Samenvatting tentamen Nederlands H2, H3, H4, H5, H6, H9
Basiskennis taalonderwijs van Henk Huizenga
Hoofdstuk 2
2.1.1 Belang taalonderwijs
Kinderen maken (moeder)taal eigen door interactie met hun omgeving
5 argumenten om apart taalonderwijs te geven (ondanks veel taal in andere vakken)
1. Schriftelijke taalvaardigheid leren kinderen niet spontaan
School is plaats waar je leert lezen en schrijven (vooral voor taalzwakken)
2. niet alle kinderen kunnen zich zelfstandig een bepaald niveau van taalvaardigheid eigen
maken
Veel kinderen hebben het Standaardnederlands niet als moedertaal of zijn taalzwak,
zij moeten aandacht hebben voor elementaire communicatie (de basis) of vergroten
woordenschat.
3. op school leer je een ander soort taalgebruik dan in het dagelijks leven
Op school Standaardnederlands -> officiëlere taal nadruk op goed formuleren en
verzorgd spreken. Ook uitdrukkingen, woorden, begrippen. (Gericht taalonderwijs!)
4. bepaalde taalvormen leer je alleen met behulp van taalonderwijs
verslagen, brief, samenvatting
5. als je kinderen plezier in het lezen van boeken wilt bijbrengen, dan moet je daar apart
aandacht aan besteden
Plezier bevorderen door hen in aanraking te brengen
2.1.2 Taalonderwijs op de basisschool
Taalronde wordt op veel basisscholen gebruikt. Maar er wordt apart aandacht gegeven aan spelling
of woordenschat.
Kinderen leren taal m.b.v. een methode. Het taalonderwijs is vooral veel schrijven en overschrijven.
Leerstof binnen taalonderwijs wordt gesplitst
1. mondeling onderwijs
2. Schriftelijk onderwijs
3. Taalbeschouwing (o.a. strategieën)
In kennisbasis de volgende indeling (vanaf groep 3)
Mondelinge taalvaardigheid
Woordenschat
Beginnende geletterdheid
Voorgezet technisch lezen
Begrijpend lezen
Stellen
Jeugdliteratuur
Taalbeschouwing
spelling
,Genres jeugdliteratuur
gedichten
sprookjes
prentenboeken
Taalonderwijs -> spelling, woordenschat, taal
Nadruk op schriftelijke taalgebruik (correct taalgebruik!)
Met behulp van een methode = traditioneel onderwijs (oudste en meest gangbaar)
Voordelen
je weet precies wat je moet doen
didactisch verantwoord materiaal
is aantrekkelijk vormgegeven
Taalvorm staat centraal (het maken van woorden en zinnen, vervoegingen en verbuigingen)
Hoe schrijf je woorden
Hoe zijn woorden op gebouwd
Hoe zitten zinnen in elkaar?
Leerstof gesplitst in verschillende gebieden (Wet op het Basisonderwijs -> kerndoelen)
Mondeling onderwijs
Schriftelijk onderwijs
Taalbeschouwing (strategieën)
In kennisbasis volgende indeling
1. Mondelinge taalvaardigheid
2. Woordenschat
3. Beginnende geletterdheid
4. Voorgezet technisch lezen
5. Begrijpend lezen
6. Stellen
7. Jeugdliteratuur
8. Taalbeschouwing
9. Spelling
Verdeling in domeinen vooral betrekking op taalonderwijs vanaf groep 3!
Kleutergroepen
- Vooral mondelinge taalontwikkeling
- Beginnende geletterdheid (=schriftelijke taalontwikkeling)
,Waarom verdeling in kennisbasis?
Je houdt overzicht wat je kinderen moet leren
Gemakkelijker leerstof gestructureerd aan te bieden
Gerichte instructie geven
1. Mondelinge taalvaardigheid
Spreken, luisteren en voeren mondelingen gesprekken (discussie/spreekbeurt)
-> zo leren ze spreek- en luisterstrategieën te hanteren (vraag stellen, uitleggen, spannend vertellen)
2. Woordenschat
Aanleren van de betekenis van nieuwe woorden, uitdrukkingen, zegswijzen, spreekwoorden.
Strategieën leren om achter betekenis van onbekende woorden te komen
-> hangt samen met mondelingen taalontwikkeling (spreek-luistervaardigheid)
, 3. Beginnende geletterdheid = strikt genomen een fase, maar wel opgenomen als domein)
= het vermogen om schriftelijke taal te begrijpen en te gebruiken
3 stadia in ontwikkeling geletterdheid
1. Ontluikende geletterdheid (0-4 jaar voorschoolse periode)
2. Beginnende geletterdheid (groep 1-3 basisschool)
a. Aanvankelijk lezen
3. Gevorderde geletterdheid (na groep 3)
a. Voorgezet technisch lezen
i. Technisch lezen
ii. Begrijpend lezen
Onderdelen beginnende geletterdheid
1. Aanvankelijk lezen = het leren lezen in groep 3 (ook fase)
2. Voortgezet technisch lezen = het leren lezen na groep 3
Voortgezet Technisch lezen
Gaat om het kunnen ontcijferen van de letters en het hardop lezen van woorden, ook aandacht voor
efficiënte leesstrategieën
Doel -> de vaardigheid van het decoderen van teksten te vergroten (dus vlot en nauwkeurig lezen)
Niveau lezen = lezen met kinderen met dezelfde leesvaardigheid
Begrijpend lezen
= het begrijpen van de tekst, het achterhalen van de bedoeling.
-> door stellen van vragen over betekenis van woorden, uitdrukkingen, de verbanden of bedoeling
schrijver
Methode = nieuwsbegrip
Stellen
= het schrijven van teksten
Kinderen moeten gedachten, ervaringen, waarnemingen weergeven in vorm van soorten teksten
Regels en kenmerken van tekstsoorten
Jeugdliteratuur
Informatieve en fictie boeken.
Doel -> kinderen in aanraking brengen met verschillende genres en hun smaak te laten ontwikkelen
en laten genieten van het lezen van jeugdboeken -> motiveren tot zelfstandig lezen
belevend lezen = gemotiveerd raken om te lezen
waarderend lezen = leesbeleving staat centraal
leesbevordering =
Taalbeschouwing/taalstructuur/kijken naar taal
= je wil kinderen leren te reflecteren op de taalvorm, de manier waarop iets is verwoord en het
gebruik van taal (bijzonderheid en regelmaat ontdekken)
Belangrijk onderdeel = Traditionele grammatica -> kinderen moeten zinnen ontleden in zinsdelen en
de verschillende soorten woorden kunnen benoemen.