100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Aantekeningen colleges Internationaal Belastingrecht €8,99
In winkelwagen

College aantekeningen

Aantekeningen colleges Internationaal Belastingrecht

 101 keer bekeken  4 keer verkocht

Aantekeningen van alle colleges van het vak Internationaal Belastingrecht . Slides ook uitgetypt, dus makkelijk te zoeken.

Voorbeeld 4 van de 168  pagina's

  • 15 mei 2021
  • 168
  • 2020/2021
  • College aantekeningen
  • Pötgens
  • Alle colleges
  • colleges
  • ibr
  • aantekeningen
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (4)
avatar-seller
Robinneehus
Hoorcollege
Internationaal Belastingrecht
Inleiding
4 februari 2021
Prof. mr. F.P.G. Pötgens

Inleiding/sheet 2
Wat is IBR? → situaties waarbij 2 of meer staten belastingheffend betrokken zijn:
• Juridische dubbele belasting; 1 persoon over 1 object door 2 heffingsbevoegde instanties
belast
• Economische dubbele belasting → belasting bij 2 personen over 1 object of bij 1 persoon
over materieel identieke objecten
IBR is internationaal belastingrecht. Gaat over situaties waarbij twee of meer staten belastingheffend
betrokken zijn. Dat kan tot dubbele belastingheffing leiden. Er zijn twee soorten (juridisch en
economisch). IBR vooral juridisch.
Juridisch: 1 persoon door 2 staten.
Economisch: houdt IBR zich eigenlijk niet mee bezig.

Inleiding/sheet 3
Voorbeeld juridische dubbele belasting → 1 persoon, 1 object, 2 staten
Meneer Jansen in de IB in de belastingheffing over zijn wereldinkomen. Belast het inkomen van
natuurlijke personen (art. 2.1 lid 1 sub a Wet IB). Hij werkt in Frankrijk. Is hier geen inwoner, maar
verdient daar wel salaris, dus Frankrijk waarschijnlijk in de buitenlandse belastingplicht. De
werkzaamheden in Frankrijk zal Frankrijk in de belastingheffing willen betrekken.
Meneer Jansen wordt over zijn salaris zowel in Nederland (binnenlandse belastingplicht) als in
Frankrijk (buitenlandse belastingplicht) in de belastingheffing betrokken.

Inleiding/sheet 4
Voorbeelden economische dubbele heffing → 2 personen, 1 object, 2x heffen →
deelnemingsvrijstelling
Art. 13 Wet VPB.
Dochtervennootschap D BV maakt winst, die wordt belast op het niveau van de
dochtervennootschap en bij een dividenduitkering van de dochter aan de moedervennootschap
wordt het dividend bij de moedervennootschap in principe in de belastingheffing betrokken. Op
niveau van de dochter dus in de vpb en bij uitkering zonder de deelnemingsvrijstelling ook bij de
moedervennootschap.

Inleiding/sheet 5
Vervolg voorbeelden economische dubbele heffing → 1 persoon, 1 object, 2 x heffen → klassieke
stelsel
Pietersen BV, 100% van de aandelen in handen bij een natuurlijk persoon (Dhr Pieterse). BV maakt
winst. Als die een dividend uitkeert aan Dhr Pieterse, dan wordt er 2 keer in de belastingheffing
betrokken. 1 keer met dividendbelasting en in de IB belastingheffing in box 2 over die
dividenduitkering. Art. 9.2 Wet IB: dividendbelasting kan worden verrekend met de IB zodat
uiteindelijk de IB als soort eindheffing in dit voorbeeld overblijft.

Inleiding/sheet 6
Vervolg klassieke stelsel:
- Winst € 100.000
- Verschuldigde Vpb €. 15.000

, - Winst na Vpb € 85.000 (dividend)
- Dividendbelasting
(15%, art. 5 + 7 Div) € 12.750
- Verschuldigde IB € 22.865
(26,9% x 85.000)
- Art. 9.2 Wet IB -> verrekening div.bel met IB
Verschuldigde VPB in art. 22 VPB. Winst beneden 245.000 belast met 15% en daarboven 25%. Dus
15% van 100.000 = 15.000 euro. Aandeelhouder is het subject (art. 1 en 2 Div.) Pieterse ook IB
verschuldigd in box 2 tegen een tarief van 26,9% (art. 2.12 Wet IB). Dividend dus zowel in de IB als
DivBel. Maar dus voorkoming in art. 9.2 door verrekening.

