Week 4........................................................................................................................................................ 39
Hoofdstuk 3: §3.3 het screeningsonderzoek......................................................................................................39
Hoofdstuk 13: diagnostiek van de sociaal-emotionele ontwikkeling.................................................................39
Week 5........................................................................................................................................................ 55
Hoofdstuk 5: systematische gedragsobservatie als onderdeel van psychodiagnostiek....................................55
Week 1
Hoofdstuk 1: §3.4 Verantwoordelijkheden van de hulpverlener
1
,Informed consent – duidelijkheid over de rechten en plichten van de betrokkenen. Deze regels
helpen om de ongelijkwaardige relatie tussen hulpvragen en hulpverlener in een zeker evenwicht te
brengen en bevorderen het vertrouwen en de werkrelatie.
In alle gevallen zal de hulpverlener in de geest van zijn beroepsethiek dienen te handelen en
respectvol met alle betrokkenen om moeten gaan, daarbij staat het belang van het kind voorop.
Recht en zorg
Wet- en regelgeving en beroepsethische regels maken de hulpverleningssituatie voorspelbaar voor
de hulpvrager en bevorderen het vertrouwen en de samenwerking. Wanneer dat onderling
vertrouwen echter afwezig is, er grote conflicten zijn en een redelijk gesprek amper nog mogelijk is,
dienen juridische regels ook als een vangnet. Ze dienen strikt nageleefd te worden op het moment
dat iedere juridische fout die de hulpverlener maakt onderdeel kan worden van een juridisch
steekspel, wat ten koste kan gaan van de belangen van het betrokken kind. Voor zowel hulpvragen
als hulpverlener moeten de juridische grenzen voor de hulpverlening dan helder zijn. Het is de kunst
om binnen die opgelegde grenzen een hulpverleningsrelatie aan te gaan, mogelijke keuzes zichtbaar
te maken en toekomstgericht te werken.
Mag de hulpverlener ingaan op de hulpvraag van een kind?
Om te kunnen ingaan op de hulpvraag van een kind dat jonger is dan 16 jaar, is op grond van de
WGBO echter toestemming nodig van de gezag dragende ouders. Het is goed om te weten dat
toestemming van één van de twee gezag dragende ouders niet voldoende is: beide ouders moeten
toestemming geven. Als er twijfels zijn over de toestemming van de andere gezag dragende ouder,
moet deze alsnog om toestemming worden gevraagd. Het is belangrijk in het dossier aan te tekenen
hoe de toestemming is verleend. Van een persoon die geen ouderlijk gezag heeft en dus geen
beslissingsbevoegdheden heeft ten aanzien van het kind, maar die wel recht heeft op omgang, hoeft
geen toestemming gevraagd te worden. Een persoon met omgangsrecht heeft overigens wel recht
op informatie over ‘belangrijke feiten en omstandigheden die de persoon van het kinds of diens
verzorging en opvoeding betreffen’. De Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering van
Geneeskunde (KNMG) benadrukt dat het daarbij om globale en feitelijke informatie moet gaan en
dat het dossier niet door deze persoon mag worden ingezien. Ook is het geven van informatie niet
verplicht als dat het belang van het kind zou kunnen schaden.
Als kinderen van 12-16 jaar zichzelf aanmelden met een hulpvraag, moeten de ouders daarvan op de
hoogte worden gesteld en toestemming verlenen. De toestemming van het kinds zelf is het
belangrijkst, en de toestemming van de ouders is niet nodig als de jongere om gegronde redenen per
se niet wil dat zijn ouders daarvan op de hoogte zijn. Het kan gaan om situaties waarin de jongere
bijvoorbeeld met zijn seksuele geaardheid worstelt en zijn ouders in dat stadium er nog niet mee wil
belasten of er zelf nog niet aan toe is opening van zaken te geven. Voor jongeren ouder dan 16 jaar
die hulp voor zichzelf zoeken is geen toestemming van de ouders meer nodig – mits de jongere niet
wilsonbekwaam is en de hulp niet residentieel verleend wordt.
Toestemming van ouders kan leiden tot schrijdende situaties. Dit speelt vaak als de ouder denkt dat
‘toestemming geven’ tegelijkertijd ‘schuld bekennen’ inhoudt. In dat geval kan soms via de
kinderrechter vervangende toestemming worden verkregen. Een andere weg is het vragen om een
(tijdelijke) Kinderbeschermingsmaatregel via de Raad voor de Kinderbescherming. Toch zijn er
situaties waarin een hulpverlener op basis van ‘goed hulpverlenerschap’ in het belang van het kind
moet handelen en noodzakelijke hulp mag verlenen, ook als dit tegen de wensen van de ouder ingaat
(bv bij kindermishandeling). Deze uitzondering is bedoeld voor situaties waarin een
2
,vertegenwoordiger duidelijk niet het belang van het kind dient en zijn subjectieve mening te veel laat
meewegen. Ten slotte geldt dat een eerste onderzoek om na te gaan of hulp noodzakelijk is, moet
worden gezien als een niet-ingrijpende handeling.
Ook als alleenstaande ouder is het noodzakelijk om na te gaan of er nog een tweede gezagsdragende
ouder is. Dit kan gecontroleerd worden door de hulpverlener door raadpleging van het Gezag
register van de rechtbank. De inzage moet worden aangevraagd bij de griffier in het arrondissement
waarin het kind geboren is. Mocht de andere ouder onvindbaar blijven, dan kan daarvan een melding
worden gemaakt, die aan het dossier wordt toegevoegd.
Mag de hulpverlener het onderzoek verrichten dat het team vraagt?
Ouders dienen in alle gevallen op de hoogte te worden gebracht van elk onderzoek dat gaat
plaatsvinden en van de redenen voor dit onderzoek. Als zij voorafgaand aan de plaatsing hierover
niet al geïnformeerd waren, dan moeten zij nu ook te horen krijgen dat zij het onderzoek desgewenst
mogen weigeren. Ouders moeten voor ieder onderzoek informed consent geven., zoals ook de
beroepscodes van het NIP en de Nederlandse vereniging van pedagogen en onderwijskundigen
aangeven.
Mag de hulpverlener voor zijn onderzoek informatie bij anderen opvragen?
Voor het opvragen en inzien van informatie bij andere instellingen en hulpverleners is toestemming
van beide ouders en (vanaf 12 jaar) van het kind zelf vereist. Deze toestemming moet schriftelijk
worden afgegeven, zodat de instanties waar men de informatie opvraagt ook weten dat die
toestemming er is.
3
, 4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper BobbiB. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,49. Je zit daarna nergens aan vast.