Werkcollege 1 Bestuursrecht II
1.2 Werkgroepopdrachten
Frank Kelderhuis heeft op zijn bedrijfsterrein te Zundert, dat hij huurt van
Vastgoed BV, een schuur staan met een dak van asbesthoudende golfplaten.
Frank beschikt voor zijnbedrijf op grond van artikel 2.1 lid 1, sub e jo. artikel
2.14 Wetalgemene bepalingen omgevingsrecht over een
omgevingsvergunning van het college van burgemeester en wethouders van
Zundert (hierna: het college). Na een storm is de schuur ingestort. Twee
dagen na de storm ontvangt Frank op zijn bedrijf bezoek van de
gemeentelijke toezichthoudster Kim Soons. Kim stelt vast dat als gevolg van
het instorten van het dak asbestverdachte resten en asbesthoudend puin zich
op het perceel hebben verspreid. Omdat Frank geen maatregelen heeft
getroffen om deze resten en puin af te voeren, is sprake van overtreding van
artikel 10.1 lid 1 en 2 Wet milieubeheer. Kim adviseert het college
handhavend op te treden. Het college is voornemens een last onder
bestuursdwang op te leggen.
1. Is het college bevoegd een last onder bestuursdwang op te leggen?
Welke sub-vragen kun je uit deze (hoofd)vraag herleiden?
1. Wanneer mag je een last onder bestuursdwang opleggen?
Uit art 5:1 lid 1 Awb zegt dat er een overtreding moet zijn. Zie ‘’Een
gedraging die in strijd is met het bepaalde bij of krachtens enig
wettelijk voorschrift’’.
Hieraan is voldaan. Uit de casus blijkt dat art 10.1 lid 1 en lid 2 van de
wet milieubeheer wordt overtreden. Er is dus sprake van een
overtreding.
2. Wie mag een last onder bestuursdwang opleggen?
Mag B&W van Zundert deze last opleggen?
Art 5:4 Awb staat de grondslag. Daarin staat namelijk dat het bij of krachtens
de wet moet gaan. Allereerst de gemeente wet. Art 125 Gemeentewet staat
dat het college bevoegd is als het gaat om handhaving van regels welke zij
ook uitvoert. We weten dus nu nog niks zeker. Je zult verder moeten zoeken.
In casu gaat het om de regels zoals neergelegd in de Wet Milieubeheer.
Art. 18.1b Wet milieubeheer zegt:
Het in artikel 5.2, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht bedoelde
,bestuursorgaan heeft tot taak zorg te dragen voor de bestuursrechtelijke handhaving van de
op grond van het bepaalde bij of krachtens deze wet, de EG-verordening PRTR en de EG-
verordening registratie, evaluatie en autorisatie van chemische stoffen voor degene die het
project, bedoeld in dat lid, uitvoert, geldende voorschriften.
Art 5.2 Wabo (wet algemene bepalingen omgevingsrecht).
Lid 1: Het bevoegd gezag heeft tot taak:
a. zorg te dragen voor de bestuursrechtelijke handhaving van de op grond van het
bepaalde bij of krachtens de betrokken wetten voor degene die het betrokken project
uitvoert, geldende voorschriften;
Definitie bevoegd gezag staat in art 1.1 lid 1 Wabo jo 2.4 lid 1 Wabo.
- Bevoegd gezag: BO dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een
aanvraag om een omgevingsvergunning of ten aanzien van een al verleende
omgevingsvergunning; art 2.4 Wabo zegt dat B&W beslissen om een aanvraag
bouwvergunning.
Conclusie B&W te Zundert is bevoegd om de last onder bestuursdwang op te leggen
Twee dingen zijn nodig (5:21 jo. 5:2 sub b en a jo. 5:1)
* Een overtreding (in de casus wordt de overtreden bepaling
gegeven) 10.1, lid 1 en 2 Wet Milieubeheer
* Een wettelijke grondslag om op te treden (5:4 -
legaliteitsbeginsel): 125 Gemeentewet. Lid 2: het moet gaan om
regels die het gemeentebestuur uitvoert. Zie in casu de Wabo 5:1
en 5:2 samen met 181 b Wet Milieubeheer: conclusie het
gemeentebestuur is bevoegd. Voor decentraal bestuur bestaan
algemene grondslagen, op centraal niveau moet naar een
specifieke grondslag in de bijzondere wet worden gekeken.
Een last onder bestuursdwang is een bestuurlijke sanctie (5:2 lid 1
sub a).Het eerste wat je daaruit af kan leiden is dat het gaat om een
reactie op een overtreding van een bestuursorgaan. De overtreding
staat in art. 5:1 lid 1 en zit in de casus in art. 10.1 lid 1 + 2 Wet
milieubeheer.Tweede stap: het legaliteitsbeginsel, met andere
woorden: wettelijke grondslag. In de Awb staat hiervoor art. 5:4 lid 1
jo. 5:3 sub a. Je kunt hier een tweedeling maken: centraal en
decentraal niveau.
Centraal: specifieke wettelijke bepaling (niet in de casus, voorbeeld
art. 5:15 Wabo). Op decentraal niveau zijn er drie:
,(1) 125 lid 1 tot 3 Gemeentewet,
(2) 122 lid 1 tot 3 Provinciewet en
(3) 161 lid 1 tot 3 Waterschapswet.