Aanknopingspunten/sheet 7
-> Dubbele belasting -> Verschillende aanknopingspunten:
A. Subjectieve aanknopingspunten;
- nationaliteit -> vb ->
-> oprichtingsfictie (art. 2(4) Vpb, art. 1(3) Div.bel, art. 4.35 en 7.5(6) IB)
-> diplomaten (art. 2(2) IB)
-> 10-jaarsfictie (art. 3(1) Successiewet
- Woonplaats -> vb ->
-> binnenlandse bp (art. 2.1(1)a IB/art. 2 Vpb) -> wereldinkomen/wereldwinst
Hoe kan dubbele belastingheffing ontstaan? (met name de juridische) Doordat staten verschillende
aanknopingspunten hanteren om belasting over te heffen. Onderscheid tussen subjectieve en
objectieve aanknopingspunten. Subjectieve weer onderscheid tussen nationaliteit en woonplaats. En
objectief bron. Zie je ook terug in de Nederlandse belastingwetgeving.
Nationaliteit: art. 2 lid 4 VPB: incorporatiestelsel in de wet (nationaliteit van een vennootschap wordt
bepaald door haar oprichting), belast over wereldwinst. Ook in art. 1 lid 3 Div.bel oprichtingsfictie:
vennootschap is opgericht naar Nederlands recht. Ook in de IB art. 4.35: is een vennootschap
opgericht naar Nederlands recht, dan geacht in Nederland te zijn gevestigd voor box 2 (voor
vervreemdingswinsten). Oprichtingsfictie in buitenlandse belastingplicht in art. 7.5 lid 6 IB voor
aanmerkelijkbelanghouders (lichaam ten minste voor 5 jaar in Nederland gevestigd en feitelijke
leiding verplaatst, dan geacht nog in Nederland te zijn gevestigd als er nog een bedrag open staat op
een conserverende aanslag > art. 4.16 lid 1 sub h IB > emigratie en ophouden AB-houder te zijn, dan
fictieve vervreemding).
Nationaliteit: diplomaten in art. 2 lid 2 IB: uitzending naar andere staat, dan geacht omdat je de
Nederlandse nationaliteit hebt en diplomaat bent binnenlands belastingplichtige te blijven ondanks
dat je ergens anders werkt en woont.
Nationaliteit: 10-jaarsfictie art. 3 lid 1 Successiewet: heb je de Nederlandse nationaliteit, emigreer je
naar een andere staat en binnen 10 jaar na de emigratie te overlijden of een schenking, dan ben je
erf- of schenkbelasting schuldig als binnenlands belastingplichtige.
Woonplaats: binnenlandse belastingplicht in de IB en VPB. Als je als natuurlijk persoon in Nederland
woont voor de IB (art. 2.1 lid 1 sub a IB). Zelfde bij vennootschap art. 2 VPB. Woonplaats wordt
bepaald als in art. 4 AWR: aan de hand van de feiten en omstandigheden (open norm). Duurzame
band of vestigingsplaats.

Aanknopingspunten/sheet 8
B. Objectieve aanknopingspunten;
- situs/bron -> vb
-> buitenlandse bp (art. 2.1(1)(b) +2.1(2) IB/ art. 3 Vpb)
-> Hong Kong
-> Non-domiciled resident in VK (remittance base)
Bron in buitenlandse belastingplicht: als een buitenlands persoon geen inwoner is van Nederland,
maar wel inkomen met een band met het grondgebied van Nederland, dan wil Nederland daarover

