Hellemans, Denken over Cultuur, 7-46:
Epistemologisch, episteme van Grieks betekent kennis.
Controverse in cultuur: reputatie, wetenschappelijke tradities binnen versch. landen, gebruik
bronnenmateriaal. Turn in cultuurstudie: meer theorie tegen chaos.
Traject of Traditie?
100 jaar geleden: analytisch/systematisch kijken naar cultuur. Tot 1960 cultuur verbonden aan land,
maar internet opkomst wijzigde dit.
Materiële cultuur
Geen/amper grens Natuur/Cultuur. Maar mensen maken ‘dingen’. Material turn, ook objecten
meenemen in verhaal ipv. alleen taal.
William David Kingery(11): systematiek cultuur aan de hand materialiteit: het is
belangrijk een meerduidige interpretatie van cultuur te hebben, wanneer deze is samengebald
tot een boject.
Cultuurrelativering: object direct te begrijpen/methodes daarvoor oprichten.
Cultuurkritiek
‘dood van de auteur’ in 1980: grote afstand tussen de schrijver als auteur van een verhaal en
de te interpreteren tekst. Tegen over wat in de vroege 20e eeuw gebeurde. Toen levensloop
kunstenaar achterhalen voor werk beter te kunnen plaatsen.
Bureaucratie en beschaving
Modernisten kritiek op Bildung (= mens cultiveert zich tot betere zelf). Tweede Wereldoorlog
waterscheiding in definiëren cultuur en beschaving. Unesco, consequenties cultuurbeleid
landen. Ellen Wilkinson (16): cultuur niet langer vrijblijvend, maar onderdeel
beschavingsoffensief. Tegenwicht van de machinale en oorlogszuchtige mens.
Cultuur na WoII als tegenwicht machinale/oorlogszuchtige mens. Cultuur verbonden aan
civilisatie. Culture> Latijns Colere =verbouwen (Cicero gebruikte het zo) Renaissance:
Cultiveren is privé aangelegenheid.
Collectieve representatie, Durkheim (19) . Een gemeenschappelijk geformuleerde identiteit. 2
afstanden in cultuur: geografie en tijd. Dus cultuur plaatsen in eigen plaats/tijd.
Representatie is bij cultuurhistorici: een object van een maatschappij (20).
,1. De klassiekers
Amper nog Europese identiteit, wat is het Westen> ook VS?
Sigmund Freud: cultuurwetenschapper probeert niet toe te voegen, maar alleen het verborgen
beeld bloot te leggen. (26).
Cultuur is doordrongen van menselijke ervaring. Cultuur als wetenschap ontstond in Europa.
Fundamenten van cultuurkritiek
Voltaire, Essay over de gewoontes en de geest van de natie: Westerse beschaving in brede zin. Met
een doel geschreven: ontstaan geschiedenis met verwerpen van een goddelijk plan. Centraal staat het
vooruitgangsdenken van de mens. Teleogie: met doel geschreven.
Theologische cultuur interpretatie: menselijk handelen gericht op verwezenlijken goede. Aristoteles:
teleogie, geen god wezen met plan voor mens. Natuur is verandering, dus begin/einde geschiedenis.
Germaine de Staël, 1800: gigantische beschaving vervangt koning.
Jules Michelet, Histoire de Francewetten en politieke handelingen verbonden aan een
geschiedenis van ideeën of gewoonten. (29)
Beschavingsdebat, bijv Gibson over Romijns rijk: Barbarij won en christendom boosdoener
van val Romeinse reik met rationele en militaire beschaving (sterke leiders). (29)
Peter Brown: christendom zorgde juist voor ontstaan beschaving.
Angelsaksische traditie: geschiedenis verklarend/feitelijk gepresenteerd en los van filosofie.
Herder en Hegel
Von Ranke, geschiedenis empiristisch en objectief. Verleden beschrijven zoals het was.
Von Herder (31), elke beschaving/periode binnen eigen parameters bestudeerd worden (en
niet morele bril historicus). =Historicisme. Zeitgeist, tijdgeest.
Voltaire / David Hume (32): Mens is in essentie onverarandelijk in de tijd/ruimte. Herder:
mens is onvoorstelbaar veranderlijk in de tijd (qua begrippen, geloof, gevoelens, interpretatie)
Invloed op hermeneutiek, nadenken over interpretatie teksten.
