100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Hoorcolleges + samenvatting Ontwikkelingspsychopathologie €7,99
In winkelwagen

College aantekeningen

Hoorcolleges + samenvatting Ontwikkelingspsychopathologie

1 beoordeling
 20 keer bekeken  2 keer verkocht

Dit is een samenvatting van de aantekeningen van de hoorcolleges + de aantekeningen van het boek. Ik heb door alleen deze samenvatting te leren een 9 gehaald, dus het dekt goed de stof!

Voorbeeld 4 van de 34  pagina's

  • 18 januari 2021
  • 34
  • 2020/2021
  • College aantekeningen
  • Evelien broekhof
  • Alle colleges
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (10)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: jadevveen • 2 jaar geleden

avatar-seller
evaduin
Hoorcollege 1 Ontwikkelingspsychopathologie
1.2: Defining disorderd behavior

Hoe kan je normaal van abnormaal onderscheiden?
 Ontwikkelingsnormen = typische normen van hoe gedrag zich ontwikkelt over tijd
- Dit kan verschillen per leeftijd
- Tabel 1.1 in boek of op bright




- Kijken naar deze factoren om abnormaal gedrag te bepalen
 Culturele normen
- Vb iemand is heeel outgoing, in vs is dit bijv heel goed en normaal maar in indonesie
niet
- Vb. kind gaat in discussie met ouder, in nl normaal, in sommige andere landen niet
 Gender normen
- Meisjes zouden ‘stiller, afhankelijker, passsiever en emotioneler zijn’
- Jongens zouden ‘actiever, dominanter, aggressiever’ zijn
- Zelfde mate van dominantie kan bij jongen normaal zijn en bij meisje als
problematisch
 Situationele normen
- Rennen op schoolplein is normaal, maar in klas opeens hyper?
 De rol van ouders
- Hoe betrokken bijv ouders zijn
 Perspectief veranderd over tijd
 het moet interferen met het leven van het kind
- Als het geen problemen voor het kind opleverd dan is er niks aan de hand

Abnormaal gedrag word gediagnosticeerd op een klinische of empirische manier
- DSM: American Psychiatric Association
o Vooral gebruikt in nl en amerika
- ICD: World Heath Organization
o Vooral in verenigd koninkrijk
- Experts based

Normaal/abnormaal gedrag
- Klinische benadering (DSM & ICD)
 Problematisch gedrag ‘exists’ when:
o Clusters of symptoms

, o Symptoms are persistent / recurrent / intens / excessive / unreasonable
(vaker voorkomen)
o Symptoms cause clinically significant distress or impairment in major life
areas
 key caracteristics:
o Clinician-derived (uit werkveld)
o Categorical (je hebt het of je hebt het niet)
o Commonly used (
o Changing conceptualization of disorders in young people
 Kritiek:
o Veel te veel bepaalde diagnoses worden gegeven vanwege brede creteria
o Gebrek aan bewijs van validiteit
o Gebrek aan basis waarop iemand een diagnose krijgt (lacking clear decision
rules)
o Verstoffelijkheid van iets. Iets wat eigenlijk niet bestaat word een label
opgeplakt. Autisme is in principe niks
o De context wordt niet in behandeling genomen, niet gekeken naar sociale,
culturele en familie factoren.
o Weinig aandacht voor ontwikkelingsverschillen  eigenlijk vooral geschikt
voor volwassenen deze lijst
- Empirische benadering (CBCL)
 key characteristics
o Research- derived/statistics
o Clusters van syndromen ( broadband  bredere categorie zoals
externaliserend gedrag bijv adhd. , narrowband  internaliserend (?))
o Dimensionaal  je kunt eerder zeggen dit kind heeft een hogere mate van
angst in vergelijking tot andere kids
o Use data from normative samples, normen vergelijken van leeftijdsgenootjes
o Veel dynamischere manier om te kijken naar abnormaal gedrag

1.3: causaliteit en wegen naar psychopathologie
Causaliteit
- Systems framework
o Bio-psycho-social model
 Biological (vb. genetische processen, pre/peri/post -natal CNS damage,
temperament)
 Psychologisch (vb. leerervaringen, cognitieveprocessen,
emotieregulatie, executive functioning (inhibitie))
 Sociocultureel (vb. familie context, peercontext, maatschappelijk en
sociale context)
- Risico’s en beschermende factoren
o Risico factoren (risk)  factor (bijv stress) die ervoor zorgt dat als je die hebt
de kans vergroot op een psychopathologie (bijv depressie)
o Beschermende factoren (protective)  factor (vb. goed sociaal netwerk) die
er is die kan beschermen tegen ontwikkelen van psychopathologie

