Europees Recht literatuur samenvatting
WEEK 1
Hoofdstuk 1: geschiedenis
Voorgeschiedenis
- 1000: Europa actieve entree wereldgeschiedenis
- 1500: Europa wereldmacht concurrentie wereldoorlogen
- 1945: Einde WW2
Europese gemeenschap voor kolen en staal 9 mei 1950
- Frankrijk en Duitsland
- Verdrag van Parijs 18 april 1951: FR, DU, NL, BE, IT, LUX
o Artikel 1: partijen komen overeen Europese gemeenschap voor kolen en staal op te
richten, gebaseerd op gemeenschappelijke markt, doelstellingen en instellingen
o Artikel 2: doel harmonie met algemene economie en economische ontwikkeling,
uitbreiding werkgelegenheid en verhogen levenspeil in deelnemende Staten
- Rechtsontwikkeling
- 1957: EEG-verdrag: vergaande samenwerking
o Veel ontwikkeling, nogsteeds basis EU-werkingsverdrag
- 1957: Euratom
- 1963 en 1964: arresten Van Gend en Loos en Costa/ENEL
o Europese Gemeenschap ontwikkelt juridisch op eigen kracht
o Hof in Costa/ENEL: EEG-verdrag heeft eigen rechtsorde in leven geroepen, maar
nationale rechters rekening mee moeten houden. Soevereiniteit staten beperkt
omdat zij zich hebben begrensd door het rechtsstelsel wat zij in het leven hebben
geroepen.
- 1974: akkoord politieke autonomie: Europese Raad en Parlement, gekozen door
volksvertegenwoordiging
o Verkiezing 1979
- 1973-1989: nieuwe lidstaten, open grenzen voor interne markt
Europese Unie
- 1992: Verdrag van Maastricht: EU
- Art. 17 EG-Verdrag:
o Er wordt burgerschap van de Unie ingesteld. Burger v.d. Unie is ieder die de
nationaliteit van een lidstaat bezit. Vult nationale burgerschap verder aan
- 1999 en 2002: invoering Euro
- 2004: poging tot Verdrag tot vaststelling van een Grondwet voor Europa
- EU als openbaar gezag eerste succesvolle bestuurlijke organisatie van het kleine, zeer diverse
en lastige gebied Europa, op basis van vrijwilligheid van betrokken staten en bevolkingen.
o Vormt economische macht
o Voldoende autonomie tegenover afzonderlijke staten en in wereldgemeenschap om
zich te ontwikkelen
o Geleid door lidstaten gezamenlijk
Trias Europa: Instellingen, verhoudingen, procedures, besluiten
- 2007: Verdrag van Lissabon, Grondwettelijk Verdrag
o Commissie dagelijks bestuur, Raad vertegenwoordiging lidstaten, Hof van Justitie
rechter, Europese Raad politieke leiding, Europees Parlement
volksvertegenwoordiging
o Art. 10 VEU
Werking unie gegrond op representatieve democratie
, Burgers worden vertegenwoordigd in Europees Parlement
- Trias politica:
o Wetgevende macht
Algemene regels voor toekomst als uitkomst parlementair proces
Unieverdrag Lissabon wet
Art. 14 VEU: Europees Parlement oefent samen met de Raad de
wetgevingstaak en begrotingstaak uit
Art. 17 lid 2 VEU: Tenzij anders bepaald, kunnen wetgevingshandeling van de
Unie alleen op voorstel van Commissie worden vastgesteld.
Commissie functie wetgevingsvoorstellen formuleren
Art. 289 VWEU: gewone wetgevingsprocedure behelst vaststelling van
verordening richtlijn of besluit, door Europees Parlement en Raad samen, op
voorstel van commissie.
Unie heeft eigen wetgevingsprocedure, art. 294 VWEU
o Uitvoerende macht
Art. 15 lid 1 VEU: Europese Raad, geeft nodige impulsen voor ontwikkeling
Unie en bepaalt algemene politieke beleidslijnen en prioriteiten. Oefent geen
wetgevingstaak uit. (dus uitvoerende macht)
Hoogste instelling
Of besluit consensus, of bijzonder geval unanimiteit
Staatshoofd elke lidstaat, voorzitter Commissie en eigen voorzitter
Europese Commissie: dagelijks bestuur EU, één commissaris per lidstaat
Art. 17 lid 1 VEU: taken, zoals: toezicht, gedelegeerde regelgeving,
uitvoering begroting, EU-beleid, onderhandelen derden. Besluiten
onder toezicht parlement en rechter.