Hierbij van belang zijn de regels die het bestuur uitvoert. In onze
casus gaat het om 125 lid 2: het college van B&W is bevoegd als het
gaat om de regels die het gemeentebestuur uitvoert. De bevoegdheid
staat uiteindelijk gewoon in de casus: belast met de
omgevingsvergunning in het kader van het milieu. Dit wordt bevestigd
in art. 5:1 en 5:2 van de Wabo.
Stel het college is bevoegd een last onder bestuursdwang op te leggen aan
Frank. Het college bepaalt in de last onder bestuursdwang dat binnen veertien
dagen na bekendmaking van de last, de asbestverdachte resten en het
asbesthoudend puin door een gecertificeerd bedrijf moeten zijn verwijderd.
2. Kan deze last onder bestuursdwang worden opgelegd aan Frank en
Vastgoed BV?
M.a.w. zijn Frank en Vastgoed BV overtreders in de zin va nart 5.1 lid 2
Awb?
Wanneer?
art 5.1 lid 2 Awb: Onder overtreder wordt verstaan: degene die de overtreding
pleegt of medepleegt.
- Frank wordt in ieder geval als overtreder gekwalificeerd. Hij is degene
die de overtreding daadwerkelijk heeft gepleegd.
- Uit lid 3 blijkt dat ook een rechtspersoon een overtreding kan begaan.
Is Vastgoed BV een overtreder? Zie art. 5:24 Awb
Art 5:24 Awb:
Lid 3: de last onder bestuursdwang wordt bekendgemaakt aan de
overtreder, aan de rechthebbenden op het gebruik van de zaak waarop de
last betrekking heeft en aan de aanvrager. Waarom staat dat hier zo?
Omdat eigenlijk de rechthebbenden op het gebruik van de zaak, met
andere woorden: de eigenaar en in dit geval tevens de verhuurder, hij is in
staat – zowel feitelijk als juridisch – om de overtreding te beëindigen.
Daarmee wordt hij dus ook gekwalificeerd als overtreder.
,Een bestuurlijke sanctie kan opgelegd worden aan de overtreder: 5:2
lid 1 sub a. Definitiebepaling overtreder: 5:1 lid 2.
In de casus is in elk geval Frank de overtreder. Aan Vastgoed BV
moet kennisgegeven worden van de last onder bestuursdwang op
grond van 5:24 lid 3. Last onder bestuursdwang kan dus ook worden
opgelegd aan degene die feitelijk en juridisch instaat zijn de
overtreding te beëindigen (artikel 5:24 lid 3 Awb). Dus ook aan
Vastgoed BV kan de last onder bestuursdwang worden opgelegd. De
last wordt dus ook gegeven aan de eigenaar, om te voorkomen dat het
gemeentebestuur feitelijk optreedt en het eigendomsrecht van
Vastgoed BV schendt.
Een last onder dwangsom kan uitdrukkelijk alleen aan de overtreder
wordt uitgelegd. Last onder bestuursdwang is in beginsel ruimer,
maar: art. 5:25 lid 2 - ... in hoeverre de kosten van bestuursdwang ten
laste van de overtreder zullen worden gebracht.
3. Voldoet de last onder bestuursdwang aan de eisen van de Algemene
wet bestuursrecht?
De beschikking moet voldoen aan de in 5:9 én 5:24 lid 1 en 2 gestelde
eisen:de te nemen herstelmaatregelen, de termijn en een behoorlijke
bekendmaking. In casu is daaraan voldaan.
5:24, lid 1 en 2 Awb, te nemen herstelmaatregelen en
begunstigingstermijn
5:9 Awb, de overtreding en overtreden voorschrift
5:21 onder b Awb, zelf ingrijpen bestuursorgaan indien nodig
5:25, lid 1 en 2 Awb, kostenverhaal
Deze last onder bestuursdwang toont zeer veel gebreken.
Realiseer je één ding: dat je te maken hebt met een besluit ex 1:3 Awb.
Dat betekent dat H2 t/m H4 titel 4.1 relevant is (kennis wordt bekend
verondersteld). Als last niet voldoet zal deze normaliter worden
, vernietigd door de bestuursrechter (8:72 lid 1 en 2).
Bevoegdheid BO tot opleggen last 5:3 Awb
Uit 5:21 onder b blijkt dat BO mededeling moet doen
Uit 5:25 toepassing bestuursdwang op kosten overtreder.
Stel dat de last onder bestuursdwang voldoet aan de eisen van de Algemene
wet bestuursrecht. Na achttien dagen brengt toezichthoudster Kim opnieuw
een bezoek aan het bedrijfsterrein van Frank. Het blijkt dat de
asbestverdachte resten en het asbesthoudend puin niet zijn verwijderd. Het
college geeft aan Clean BV, een gecertificeerd bedrijf, opdracht het
asbesthoudend materiaal te verwijderen. Het college stuurt nadien een brief
aan Frank en Vastgoed BV. Hierin staat dat het college € 43.500 aan kosten
heeft gemaakt voor het doen laten verwijderen van het asbesthoudend
materiaal en gelast hen deze kosten te betalen.
4. Kunnen Frank en Vastgoed BV tegen deze brief een bezwaarschrift
indienen?
Het gaat hier om 7:1 en 8:1 - is er dus sprake van een besluit in de zin
van Awb? Feitelijk is het dus de vraag of de brief hier een appellabel