, o Weerbaarheid (resilience)  Ondanks dat er veel risicofactoren aanwezig zijn
je geen psychopathologie ontwikkeld
- Moderatie en mediatie
o Moderatie: Factor A ------------------------------------ outcome
^ Factor B
 Variabele die de sterkte of de richting tussen een relatie kan
beïnvloeden
 Vb: stress kan leiden tot meer internaliserend gedrag. Gender = factor
B  moderator  gender beïnvloed relatie, sterker voor meisjes dan
jongens.
o Mediatie: Factor A ------- Factor B ------- outcome
 Iets komt tussen 2 variabelen. Link tussen 2 variabelen word verklaard
door factor.
 Armoede leid tot blootstelling aan geweld wat leid tot
psychopathologie. Blootstelling aan geweld is factor B
 Je komt meerdere mediators doen.
- Directe en indirecte invloeden
o Direct/indirect (hoe direct is de link)
o Vs distal/proximal (Hoe dicht een factor in iemand omgeving komt,
Bronfenbrenner)

Hoe factoren tot psychopathologie kunnen leiden (kwestie van kans)
- Equifinality
o Nooit 1 ontwikkelingspad leidt altijd tot bepaalde uitkomst.
o 1 uitkomst kan worden verklaard door meerdere factoren
- Multifinality
o 1 risicofactor kan leiden tot meerdere uitkomsten

Continuiteit en verandering
- Continuiteit = je houd een stoornis
o Je had als kind een angststoornis en je houd die als volwassene nog steeds
o Angststoornis  Angststoornis
- Verandering
o Je had als kind een angststoornis en als volwassenen niet meer
o Angststoornis  no disorder

Homotypische en heterotypische continuiteit
Disorder level:
- Homotypisch = manier waarop een probleem zich manifisteert hoe het eruit ziet etc
veranderd niet.
o Angststoornis  angststoornis
- Heterotypisch = veranderd
o Angststoornis  mood disorder
Symptoom level:
- Homotypische continuiteit (rondrennen als kind, als adolescent nog steeds)
o Symptom A  symptom A

, - Heterotypische continuiteit (kind rondrennen, als adolescent rusteloos en onrustig.
Andere verschijningsvorm wel nog steeds adhd)
o Symptom B  symptom C
Hoorcollege 2: angststoornissen
Internaliserende stoornissen = hoge niveau van emoties, vooral negatief. Intern

Fear (bang zijn, fobie) = reactie op een bedreiging in onmiddelijke omgeving, alarmreactie.
 Fobie is niet meer normaal, het interfereerd met dagelijksleven, te intens bang zijn
Anxiety (angst, anxiety disorder) = toekomst georiënteerd, verhoogde vrees zonder dat er op
dit moment een dreiging is.
 anxiety disorder is het niet meer in proportie, als je dr dagen mee bezig bent enz

Tripartite model = complex patroon van 3 types of reacties obv een geobserveerde dreiging.
- Gedragsreacties
o Je kan ze zien/observeren
o Freezing, running away, closing eyes, trembling, fidgeting, crying, screaming,
trantrums
- Fysiologische reacties
o Dingen die je ervaart in je lichaam als je bang bent
o Zweten, meer naar de wc, trillen op benen, misselijk
- Cognitieve reacties
o Worry (gedrachten over allerlei dingen die kunnen gebeuren die negatief
zijn), het ergste verwachten, in de war zijn, blackout, angst dat je de controle
verliest, gedachte waarin je heel onzeker bent over jezelf

Normale angst  bang voor:
- Babys; harde geluiden en onbekende mensen of dingen
- Peuter: nieuwe situs’s, gescheiden van ouders, hoogtes, water, dieren
- Kleuter: donker, oorlog en monsters (word specifieker)
- Schoolleeftijd: falen en kritiek, bang om gewond te raken
- Adolescentie: sociale evaluatie, de dood

 Je ziet een afname van angsten in leeftijd
 Toename in vatbaarheid voor angst in adolescentie
o Breinstructuur voor angst (amygdala) ontwikkeld al voor prefrontale context
is ontwikkeld  adoloscenten hebben een brein met verhoogde capaciteit
voor bang zijn en angst. En niet zoveel controle op.
o Toch wel risiconemen  Structuur daarvoor is ook al verder ontwikkeld.
 Meisjes geven meer angsten en hogere intensiteit aan dan jongens
 gender role expectations? (liegen jongens over hun angsten omdat dat sociaal
wenselijk is ?)

Deze angsten differentieerd kids van 7-10 met kids van 15-18 (dit hebben kids v 15-18)
- Vreemden, gekidnapped worden, verdwaald raken in een vreemde omgeving, voor
de klas praten, dronken mensen, verdwaald raken in de menigte, dat ons land word
binnen gevallen, aardbevingen, tijgers, raar-uitziende mensen, enge drugs nemen.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper evaduin. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53340 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€7,99  2x  verkocht
  • (1)
In winkelwagen
Toegevoegd