Civiel recht in de praktijk periode 1
BW Algemeen
Hoofdstuk 11, Verbintenissenrecht, algemeen
Het privaatrecht is het geheel van de regels voor de onderlinge verhoudingen tussen personen. Er
wordt hierbij onderscheid gemaakt tussen het regelend en het dwingend recht. Het grootste
gedeelte van het privaatrecht is het regelend recht.
Regelend recht partijen staan vrij om andere afspraken te maken
Dwingend recht het recht waar je niet vanaf mag wijken, partijen zijn gebonden
Rechtsfeiten
Rechtsfeiten zijn alle feiten en gebeurtenissen die een rechtsgevolg hebben, 2 soorten:
Blote rechtsfeiten rechtsfeiten waarop de mens geen rechtstreekse invloed heeft, zoals
geboorte, dood, weersomstandigheden
Menselijke handelingen alle andere rechtsfeiten, onder te verdelen in:
- Rechtshandelingen rechtshandeling waarbij het de bedoeling is om
rechten en plichten te scheppen. Hierbij moet er
sprake zijn van een wil en verklaring, art. 3:33 BW
- Feitelijke handelingen scheppen ook rechten en plichten maar deze zijn niet
bewust in het leven geroepen, er worden onbedoeld
rechtsgevolgen geschept
Vermogensrechten
Het vermogensrecht beschrijft alle rechten waaruit een vermogen kan zijn opgebouwd. Vermogen is
de beschrijving van alle op geld waardeerbare rechten en plichten van een persoon, 2 soorten:
Absolute vermogensrechten beschrijven de zeggenschap van een persoon over een goed
(oftewel het goederenrecht)
Relatieve vermogensrechten beschrijven een rechtsverhouding tussen twee personen
(oftewel verbintenissen)
Handelings(on)bekwaamheid
De bekwaamheid om onaantastbare rechtshandelingen te verrichten wordt handelingsbekwaamheid
genoemd. Uit art. 1:234 BW valt af te leiden dat minderjarigen in beginsel handelingsonbekwaam
zijn. Hiervoor zijn twee uitzonderingen:
- Handelt met toestemming van wettelijk vertegenwoordiger
- Rechtshandeling past in het maatschappelijk verkeer
Meerderjarigen zijn handelingsonbekwaam als ze door de rechtbank onder curatele zijn gesteld. Uit
art. 1:378 BW blijkt waarom dit kan. De curandus wordt handelingsonbekwaam. De curator is zijn
wettelijk vertegenwoordiger.
, Civiel recht in de praktijk periode 1
BW 1 Personen- en familierecht
Hoofdstuk 15, personen- en familierecht
Bloedverwantschap
Als mensen familie zijn heb je het over bloedverwanten. Bloedverwantschap in de opgaande of
neergaande lijn zijn afstammelingen. Bloedverwantschap in de zijlijn zijn familieleden met minstens
één gemeenschappelijke stamouder.
Vader grootmoeder
e e e
1 2 2 3e
ik broer moeder zus
e
broer: bloedverwant in de tweede graad in de zijlijn 1
ik
tante: bloedverwant in de derde graad in de zijlijn
oma: bloedverwant in de tweede graad opgaande lijn
Woonplaats
De woonplaats is de plaats waar iemand voor het recht geacht te wonen.
Natuurlijk persoon plaats van de woning, art. 1:10 lid 1 BW
Rechtspersoon plaats in de statuten, art. 1:10 lid 2 BW
Ouderschap
De juridische moeder van een kind is de vrouw uit wie het kind geboren is, art. 1:198 BW. Ook door
adoptie wordt je de juridische moeder. Krijgt een getrouwde lesbische vrouw een kind, dan wordt
haar vrouw automatisch de duo-ouder. Vaderschap kan op verschillende manieren ontstaan:
- Getrouwd of geregistreerd partnerschap met de vrouw uit wie het kind is geboren,
art. 1:199 BW
- Man moet het kind erkennen, art. 1:203 BW e.v.
- ‘Dwingen’. Op verzoek van moeder of kind wordt vaderschap vastgesteld
- Adoptie
Huwelijk
Een huwelijk wordt door twee personen gesloten, de vereisten zijn:
- Minimumleeftijd van 18 jaar, art. 1:31 BW
- Voldoende geestelijke vermogens, art. 1:32 BW
- Monogamie, art. 1:33 BW
Minimaal twee weken voor het huwelijk moet er aangifte worden gedaan van hun huwelijk. Bij het
huwelijk moeten twee tot vier getuigen aanwezig zijn, art. 1:63 BW.
Bezittingen, schulden en erfenissen van vóór het huwelijk vallen niet meer in de gemeenschap van
goederen. Als echtgenoten dit anders geregeld willen hebben kunnen zij een notariële akte laten
opmaken, de huwelijkse voorwaarden, art. 1:93 en 1:114 BW.
Echtscheiding
Je gaat scheiden als het huwelijk duurzaam ontwricht is, art. 1:150 BW e.v. Een verzoekschrift voor de
echtscheiding kan worden ingediend bij de rechtbank door één partij maar ook door hen
gezamenlijk. Voor de gezamenlijke ontbinding van het geregistreerd partnerschap kan je terecht bij
een advocaat of notaris. Als het van één kant komt moet je naar de rechtbank.
Gezag en voogdij
Gezag bestaat uit en mengeling van opvoeden en verzorgen, wettelijk vertegenwoordiger zijn en
beheer van evt. vermogen.