,belasting heffen (art. 2.1 lid 1 sub b IB). Lid 2: inkomen in de zin van hoofdstuk 7 IB (uitputtende
opsomming). VPB: feitelijke leiding niet in Nederland, maar bepaalde inkomsten/winsten die een
band hebben met het grondgebied van Nederland, dan buitenlandse belastingplicht (art. 3 VPB). Art.
17 lid 3 VPB voor welk inkomen (zoals een vaste inrichting).
Hong Kong belast alleen inkomen dat is te relateren aan een in Hong Kong gelegen bron.
In het VK: vlak voor je sterft keer je terug naar je ware vaderland, dus waar je de nationaliteit van
hebt. Mensen met een andere dan de Engelse nationaliteit komen in aanmerking voor non-domiciled
resident (je woont er feitelijk, maar niet de Engelse nationaliteit), dan ben je alleen maar belast in
Engeland over inkomen dat zijn bron vindt in Engeland en voor een Engelse bankrekening.

Conclusie aanknopingspunten/sheet 9
Botsing aanknopingspunten → 6 combinaties van juridische dubbele belasting:
(1) woonplaats – woonplaats (np -> persoonlijke banden met 2 staten)
(2) nationaliteit –nationaliteit (dubbele nationaliteit)
(3) bron – bron (triangular case)
(4) woonplaats – bron (actief/passief inkomen)
(5) woonplaats – nationaliteit (BV met feitelijke leiding in een andere jurisdictie)
(6) nationaliteit – bron
Proberen botsing te voorkomen door eenzijdige unilaterale oplossingen en verdragen.

Dubbele belasting/sheet 10
Gevolg van collisie aanknopingspunten -> dubbele belasting -> IBR -> voorkoming -> 2 wijzen:
(1) eenzijdig (Besluit voorkoming dubbele belasting 2001 + objectvrijstelling in Vpb voor
vi’s/art. 15e Wet vpb)
(2) belastingverdragen
IBR probeert oplossingen te bedenken om die juridische dubbele belasting die het gevolg is van
botsende beginselen te voorkomen/op te lossen. Ook vanuit economisch perspectief.

Belastingverdragen/sheet 11
Belastingverdragen
- allocatie heffingsrechten -> verdrag creëert geen belastingplicht -> double non-taxation
- exclusieve (“shall be taxable only”) + gedeelde (“may be taxed”) heffingsrechten ->
voorkoming
- OESO-Modelverdrag + Commentaar
- Nederlands Standaardverdrag (1987)
- US Model Income Tax Convention (2016) + Technical Explanation
- V-N Modelverdrag (2017)
- Multilateral Instrument (2016); BEPS maatregelen implementeren in belastingverdragen
(geratificeerd en inwerking getreden per 1 juli 2019; effectief per 1 januari 2020)
Verdelen door allocatie tussen woon- en bronstaat en de ander voorkomen van dubbele belasting.
Belastingverdrag is niet in staat om belastingplicht te creëren, dat gebeurt altijd op basis van de
nationale wet. Is het niet geregeld bij wet, dan kan er dubbele niet-belasting voor komen.
Twee stappen: is er belastingplicht (binnenlands of buitenlands) vaststellen op basis van de
Nederlandse nationale belastingwetgeving. Is er belastingplicht, dan vervolgens in stap 2 kijken of er
een belastingverdrag door Nederland is gesloten met de andere belasting heffende staat. Dan kijken
of het belastingverdrag Nederland belemmert of uitsluit. Is er geen verdrag, dan kan dubbele
belasting hooguit eenzijdig worden voorkomen op basis van objectvrijstelling of BVDB.
Exclusive: ‘zijn slechts belastbaar’: als het inkomen bijv. slechts belastbaar is in de bronstaat, dan
alleen daar heffingsrecht en uit de grondslag van de woonstaat. Meeste zijn gedeelde
heffingsrechten, en die herken je aan ‘mogen worden belast’ (vooral bronstaat die mag belasten, dan
niet uit de grondslag van de woonstaat, maar primair bronstaat, dus woonstaat voorkoming door
vrijstelling of verrekening).

