H1, inleiding
woensdag 11 november 2020 16:19
Developmental psychology = bestudeert gedrag en de mentale processen hoe deze veranderen tijdens
de levenscyclus en wat de gevolgen zijn.
Charles Darwin was de eerste die iets schreef over ontwikkelingspsychologie. Vroeger werden kinderen
gezien als mini-volwassenen en moesten ze gewoon meedraaien in de maatschappij, tegenwoordig is
dat heel anders.
Nature (Nativism) & nurture (empiricism)
Nativism = de ontwikkeling is bepaald door aangeboren processen (biologisch), Eysink (persoonlijkheid is
sterk biologisch bepaald)
Empiricism = overtuiging dat dingen zijn aangeleerd/ Watson/ behaviorisme, Skinner iets minder
Tegenwoordig wordt hierover vaak gezegd dat het 'n combinatie is van beide. Je hebt bepaalde genen,
maar bijv. door 'n situatie kan het leiden dat die bepaalde genen tot uiting komen.
Problemen met nature/nurture
Nature:
- geboren misdadigers
- aangeboren verschillen in intelligentie (etniciteit) mensen met verschillende etniciteit hebben ook
verschillende intelligentie
- superieur soort mens (denk aan rassenleer WOII)
Nurture
- ijskastmoeders (autisme komt doordat de moeders niet genoeg liefde geeft)
Hoe ontwikkelt pesten?
- tweelingonderzoek -> genetische aanleg)
- psychopathie (deels genetisch bepaald) hangt sterk samen met psychopathie
- positive reinforcement (meelopers)
- populariteit
- optreden vd leerkracht
- verdedigers
Pesten is niet alleen genetisch maar nature & nurture
Hoe beschrijf je de ontwikkeling?
- Continous development = als je meer studeert, krijg je meer Franse woordkennis
- Discontinous development = opeens kan je iets, ze laten het eerst niet zien en dan opeens wel. Bijv. bij
wiskunde, je kan 't niet, je kan 't niet, dan valt 't kwartje en dan doe je alles goed
- Overlapping waves = je gebruikt 1 strategie, tot we 'n betere strategie leren. Bijv. eerst rollen, dan
komt 't erachter dat je ook kan kruipen, het zal minder gaan rollen en meer kruipen. Na kruipen komt
lopen, gaat dan minder kruipen en meer lopen etc.
Critical period = een periode (leeftijd) waarbinnen 'n gebeurtenis/gebeurtenissen noodzakelijk zijn voor
'n typische ontwikkeling
Sensitive period = 'n periode (leeftijd) waarbinnen 'n gebeurtenis/gebeurtenissen belangrijk zijn 'n
typische ontwikkeling. Zonder de gebeurtenis kan de typische ontwikkeling nog gebeuren (maar heeft
meer moeite nodig, of gebeurt minder goed)
- Deprivatie voor 6 maanden minder gevaarlijk voor cognitieve ontwikkeling dan deprivatie na 6
maanden. Geldt ook voor taal en hechting.
Domain-general development = 'n bepaalde ontwikkeling heeft ook invloed op andere domeinen. Bijv.
als je leert rekenen, kan je dat ook weer gebruiken bij het optellen van 2 producten in de supermarkt.
Piaget is het hier heel erg mee eens.
Domain-specific development = het idee dat de ontwikkeling van verschillende vaardigheden
onafhankelijk (afzonderlijk) plaatsvindt en weinig impact heeft op vaardigheden in andere domeinen
Verklaring vd ontwikkeling:
Level of explanation = de manier hoe we fysieke ontwikkelingen beschrijven; biologisch, gedrag, sociaal
of emotioneel.
Je hebt 3 benaderingen:
- Culturele invloeden spelen ook een grote rol in de ontwikkeling; opgroeien in een drukke stad, of op
het platteland.
- Het biologische systeem speelt ook 'n grote rol; zonder ons biologische lichaam, hersenen en
zenuwstelsel kunnen we helemaal niet ontwikkelen.
- ecological perspective = een perspectief dat het belang benadrukt van het begrijpen van niet alleen de
relatie tussen organismen en verschillende milieusystemen, maar ook de relaties tussen dergelijke
systemen onderling. Bronfenbrenner Ecological Perspective -> (micro, meso, exo, macro en chrono.
Het chronosysteem is een systeem van de ecologische systeemtheorie van Bronfenbrenner dat het
concept van tijd omvat. De tijd en het tijdperk waarin individuen leven, zullen de ontwikkeling van
kinderen beïnvloeden.
Individu = genetica, persoonlijkheid, intelligentie (factoren die in de persoon zelf zit)
Omgeving (ouders, vrienden, thuisomgeving, samenleving, beïnvloeden de persoon van buiten af)
Individu en omgeving beïnvloeden elkaar: kind beïnvloedt ouders en ouders beïnvloeden kind
Individu en omgeving interacteren: samen groter dan de som der delen
Waar stopt ontwikkeling? Ontwikkeling stopt niet na de kindertijd
Lifespan perspective = een visie op ontwikkeling als een proces dat doorgaat gedurende de hele levenscyclus, van
de kindertijd tot de volwassenheid en ouderdom.
Age chort = mensen die in hetzelfde jaar geboren zijn (ze hebben dezelfde historische ontwikkelingen)
Adolescenten hebben 'n autoriteit nodig (bijv 'n leerkracht wegpesten, zij hebben geen autoriteit)
Ontwikkeling gaat door in de volwassenheid
- zelfspot na adolescentie
- leren jezelf minder serieus te nemen
- stoppen met rebelleren tegen ouders
Huwelijk maakt mensen volwassen
- bewust zijn van behoeftes anderen
Nieuwe sectie 1 Pagina 1
,- bewust zijn van behoeftes anderen
- verantwoording nemen
Leermogelijkheden uit cross-cultureel onderzoek
- co-sleeping (in 't westen vaak kind alleen slapen), in andere landen kind bij de ouders slapen
- familieverplichtingen (verplichtingen voor de familie, kan zowel positief als negatief, je moet goed je best doen
op school omdat ze niet willen dat de familie zich voor hen schaamt
- naschoolse activiteiten: in nl is dat niet echt zo, in Korea is dat wel meer gewoon
- tijger moederen: wat is 'n goede moeder?
Moeilijk: ontwikkeling van 'n kind is een puzzel. Elk kind is anders
Deel 2: belangrijke theorieën:
John Locke -> tabula rasa, wit blad, weet nog niks als 't geboren wordt. Tabula Rasa (lege bladzijde) kind weet
niks
Behavirourism:
- Watson, Thorndike, Pavlov en Skinner zijn hierin de bekendste namen.
- Ontwikkeling als leerproces. Gedrag verandert door ervaringen, gedrag leer je aan.
- Classieke conditionering: je leert bepaald gedrag aan als gevolg van 'n stimuli. Dit gebeurd door een neutrale
prikkel (stimulus) te koppelen aan een stimulus die leidt tot een reflex
Little Albert (Watson) -> baby wordt geconditioneerd voor muizen, door een enorme knal te laten horen.
- Operante conditionering (instrumental): Thorndike & Skinner; nieuw gedrag wordt aangeleerd door 'n respons
op een simili. Het leerproces waarbij een respons in een bepaalde context gevolgd wordt door een bekrachtiger
Maturational theory (tegenovergestelde behaviorisme):
- Evolutie geeft ons 'n biologische agenda, zit in ons DNA.
- De capaciteiten van kinderen wordt in grote mate bepaald door onze genetische erfenis.
- Bij baby's zie je dit erg mooi, eerst zitten, staan, lopen en dan rennen
- Het gaat vanzelf, dus wees terughoudend met ingrijpen. Je kan het wel aanleren, maar dit is vaak sterker.
Door deze agenda zullen vaardigheden vanzelf tevoorschijn komen in 'n vaste volgorde
Darwin is hier 'n goed voorbeeld van
Psychodynamische benadering
- Ontwikkelstadia van Freud (zie psychologie samenvatting)
- Volgens Freud zijn motivaties en persoonlijkheden gevormd door de ervaringen in de jeugd.
