Samenvatting Management in Netwerken
Hoofdstuk 1
1.1 Een interconnected wereld
We leven in een interconnected wereld. Door de globalisering van de economie en door het internet
is alles met alles verbonden.
Het vlindereffect
De beweging veroorzaakt eerst een klein effect, maar in de serie effecten die daarna ontstaat, wordt
elk van de effecten steeds groter.
1.2 De structuur van een interconnected wereld: drie kenmerken
Eerste kenmerk: interdependenties
Eerste belangrijke kenmerk van een interconnected wereld is dat deze bestaat uit een groot aantal
partijen of actoren of spelers. Die actoren hebben verschillende belangen en zijn wederzijds
afhankelijk. Die wederzijdse afhankelijkheden zijn inherent aan een hoogtechnologische
samenleving.
Kenmerkt zich door superspecialisaties, verbindingen met afhankelijkheden van het internet.
Interdependenties = wederzijdse afhankelijkheden
Typen interdependenties
Bilaterale of multilaterale afhankelijkheden
Afhankelijkheden kunnen bestaat tussen twee partijen, maar ook tussen meer dan twee.
Eén- of multidimensionale afhankelijkheden
Afhankelijkheden kunnen op één dimensie betrekking hebben, maar ook op meerdere.
Synchrone versus asynchrone afhankelijkheden
Actoren kunnen op een moment in de tijd allemaal van elkaar afhankelijk zijn, maar de
afhankelijkheden kunnen ook in de tijd gespreid zijn.
Statische versus dynamische afhankelijkheden
Een afhankelijkheid is dynamisch als die in de loop van de tijd verandert. Een statische
afhankelijkheid is niet aan verandering onderhevig.
Per onderwerp andere interdependenties
Het is belangrijk dat interdependenties per onderwerp verschillend zijn. De besluitvorming wordt
complexer, omdat per issue het netwerk er anders uitziet, maar ook omdat bepaalde partijen de
besluitvorming over het ene issue zullen koppelen aan die over het andere issue.
Interdependenties laten zich niet altijd kennen
Niet altijd is bij alle actoren in een netwerk bekend wat de wederzijdse afhankelijkheden zijn. Er
kunnen bij actoren onzekerheden zijn over de machtspositie van andere actoren. Een partij kan
makkelijker zijn dan gedacht.
Netwerken van interdependenties zijn al complex, maar worden dat dus nog meer als de betrokken
actoren geheel verschillende percepties van eenzelfde netwerk hebben.
Tweede kenmerk: ongestructureerde, wicked problemen
Een tweede kenmerk van een interconnected wereld heeft betrekking op de inhoud van de
problemen. Deze problemen zijn vaak ‘ongestructureerd’ of ‘wicked’.
1
,De feiten die we nodig hebben om tot een goed besluit te komen, kunnen objectiveerbaar zijn of
kunnen niet-objectiveerbaar zijn. De normatieve afweging die we moeten maken om tot een goed
besluit te komen, kan objectiveerbaar of niet-objectiveerbaar zijn.
Ongestructureerde problemen ontstaan wanneer feiten dubbelzinnig zijn en de normatieve afweging
niet of moeilijk objectiveerbaar is.
Derde kenmerk: dynamiek
De interconnected wereld is voortdurend in beweging. Dynamiek staat ideaaltypisch tegenover
stabiliteit.
De dynamiek kan betrekking hebben op de actoren, die samen het netwerk van interdependenties
vormen. De besluitvorming begint met een aantal actoren, maar er kunnen nieuwe actoren tot de
besluitvorming toetreden.
Ook kan de dynamiek betrekking hebben op de inhoud van de problematiek. De inhoud van de
problematiek kan verschuiven. Door de verschuiving komen er ook andere actoren in beeld, met
andere belangen, en verandert het spel van de besluitvorming.
Deze twee soorten dynamiek – actoren en inhoud – kunnen elkaar versterken. Wanneer actoren toe-
en uittreden, zal de inhoud van de problematiek voortdurend verschuiven.
1.3 Besluitvorming in een interconnected wereld
Emergent: het is ontstaan, niet gepland
Besluitvorming kan gestructureerd en lineair verlopen wanneer er sprake is van één actor die aan de
top van de hiërarchie staat. Een besluitvorming start met een probleemformulering en de vaststelling
van doelstellingen.