Hegel (33), 3 typen cultuurgeschiedenis. Oorspronkelijke geschiedschrijving (ooggetuigen
etc), reflecterende geschiedschrijving en filosofische geschiedenis. Teleologie van
cultuurgeschiedenis betekent een verfijning en complexiteit van artefacten uit dezelfde
cultuur.
Breuk in de Renaissance die contrast vormde met Middeleeuwen. Er zou een ‘nieuwe mens’
geboren zijn in de Renaissance. Opzoek naar nieuwe werelden. Ontdekking Amerika was de
dageraad, die de Reformatie aankondigde.
Jacob Burckhardt: cultuur Renaissance
Ranke: staat is stabiliteit, Burckhardt (34): politieke macht is kwaadaardig.
Mens Renaissance beter dan voorganger. Renaissance/humanisme staat centraal.
Tegenstelling tussen seculiere renaissancecultuur tegenover de primitiviteit van
Middeleeuwse (religie)kunst. Ratio tegenpool religie
, Burckhardt: objectieve/empiristische kijk op cultuur is alleen subjectief, kunsthistoricus is
mediator verleden en heden. Burckhardt behandelde architectuur, filosofie, beeldhouwkunst
om indruk te hebben van een Zeitgeist.
Ziet cultuur als gedaan door de elite.
Warburg institute
Aby Warburg (36): instituut opgericht, publiek makte kennis met de cultuur door interactie
met menselijke culturel artefacten.
Synchrone karakter cultuur, dus parallele ontwikkeling, fundament Warburgs werk.
Wil cultuur van Noord en Zuid Europa meer samen bestuderen. Er is geen superieure cultuur.
Warburg-theorie: Westerse cultuur niet begrijpen vanuit superieuriteit idee. Warburg methode
laat een dieper psychologisch besef van cultuur zien, maar toont ook hoe gevaarlijk het is om
de westerse cultuur alleen te begrijpen vanuit 1 type rationaliteit die als superieur wordt
gezien (39)
Hermeneutiek van Dilthey
Dilthey(39): geesteswetenschappen moeten niet object gescheiden beoordelen. Tegen
natuurwetenschappen. De observator/subject meet een ding/object. Observeerder en object
door elkaar vloeien. Zien en beleven van een wereld Weltanschauung, valt samen met een
‘belevingshorizon’ die de mens verbind aan zijn verleden/heden/toekomst (40).
Verstehen: Hij vond dat een persoon alleen kon reflecteren als er anderen zijn. Door jezelf
van buitenaf te zien, kun je jezelf begrijpen.
Hermeneutiek, alle menselijke objectiveringen worden geïnterpreteerd. Ook gebaren, visuele
en artistieke. Diltheis nieuwe visie, waarin het innerlijke met het uiterlijke wordt verbonden.
Wirkungszusammenhang (41), manier waarop een systeem functioneert is van belang om een
cultuur te begrijpen. Dragers van de geschiedenis,
individuen/instituten/culturen/gemeenschappen produceren waarden en normen. Individu is
dus een psychisch productief systeem en verbonden met een groter systeem. Dit bredere
systeem ontstaat door communicatie, met andere individuen.
DIlthey (reactie?) op Hegel: hij wilde niet fenomenen verklaren, maar ze begrijpen. Weber
(42), Hermeneutiek is het web dat de mens zelf om zich heen weeft. Dat web is cultuur.
Habermas, onbewuste motivatie: sluit aan op Freuds onderbewustzijn theorie. Habermas (42)
zocht een combi van natuurwetenschap psychoanalyse met de geestenwetenschap
hermeneutiek.
Habermas theory: de rol van communicatie in de ‘publieke sfeer’. Door 18e eeuw Salons,
gingen mensen als gelijkwaardige burgers discussiëren> burger maakte historisch-culturele
trend door in richting democratie.
Habermas (43) over publieke ruimtes: veranderd door opkomst media. Journalistiek te
commercieel geworden. Amper sprake van uitwisselen gedachte, terwijl publieke opinie
telkens wisseld. Dus niet-publieke opinie volgens Habermas. Deze is passief, omdat het
natuurlijke instinct van de mens om te handelen (in dit geval cultuur maken) dan wordt
verdoofd.