College 7,8 en 9 Interculturele psychologie
Internationale definitie Social Work: het is een professie uit de praktijk maar ook academisch
en dat probeert te bevorderen sociale verandering en ontwikkeling, sociale cohesie en
empowerment en bevrijding van mensen. En daaronder liggen principes van recht,
mensenrechten, collectieve verantwoordelijkheid en respect voor diversiteit. Het wordt
onderbind door theorieën van sociaal werk en sociale wetenschappen,
geestenwetenschappen en inheemse kennis. Er wordt een poging gedaan om mensen en
structuren te verbinden om levensuitdagingen aan te kunnen en welzijn te vergroten. De
definitie die hierboven ligt kun je dus op nationale en regionale levels toepassen.
Wat brengt de verregaande internationalisering in ons leven?
Toerisme
Internationalisering van het bedrijfsleven
Televisie
Internet
Dit leidt niet alleen tot een groeiende belangstelling voor andere culturen, maar leidt ook tot
het besef dat de eigen cultuur slechts een van de vele manieren is waarop samenlevingen
ingericht kunnen zijn.
Hoofdstuk 1 Wat is interculturele psychologie?
In Nederland is er inmiddels meer dan 20 procent van de bevolking in het buitenland
geboren of ten minste 1 ouder heeft die in het buitenland is geboren.
In Nederland hanteren we een psychologische benadering: dat wil zeggen dat we cultuur
zullen beschouwen vanuit het perspectief van iemand in interactie met de sociale omgeving.
Cultureel realistisch perspectief: wat wil zeggen dat de ene cultuur niet minderwaardig is ten
opzichte van de andere. Maar ook dat culturele groepen binnen de grenzen van de grondwet
het recht hebben hun eigen normen en waarden te kiezen.
Etnocentrisme: de eigen omgeving, het eigen volk of de eigen cultuur is bewust of onbewust
de maatstaf om de rest van de wereld te beoordelen.
Herskovits (1958; 17) definieerde cultuur als ‘the man-made part of the environment’. Met
twee delen: cultuur bevat volgens die definitie niet alleen immateriële zaken als schoolregels
of tafelmanieren, maar ook materiele zaken als moskeeën en bordelen.
Subjectief deel: dat naar normen en warden en opvattingen verwijst
Objectief deel: dat naar observeerbare producten verwijst als boeken en
instrumenten, bouwwerken
Het subjectieve deel is soms moeilijk te verklaren
,Jan pieter van Oudenhoven hanteert de volgende definitie: cultuur is een door een
gemeenschap gedeeld systeem van waarden, normen, ideeën, attitudes, gedragingen,
communicatiemiddelen en die producten ervan die van generatie op generatie worden
overgeleverd.
Voorbeelden van gemeenschappen zijn:
Stammen
Naties
Organisaties
Bevolkingsgroepen
Voorbeelden van producten zijn:
Instituties
Gebouwen
Wetten
Woordenboeken
Standaardtaal
Social media
Belangrijke aspecten van cultuur:
Cultuur wordt niet door iedereen in een gemeenschap gelijke mate gedeeld
Cultuur beïnvloedt het gedrag van mensen in een gemeenschap maar andersom
hebben individuen ook invloed op de cultuur
Cultuur staat niet vast (statisch) maar is adaptief en richt zich naar omstandigheden
Overdracht vindt plaats door enculturatie en socialisering
Cultuur is niet ras maar cultuur en etniciteit zijn meer met elkaar verwante begrippen
Cultuur is niet nationaliteit
Cultuur wordt niet door iedereen in een gemeenschap gelijke mate gedeeld: er bestaan
individuele verschillen in de mate waarin de leden van een gemeenschap een cultuur
aanhangen. Zo zijn er grote verschillen tussen mensen in de manier waarop zij de cultuur
verwerken, beoordelen, interpreteren en in hun geheugen opslaan en hun gedrag erdoor
laten beïnvloeden.
Hechtheid wordt ook wel tightness versus looseness genoemd
Hechtheid: de hechtheid van een cultuur verwijst naar de mate waarin er sterke sociale
normen bestaan binnen die cultuur en of er sancties zijn als deze worden overtreden. Het
begrip stamt ui de antropologie en werd in 1968 geïntroduceerd door Pelto, die tot de
ontdekking kwam dat traditionele gemeenschappen hierin van elkaar verschilden.
- Pelto noemt de Pueblo-indianen en de Japanners als voorbeeld van hechte
samenlevingen.
- Groepen uit Noord-Finland en Thailand beschrijft hij als lossere gemeenschappen,
waarin normen zich op verschillende manieren kunnen uiten, er mindere sprake is
van formaliteiten, orde en discipline, en afwijkend gedrag sneller getolereerd wordt.
, Pleto noemt een aantal kenmerken van hechtheid:
Zo zijn gemeenschappen waarin afstamming plaats vindt via of de man of de vrouw,
zoals we dat bijvoorbeeld kennen in de Joodse gemeenschap waar de Joodse
identiteit wordt doorgegeven via de moeder, hechter dan culturen waarin
afstamming via beide ouders verloopt.
Gemeenschappen die leven in dichtbevolkte gebieden zijn doorgaans hechter dan
gemeenschappen in dunbevolkte streken.
Agrarische gemeenschappen zijn hechter dan gemeenschappen van jagers en
verzamelaars, omdat mensen in agrarische gemeenschappen meer met elkaar
moeten samenwerken om te zorgen voor voldoende oogst om als gemeenschap te
overleven.
Cultuur beïnvloedt het gedrag van de leden van een gemeenschap, maar omgekeerd hebben
ook mensen invloed op cultuur: Cultuur is dus geen gegeven. Dit geldt nog sterker voor
kleineren gemeenschappen zoals organisaties. Cultuur beïnvloedt dus het gedrag van
mensen, maar bepaalt het niet.
Cultuur is niet statisch, maar past zich aan: cultuur richt zich naar ecologische en
economische omstandigheden. De cultuur past zich aan, aan de maatschappelijke
ontwikkelingen.
Overdracht van cultuur vindt plaats door enculturatie en socialisering:
Enculturatie: verwijst naar het leren van cultuurelementen in de ruimste zin, dus
zowel naar formele als naar informele processen.
Socialisering: is een gerichte, normatieve vorm van enculturatie.
Veel leren gebeurt op straat, voor een belangrijk deel door imitatie.
Voorbeelden van socialisering:
Koranonderwijs
Thoraonderwijs
Catechisatie
Alle drie bedoeld als introductie in de religieuze gemeenschap
Gedragsregels:
Voor zichzelf opkomen
Positieve relaties met andere opbouwen
Het belangrijkste, universele product van informele en enculturatie is de taalverwering.
Cultuur en ras zijn geheel verschillende zaken: ras verwijst, al dan niet gefundeerd, naar
fysieke kenmerken. Alleen wanneer binnen een groep met overeenkomstige fysieke
kenmerken ook belangrijke cultuurelementen. Zoals taal of religie, gedeeld worden, is een
raciale groep tevens een culturele groep. Overigens worden raskenmerken niet bij alle leden
van een bepaald ras op dezelfde manier zichtbaar.