Wanneer een besluitvormingsproces in een netwerk moet plaatsvinden, betekent dit altijd dat er
verschillende actoren bij de besluitvorming betrokken zijn. Deze hebben verschillende belangen en
zijn van elkaar afhankelijk.
Actoren zijn niet in staat zelfstandig het probleem op te lossen. Zij dienen samen te werken
om de eigen doelstellingen te realiseren.
Vergelijking van besluitvorming in een hiërarchie en in een netwerk
Hiërarchie Netwerk
Gestructureerd en lineair Onregelmatig en non-lineair
Fasen Ronden
Actoren gedragen zich inhoudelijk Actoren gedragen zich strategisch
Eén arena, duidelijk begin- en eindpunt Meer arena’s, geen duidelijk begin- en eindpunt
Inhoud probleem stabiel Inhoud probleem verschuift
Consistentie en voorspelbaarheid Meebewegen en onvoorspelbaarheid
Rondes
In een ronde komen actoren tijdens een gevecht tot een besluit, of trachten zij juist om dit te
voorkomen.
Een ronde loopt op enig moment af en levert een voorlopig resultaat op.
Actoren kunnen zich strategisch gedragen. Een ervaren actor, die weet dat besluitvorming in rondes
verloopt, kan zijn gedrag hierop aanpassen.
2
, Bekend is ook het beeld dat actoren pas in de staart van een besluitvormingsproces actief worden: zij
zien tot welke oplossingen waarschijnlijk zal worden besloten, hebben hier problemen mee en
trachten verdere besluitvorming te blokkeren.
Besluitvorming in een netwerk vindt vaak plaats in meer arena’s. Partijen ontmoeten elkaar in een
andere kamer voor een ander proces.
Een besluitvormingsproces heeft geen duidelijk begin- en eindpunt. Het
besluitvormingsproces gaat in de volgende kamer verder.
De inhoud van een probleem blijkt in de loop der tijd te verschuiven. Actoren herdefiniëren na zekere
tijd hun problemen. Ze doen dit omdat de problemen op een zeker moment onvoldoende steun
geven in het netwerk.
Conclusie: een problematiek wordt ongestructureerd door haar iets te verbreden – want dan is
aanvullende informatie nodig en meer informatie leidt vaak tot meer ambiguïteit. Bovendien kunnen
daardoor meer waarden in beeld komen en dat leidt tot nog meer ongestructureerdheid.
Hoe ongestructureerder een probleem, hoe meer ruimte voor de partijen in het netwerk.
In een netwerk kan consistentie de realisatie van doelen in de weg staan. Een actor dient juist het
vermogen te hebben om mee te bewegen met de besluitvorming, kansen te identificeren die zich
plotseling voordoen en deze te benutten.
De dynamiek in netwerken nodigt actoren uit om hier hun gedrag op af te stemmen, wat de
dynamiek zal versterken.
Besluitvorming verloopt grilliger dan in een hiërarchische structuur
Deze grilligheid is de belangrijkste regelmatigheid in besluitvormingsprocessen en is tot twee
componenten te herleiden:
1. Inhoudelijke grilligheid de inhoud verschuift voortdurend. Nieuwe oplossingen kunnen het
hele proces worden ingebracht.
2. Procesmatige grilligheid heeft geen duidelijk begin- en eindpunt en verloopt in rondes.
1.4 Besluitvorming in een netwerk: barrières en kansen
Barrières
Beperkte impact en succes interventie
Naarmate een netwerk meer variëteit kent, neemt de impact en het succes van een interventie
door een actor. Door deze variëteit kunnen de afspraken bij ieder bedrijf tot verschillende
reacties leiden. De variëteit in de sector beperkt zo de impact en het succes van de interventie.
Noodzakelijk maatwerk stuit op grenzen beheersbaarheid
Maatwerk: de interventie wordt afgestemd op de specifieke kenmerken van de betrokken
partijen. Ook kan maatwerk al snel op de grenzen van beheersbaarheid stuiten.
Herinterpretatie van de interventie, waardoor deze verzandt
Een netwerk wordt vaak vervormd of geherinterpreteerd. Verschillende actoren kunnen tot
verschillende interpretaties van eenzelfde interventie komen.
Hit-and-run is verleidelijk, maar risicovol
Een partij die zich onvoldoende bewust is van de interdependenties in een netwerk, kan in de
verleiding komen om andere partijen uit te buiten op momenten dat deze van haar afhankelijk
zijn.
Hit-and-run: pak je kans in een netwerk en zorg dat je daarna weg bent.
3