, OESO; organisatie economische samenwerking en ontwikkeling. Modelverdrag. Commentaar is van
belang voor de interpretatie en uitleg (ook voor veel Nederlandse belastingverdragen die het
modelverdrag volgen). Modelverdrag als uitgangspunt, maar bij een casus niet OESO-Modelverdrag
toepassen, maar kijken naar individueel verdrag.
Standaardverdrag wordt niet meer gebruikt. Maar kan worden gebruikt als soort vertaling van het
OESO-Modelverdrag voor zover het niet afwijkt.
US Model Income Tax Convention kun je daarmee vergelijken. Voor uitleg Amerikaanse
belastingverdragen.
Verdrag VN komt redelijk overeen met OESO-Modelverdrag, maar in het VN verdrag meer ook voor
ontwikkelingslanden en bronstaten ruimere heffingsrechten.
Belangrijke ontwikkeling (moet je ook rekening mee houden): multilaterale instrument.
Multinationals gebruikten belastingverdragen om belasting te vermijden om dubbele niet-heffing op
te zoeken. BEPS-project om dat tegen te gaan. Agressieve tax-planning tegen gaan. Vijftien actie-
rapporten met allerlei hele concrete maatregelen en anti-misbruikbepalingen. Kan wel in het OESO-
Modelverdrag staan, maar moet ook in de individuele belastingverdragen en wetten staan. Duurt
jaren voordat dat allemaal geïmplementeerd is. MLI (actie 15 BEPS) in het leven geroepen om die
individuele anti-misbruikbepalingen in een keer in al die verdragen neer te leggen. Covered tax
agreement. MLI bovenop het belastingverdrag van toepassing door compatabilityclauses. Wat het
effect van die bepaling is op het gedekte belastingverdrag (meestal ‘in absance of’ of ‘in te place of’).
Wat staat er nou in dat MLI en wat zijn de keuzes die Nederland heeft gemaakt en wat zijn de
consequenties? Ieder kwartaal een update van het ministerie van financiën (mag je gebruiken op
tentamen). Goed weten wanneer je dat moet toepassen. Maakt het niet eenvoudiger.

Belastingverdragen/sheet 12
OESO-Modelverdrag
- Hoofdstuk 1: Reikwijdte
-> Art. 1: Wie
-> Art. 2: Welke belastingen
- Hoofdstuk 2: definities
-> Art. 3 t/m 5
Vaste structuur. Deze week in vogelvlucht.
Definitie persoon (art. 3) en inwoner (art. 4). Art. 1 bepaalt of het verdrag überhaupt van toepassing
is. Art. 2 opsomming (IB, VPB, LB, DivB, niet de OB, sociale zekerheid, erf- en schenk).
In hoofdstuk 2 de definities voor het hele verdrag. Art. 3: algemene (persoon, onderneming,
autoriteit, staten, in lid 2 algemene interpretatie: begrip niet in het verdrag, dan naar de nationale
wetgeving tenzij de context andere betekenis vereist). Art. 4: definitie inwoner, natuurlijke personen
in lid 2 en lichamen in lid 3. Art. 5: definitie vaste inrichting/vertegenwoordiger.

Belastingverdragen/sheet 13
Vervolg OESO-Modelverdrag
- Hoofdstuk 3: Toewijzing ->
-> Art. 6 -> onroerende zaken -> bronstaat
-> Art. 7 -> ondernemingswinst -> woonstaat, tenzij vi
-> Art. 10 – 12 -> div/royalties/interest
-> gedeeld heffingsrecht -> woonstaat + (beperkt) bronstaat
Allocatie, verdeling heffingsrechten.
Inkomen uit onroerende zaak aan de staat waar de onroerende zaak gelegen is (art. 6).
Art. 7: winst uit onderneming slechts belastbaar in de staat waar hij inwoner is of waar gevestigd is,
tenzij er een vaste inrichting is in de andere staat. Definitie in art. 5 (fysieke constructie die ter
beschikking staat en duurzame wijze). Voorkoming uit art. 23.
Art. 8: internationale transportwinsten. Art. 9: correctiebepaling die zorg moet dragen voor gelieerde
maatschappijen.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Robinneehus. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 56326 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,99  4x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd