wet.
Wanneer twee personen met elkaar een overeenkomst aangaan met de bedoeling om
onderling een of meer verbintenissen te laten ontstaan, spreken wij van een verbintenis die
uit de overeenkomst ontstaan. Deze personen kiezen er zelf voor om verbintenissen te laten
ontstaan. Verbintenissen die uit de wet ontstaan zonder dat de partijen dit gewild hebben.
Een persoon doet iets waarna volgens de wet een verbintenis ontstaat.
Hoofdstuk 3 Verbintenissen uit de overeenkomst:
Een overeenkomst is een afspraak tussen twee of meer personen. Om een overeenkomst
tot stand te brengen moet er allereerst, op basis van artikel 6:213 BW, sprake zijn van een
meerzijdige rechtshandeling. Voor gewone afspraken heb je geen rechtshandeling nodig.
Bovendien moet er op basis van artikel 6:217 sprake zijn van een aanbod dat aanvaard
wordt om een overeenkomst tot stand te laten brengen. Een rechtshandeling is een
handeling die je verricht met de bedoeling om een rechtsgevolg ( =een juridisch gevolg) te
laten ontstaan.
De rechtshandelingen worden onderverdeeld in eenzijdige rechtshandelingen en
meerzijdige rechtshandelingen.
Eenzijdige rechtshandeling(aanbod)+eenzijdige
rechtshandeling(aanvaarding)=overeenkomst.
Eenzijdige rechtshandeling: Je weet dat jouw handeling een rechtsgevolg zal hebben en je
wilt dat rechtsgevolg ook laten ontstaan. Wanneer je jouw wil kenbaar maakt(verklaart), is er
sprake van een rechtshandeling.
Voor een meerzijdige rechtshandeling zijn de verklaringen van twee personen vereist.
Wanneer twee personen verklaren een overeenkomst met elkaar te willen aangaan, ontstaat
er een overeenkomst.
Er zijn rechtshandelingen die helemaal niet tot stand komen, zodat er ook geen
overeenkomst ontstaat. Deze rechtshandelingen zijn vanaf het begin al ongeldig. In dit geval
spreken we van nietigheid. De rechtshandeling is dan nietig.
Ook zijn er rechtshandelingen die wel rechtsgeldig tot stand komen, maar achteraf ongeldig
kunnen worden gemaakt. In dit geval spreken we van vernietigbaarheid. De
rechtshandeling is dan vernietigbaar.
Een eerste grond voor nietigheid van de rechtshandeling (of overeenkomst) is
wilsontbreken, ook wel wilsdefect genoemd. (artikel 3:33 BW). Om van een geldige
rechtshandeling te kunnen spreken, dient op basis van dit artikel sprake te zijn van een wil
bij iemand die door een verklaring wordt bekendgemaakt.
Een tweede grond voor nietigheid is strijd met de wet, openbare orde of goede zeden.
Artikel 3:40 lid 1 BW.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper rubinho333. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.