Art. 17 lid 2 VEU: wetgevende taak, wetgevingsvoorstellen
Raad van de EU:
Art. 16 lid 1 VEU: onderscheid wetgevings- en uitvoeringstaken,
beleidsbepalende en coördinerende taken
o Art. 16 lid 6 VEU: iedere Raadszitting gesplitst in 2 delen, die
respectievelijk gewijd worden aan beraadslaging over
wetgevingshandelingen en aan niet-
wetgevingswerkzaamheden
Lidstaten
Uitvoerende besluiten en regelingen juridisch bindend, overige besluiten
moeten door wetgevende instanties worden aangenomen
o Rechterlijke macht
Beoordeelt en interpreteert feiten en besluiten in verleden
Procedures: rechtsgeschil tussen 2 partijen waarin rechter beslist, juridisch
bindende uitspraken (en common law)
Bewaker rule of law: bewaakt over eigen onafhankelijkheid, en tussen
andere machten het institutionele evenwicht
- Volk, kiezers en verkiezingen
o 1979: EU eerste eigen directe parlementsverkiezing
o 2009 Unieverdrag: Parlement gekozen door burgers van Unie die hen
vertegenwoordigt.
o 2019: erkenning Europese volksvertegenwoordiging door vele kiezers
, - Lidstaten
o Art. 4 lid 2 VEU: Unie is gebaseerd op blijvend soevereine staten, die ten laatste
verantwoordelijk zijn voor hun eigen interne soevereiniteit en volle leden blijven van
externe soevereiniteit
Soevereiniteit: bijzondere vorm gezag
Interne soevereiniteit: aanspraak van machtscentrum op
uiteindelijke gezag binnen territorium en over bevolking gevolg door
succes van die aanspraak
Externe soevereiniteit: aanspraak op volledig lidmaatschap van
statengemeenschap en op niet-inmenging door andere staten
gevolgd door erkenning ervan door andere staten
o Gelukte aanspraken juridisch bindend, rechtsregel ook bij
eventuele verandering bindend
Gedeelde soevereiniteit: staat zelf soeverein, maar ook soeverein
omdat het wordt onderbouwd door lidmaatschap aan grote
internationale instellingen en verdragen en lidmaatschap van EU
Materieel recht
- Materiële recht: Gemeenschappelijke markt, gemeenschappelijk handelsbeleid,
rechtsruimte, mededingingsbeleid, monetair beleid, bevoegdheid
- Gemeenschappelijke markt
o Art. 26 VWEU: bepalingen over interne markt, als beleidsterrein van unie.
Lid 2: markt: een ruime zonder binnengrenzen waarin het vrije verkeer van
goederen diensten, personen en kapitaal is gewaarborgd volgens bepalingen
van dit verdrag
Belemmeringen hiervan verboden
Bevoegdheden van Unie om gemeenschappelijke regels vast te stellen
o 1986: impuls door opheffing grenscontroles
- Bevoegdheden Unie
o Bevoegdheden op gebied interne markt Art. 26 VWEU in art. 114 VWEU
o Wetgevingsprocedure art. 294 VWEU
o Grondregels art. 5 VEU: Unie alleen bevoegdheden heeft die hij haar zijn
toegerekend
Uitoefening van bevoegdheden subsidiair en evenredig
o Werkingsverdrag: stelsel met soorten bevoegdheden EU
Art. 3 VWEU: exclusieve bevoegdheden: bijv. handelspolitiek. Lidstaten
hebben deze bevoegdheden niet
Art. 4 VWEU: gedeelde bevoegdheden: Unie en lidstaten gedeeld bestuur.
Kunnen mogelijk exclusief worden door Unie-besluit
Art. 5 en 6 VWEU: bijkomende bevoegdheden: Unie kan optreden lidstaten
ondersteunen, coördineren of aanvullen op Europees gebied.
Concrete bevoegdheden art. 165 VWEU
o Doel stelsel bevoegdheden:
1. Overheid en instanties te binden aan gezag van wet of verdrag
(legaliteitsbeginsel)
2. Efficiënte werkverdeling vestigen en onenigheid voorkomen/beperken
- Overig: open grenzen (strafrecht, burgerschap en migratie), mededinging en externe
betrekkingen