Opvallend is dat bepaalde problemen in de jeugd, problemen ontwikkelen later in de jaren. Bijv. poep
onthouden -> te streng
- id = volledig onbewust, het is een dierlijk instinct/impuls, het staat los van alle regels. Het id werkt op basis van
het pleasure principe: ongeacht de regels van de samenleving of het recht en de gevoelens van anderen zoeken
naar onmiddellijke bevrediging van beide soorten instincten, ongeacht de regels van de samenleving of het recht
en de gevoelens van anderen.
- Superego = het tegenovergestelde van id, moreel kompas, je leert de regels door religie, cultuur en opvoeding
(deels onbewust, deels bewust)
- Ego = de combinatie van het superego en id, je zoekt een tussenweg wat wel/niet kan in de echte wereld (deel
bewust, deel onbewust). Het ego werkt op de basis van het reality principle: het werkingsprincipe van het ego,
dat rekening houdt met de beperkingen van de sociale wereld.
Verschillende fases in de ontwikkeling: psychosexual development (innerlijke en externe conflicten tijdens de
ontwikkeling).
- Oraal (0-1) = alles in de mond te stoppen -> teveel eten/roken/nagelbijten
- Anaal (1-3) = de poep fase, kind merkt dat het niet overal mag poepen -> te streng? Symbolisch poep ophouden,
maar eigenlijk het verzamelen bijv. gierig zijn. Te lax? Ongeorganiseerd, geven alles weg (symbolisch overal
poepen)
- Fallisch (phallic) (2-5/6) = plezier uit genitaliën, seksuele aantrekking/jaloezie tot ouder van ouder geslacht. Hier
worden kinderen bewust van gender verschillen.
Oedipus = jongens krijgen seksuele gevoelens voor de moeder en wil de vader elimineren
Electra complex = meisje vindt de vader leuk en gaat de strijd aan met de moeder.
- Latent (5/6 tot adolescentie) = vrede, focus of opleiding, vriendschap en hobby's
- Genitale fase = plezier weer halen uit genitale (problemen afhankelijk van doorlopen eerdere stadia)
Psychosocial theory/Erikson's theory of development
- Erikson: afhankelijk van je leeftijd zit je in verschillende fases. Hij ziet dat ontwikkeling niet ophoudt na de
kindertijd. In iedere fase moet je 'n bepaalde taak oplossen, doe je dat niet? Dan zal je problemen later krijgen.
Kritiek: het kan veel uitgebreider. In de adolescentie, ga je jezelf ontwikkelen, maar er zijn meer dingen die
meespelen.
Ethologische theorie Lorenz (imprinting)
Biologische en plotselinge vorm van attachment (hechting)
Heeft 'n kritieke periode: bij ganzen sterkst na 1 dag - na 2 dagen lukt 't niet meer
Helpt jonge ganzen wss met overleven (attachment) dus ze moeten bij de moeder blijven, die geeft ze eten en
beschermt ze.
Een theorie die stelt dat gedrag moet worden gezien en begrepen als voorkomend in een bepaalde context en
met adaptieve of meerwaarde
Ethologische methode:
- kinderen observeren in natuurlijke omgeving
- zie je het in veel culturen? dan is 't wss aangeleerd (huilen -> verzorging ouder)
- helpt 't met overleven? -> op zoek naar de biologische basis
- Maar, er kan worden geleerd (kind wil wel huilen, mr heeft geleerd om zich in te houden
John Bowlby - Maternal deprivation & attachment
Kwam erachter dat bij 44 'dieven' 17 er gescheiden waren van hun moeder.
In kritieke fase band met moeder nodig voor goede ontwikkeling (die diefjes hadden dit dus niet)
Hechting is belangrijk voor 'n kind
Evolutionaire psychologie
- welke trekken zorgen dat jager-verzamelaar overleven?/ voortplanten
Stress was vroeger handig, dan kon je snel vluchten, tegenwoordig geeft het contante stres -> burnout
Veel raakvlakken met ethologische methode
Nieuwe sectie 1 Pagina 2
,Veel raakvlakken met ethologische methode
Het is wel wat breder
Gedrag is natuurlijk? Nee, je kan er niks aan doen
Agressief vertonen is niet wenselijk
Een uur stilzitten en sommen maken, is niet natuurlijk gedrag, dat moet aangeleerd worden
Natuurlijk gedrag is niet goed maar ook niet slecht.
Cognitieve theorieën:
Social learning theory = theorie die zegt dat kinderen niet alleen leren door klassieke of operante conditionering
maar ook door het observeren en imiteren van anderen. Wat ook wel observational learning wordt genoemd.
Kinderen imiteren niet gelijk het gedrag, maar ze selecteren specifiek gedrag om te imiteren.
Volgens Bandura gaat dit in 4 fases; bandura's model of observational learning:
1. attend (attention): haar vermogen om aandacht te schenken aan het gemodelleerde gedrag (wordt beïnvloed
door factoren in haar eigen ervaring en in de situatie)
2. retain (retention): het kind moet het waargenomen gedrag in het geheugen bewaren
3. reproduce(tion): het kind moet fysiek en intellectueel in staat zijn zich te reproduceren tot waargenomen
gedrag
4. motivation: de motivatie om het gedrag te produceren dat wordt beïnvloed door meerdere factoren (je krijgt
'n beloning, andere lachen, of het is handig voor jezelf, word er beter van)
Piaget:
Piagetian theory = een theorie van cognitieve ontwikkeling die van mening is dat het kind actief op zoek is naar
nieuwe informatie.
Piagets (1936) theorie van cognitieve ontwikkeling legt uit hoe een kind een mentaal model van de wereld
construeert. Hij was het niet eens met het idee dat intelligentie een vaste eigenschap was, en beschouwde
cognitieve ontwikkeling als een proces dat plaatsvindt als gevolg van biologische rijping en interactie met de
omgeving.
Benadrukt dat mensen/kinderen zich ontwikkelen in verschillende fase. Individu is erg belangrijk
Vygotsky:
Sociocultural theory = een ontwikkelingstheorie (door Vygotsky) die ziet dat ontwikkeling voortkomt uit de
interacties van kinderen met meer bekwame mensen (mensen buiten de cirkel) en de instellingen en
instrumenten die hun cultuur biedt. De omgeving kan 'n kind helpen, mr de persoon die het kind helpt wordt zelf
ook beïnvloed door de cultuur. Omgeving is erg belangrijk, cirkel. Binnen cirkel kan je 't zelf. Buiten de cirkel heb
je hulp nodig.
Nativist:
Onze cognitieve vaardigheden zijn aangeboren, geleverd door onze genetische overerving. Nativistische
theorieën veronderstellen dat taal een aangeboren fundamenteel onderdeel is van de menselijke genetische
samenstelling en dat taalverwerving plaatsvindt als een natuurlijk onderdeel van de menselijke ervaring. ... Ze
geloven dat kinderen taal specifieke vaardigheden hebben die hen helpen bij het beheersen van een taal.
We worden geboren met bepaalde mentale structuren en bepaalde kennis over specieke onderwerpen
Evolutionaire psychologie
Valt onder hetzelfde kopje als nativist, is een tegenstander van ethologie.
- welke trekken zorgen dat jager-verzamelaar overleven?/ voortplanten
Stress was vroeger handig, dan kon je snel vluchten, tegenwoordig geeft het contante stres -> burnout
Veel raakvlakken met ethologische methode
Het is wel wat breder
Evolutionary psychology = een benadering die stelt dat kritische componenten van psychologisch functioneren
evolutionaire veranderingen weerspiegelen en cruciaal zijn voor het voortbestaan van de soort
Information processing approach = theorieën over ontwikkeling die zich richten op de informatiestroom door het
cognitieve systeem van het kind en in het bijzonder op de specifieke bewerkingen die het kind uitvoert tussen
invoer- en uitvoerzinnen. Ze kijken hoe mensen informatie verwerken, opslaan en reageren op 'n stimuli.
Neo-Piagetian theories =
theorieën over cognitieve ontwikkeling die de concepten van Piaget herinterpreteren vanuit een
informatieverwerkingsperspectief
Executive control structure = volgens Case een mentale blauwdruk of plan voor het oplossen van een categorie
problemen. Het heeft 3 componenten:
- representatie van 't probleem
- representatie van 't doel van 't probleem
- representatie vd strategie om het doel te bereiken
Connectionist models = connectionistische modellen zijn een klasse van computationele modellen die worden
gebruikt om expliciete theoretische verklaringen van menselijke cognitie en ontwikkeling te maken
Bayesian models of development:
Bayesian modelling = een vorm van computationele modellering die berust op voorwaardelijke probabilistische
relaties tussen informatie-items. Bayesiaanse modellering wordt gebruikt om de ontwikkeling van het begrip van
kinderen over de relaties tussen veel dingen te modelleren, inclusief gebeurtenissen, woorden en objecten
Bayes theorem= de stelling van Bayes beschrijft voorwaardelijke waarschijnlijkheid; dat wil zeggen, de
waarschijnlijkheid van een gebeurtenis op basis van voorkennis dat er iets anders is dat verband kan houden met
de gebeurtenis, het geval is of heeft plaatsgevonden
Dynamic systems accounts of development = dynamische systemen zijn een studiegebied in de wiskunde dat
probeert complexe systemen te beschrijven met veel inputs die op complexe manieren samenwerken.
Ontwikkelingspsychologen hebben geprobeerd de ontwikkeling op deze manier te verklaren
Nieuwe sectie 1 Pagina 3
, H2, theorieën
woensdag 11 november 2020 16:20
John Locke -> tabula rasa, wit blad, weet nog niks als 't geboren wordt. Tabula Rasa (lege bladzijde) kind weet niks
Behavirourism:
- Watson, Thorndike, Pavlov en Skinner zijn hierin de bekendste namen.
- Ontwikkeling als leerproces. Gedrag verandert door ervaringen, gedrag leer je aan.
- Classieke conditionering: je leert bepaald gedrag aan als gevolg van 'n stimuli. Dit gebeurd door een neutrale prikkel
(stimulus) te koppelen aan een stimulus die leidt tot een reflex
Little Albert (Watson) -> baby wordt geconditioneerd voor muizen, door een enorme knal te laten horen.
- Operante conditionering (instrumental): Thorndike & Skinner; nieuw gedrag wordt aangeleerd door 'n respons op een
simili. Het leerproces waarbij een respons in een bepaalde context gevolgd wordt door een bekrachtiger
Maturational theory (tegenovergestelde behaviorisme):
- Evolutie geeft ons 'n biologische agenda, zit in ons DNA.
- De capaciteiten van kinderen wordt in grote mate bepaald door onze genetische erfenis.
- Bij baby's zie je dit erg mooi, eerst zitten, staan, lopen en dan rennen
- Het gaat vanzelf, dus wees terughoudend met ingrijpen. Je kan het wel aanleren, maar dit is vaak sterker.
Door deze agenda zullen vaardigheden vanzelf tevoorschijn komen in 'n vaste volgorde
Darwin is hier 'n goed voorbeeld van
Psychodynamische benadering
- Ontwikkelstadia van Freud (zie psychologie samenvatting)
- Volgens Freud zijn motivaties en persoonlijkheden gevormd door de ervaringen in de jeugd.
Opvallend is dat bepaalde problemen in de jeugd, problemen ontwikkelen later in de jaren. Bijv. poep onthouden -> te
streng
- id = volledig onbewust, het is een dierlijk instinct/impuls, het staat los van alle regels. Het id werkt op basis van het
pleasure principe: ongeacht de regels van de samenleving of het recht en de gevoelens van anderen zoeken naar
onmiddellijke bevrediging van beide soorten instincten, ongeacht de regels van de samenleving of het recht en de
gevoelens van anderen.
- Superego = het tegenovergestelde van id, moreel kompas, je leert de regels door religie, cultuur en opvoeding (deels
onbewust, deels bewust)
- Ego = de combinatie van het superego en id, je zoekt een tussenweg wat wel/niet kan in de echte wereld (deel
bewust, deel onbewust). Het ego werkt op de basis van het reality principle: het werkingsprincipe van het ego, dat
rekening houdt met de beperkingen van de sociale wereld.
Verschillende fases in de ontwikkeling: psychosexual development (innerlijke en externe conflicten tijdens de
ontwikkeling).
- Oraal (0-1) = alles in de mond te stoppen -> teveel eten/roken/nagelbijten
- Anaal (1-3) = de poep fase, kind merkt dat het niet overal mag poepen -> te streng? Symbolisch poep ophouden, maar
eigenlijk het verzamelen bijv. gierig zijn. Te lax? Ongeorganiseerd, geven alles weg (symbolisch overal poepen)
- Fallisch (phallic) (2-5/6) = plezier uit genitaliën, seksuele aantrekking/jaloezie tot ouder van ouder geslacht. Hier
worden kinderen bewust van gender verschillen.
Oedipus = jongens krijgen seksuele gevoelens voor de moeder en wil de vader elimineren
Electra complex = meisje vindt de vader leuk en gaat de strijd aan met de moeder.
- Latent (5/6 tot adolescentie) = vrede, focus of opleiding, vriendschap en hobby's
- Genitale fase = plezier weer halen uit genitale (problemen afhankelijk van doorlopen eerdere stadia)
Psychosocial theory/Erikson's theory of development
- Erikson: afhankelijk van je leeftijd zit je in verschillende fases. Hij ziet dat ontwikkeling niet ophoudt na de kindertijd.
In iedere fase moet je 'n bepaalde taak oplossen, doe je dat niet? Dan zal je problemen later krijgen. Kritiek: het kan
veel uitgebreider. In de adolescentie, ga je jezelf ontwikkelen, maar er zijn meer dingen die meespelen.
Ethologische theorie Lorenz (imprinting)
Biologische en plotselinge vorm van attachment (hechting)
Heeft 'n kritieke periode: bij ganzen sterkst na 1 dag- na 2 dagen lukt 't niet meer
Helpt jonge ganzen wss met overleven (attachment) dus ze moeten bij de moeder blijven, die geeft ze eten en
beschermt ze.
Een theorie die stelt dat gedrag moet worden gezien en begrepen als voorkomend in een bepaalde context en met
adaptieve of meerwaarde
Ethologische methode:
- kinderen observeren in natuurlijke omgeving
- zie je het in veel culturen? dan is 't wss aangeleerd (huilen -> verzorging ouder)
- helpt 't met overleven? -> op zoek naar de biologische basis
- Maar, er kan worden geleerd (kind wil wel huilen, mr heeft geleerd om zich in te houden
John Bowlby - Maternal deprivation & attachment
Kwam erachter dat bij 44 'dieven' 17 er gescheiden waren van hun moeder.
In kritieke fase band met moeder nodig voor goede ontwikkeling (die diefjes hadden dit dus niet)
Hechting is belangrijk voor 'n kind
Evolutionaire psychologie
- welke trekken zorgen dat jager-verzamelaar overleven?/ voortplanten
Stress was vroeger handig, dan kon je snel vluchten, tegenwoordig geeft het contante stres -> burnout
Veel raakvlakken met ethologische methode
Het is wel wat breder
Gedrag is natuurlijk? Nee, je kan er niks aan doen
Agressief vertonen is niet wenselijk
Een uur stilzitten en sommen maken, is niet natuurlijk gedrag, dat moet aangeleerd worden
Natuurlijk gedrag is niet goed maar ook niet slecht.
Cognitieve theorieën:
Social learning theory = theorie die zegt dat kinderen niet alleen leren door klassieke of operante conditionering maar
ook door het observeren en imiteren van anderen. Wat ook wel observational learning wordt genoemd. Kinderen
imiteren niet gelijk het gedrag, maar ze selecteren specifiek gedrag om te imiteren.
Volgens Bandura gaat dit in 4 fases; bandura's model of observational learning:
1. attend (attention): haar vermogen om aandacht te schenken aan het gemodelleerde gedrag (wordt beïnvloed door
factoren in haar eigen ervaring en in de situatie)
2. retain (retention): het kind moet het waargenomen gedrag in het geheugen bewaren
3. reproduce(tion): het kind moet fysiek en intellectueel in staat zijn zich te reproduceren tot waargenomen gedrag
4. motivation: de motivatie om het gedrag te produceren dat wordt beïnvloed door meerdere factoren (je krijgt 'n
beloning, andere lachen, of het is handig voor jezelf, word er beter van)
Piaget:
Piagetian theory = een theorie van cognitieve ontwikkeling die van mening is dat het kind actief op zoek is naar nieuwe
informatie.
Piagets (1936) theorie van cognitieve ontwikkeling legt uit hoe een kind een mentaal model van de wereld construeert.
Nieuwe sectie 1 Pagina 1