Hoofdstuk 1: Klinische neuropsychologie: een historische schets
1.1: Inleiding
Al tijdens de klassieke oudheid waren wetenschappers ervan overtuigd dat er een nauwe
samenhang was tussen hersenen en gedrag. Hippocrates leerde zo’n 400 jaar voor Christus
dat al het (afwijkend) gedrag en gevoel voortkwamen uit de werking van de hersenen. In de
geneeskunde van de Grieken en Romeinen zag men het lichaam (en de geest) als een
samenstel van een aantal elementen: water, vuur, bloed, slijm. Tijdens de renaissance,
vanaf de 14e eeuw ging men weer kritisch observeren en denken. Descartes (1596-1650)
kwam met de opvatting dat de ziel een ongedeelde, zelfstandige maar immateriële eenheid
is. In de 19e eeuw kwam Gall met de benadering dat een groot aantal mentale organen is
de grijze schors van de hersenen is gelegen, wat leidde tot de frenologie. Gall’s
opvattingen werken in Rankrijk getoetst met de clinicoanatomische methode; na
overlijden kijken waar het probleem vandaan kwam. Aan de professionalisering van de
neuropsychologie is vooral in de 20e eeuw vanuit de VS vormgegeven.
1.2: De celtheorie
De Grieken kenden drie zielen: een voor het overleven, een voor activiteiten van een
organisme in relatie tot de omgeving, en een hogere-ordeziel, die een onderscheid kon
maken tussen wat goed en fout was om te doen (psychikon hegemonikon).
Wetenschappers ontdekten dat er holtes waren in de hersenen (ventrikkels), die toen cellen
werden genoemd. Deze cellen werden gezien als de plaats van de geest, waarbij de geest
werd opgedeeld in verschillende functies. 1: komt informatie uit zintuigen binnen. 2: beeld
wordt geïnterpreteerd. 3: geheugen. Cognitieve modellen beschrijven de werking van
mentale processen in het algemeen. De ideeënvorming over individuele verschillen heeft
zich langs een andere lijn ontwikkeld; fysiognomie: interpretatie van het gelaat.
1.3: Descartes: een ongedeelde geest
De mens kan worden opgedeeld in twee substanties: het lichaam (res extensa) en de geest
(res cogitans. De geest is niet materiaal. Deze zou liggen in een holte in het midden van het
hoofd die niet verdeeld was over de twee hersenhelften: de epifyse of pijnappelklier.
1.4: Gall en het lokalisatievraagstuk
De directe aanleiding voor Gall om het vraagstuk van de relatie tussen hersenen en geest
nog eens anders te bekijken waren de toen zeer populaire fysiognomische ideeën van
Lavater. Hij wilde een nieuwe psychologie ontwikkelen op basis van zijn inzichten over bouw
en functie van de hersenen. De frenologie werd populairder, maar vooral onder niet-
wetenschappers. Bepaalde functies hebben wel degelijk een strikte lokalisatie. Gall ging
ervan uit dat mensen kunnen verschillen in aanleg voor bepaalde functies. Dat uit zich dan
in verschillen in aanleg van die functies. Als een functie beter is betekent dat beter
georganiseerd en groter in omvang. Dit zou een knobbel veroorzaken. Gall was niet
overtuigend genoeg voor de wetenschap.
1.5: De clinicoanatomische methode
Clinicoanatomische methode: de werkwijze om de lokalisatie-ideeën te toetsen door bij
patiënten met een focaal hersenletsel de specifieke uitvalsverschijnselen in kaart te
brengen. Veel onderzoek naar in 19e eeuw. In 1861 het gebied van Broca, voorste deel van
de hersenen, iets aan de zijkant. Hier ligt een specifiek mechanisme: produceren van een
sequentie van klanken die past bij een woord (uitspreken/productie van woorden). Broca
, kwam er ook mee dat taal in de linker hersenhelft ligt. Charcot propageerde in Frankrijk.
Met zijn leerlingen heeft hij nieuwe ziektebeelden beschreven, zoals MS, ALS en gilles de La
Tourette. Ook heeft hij het beeld van Parkinson verbeterd. Wernicke beweerde dat er een
apart centrum voor het herkennen van woordbeelden was en lokaliseerde dit in de
temporaalkwab. Engeland: Locke was voorstander van het empirisme: hij geloofde niet in
aangeboren eigenschappen en kennis. Alles wordt aangeleerd door associatie.
1.6: Holisme
Rond 1900 kwam er in heel Europa verzet tegen de lokalisatiebweging. Er kwam ook een
gestaltbeweging (het geheel is meer dan de delen).
1.7: Luria: een globaal model
Lura vatte de functionele architectuur van de hersenen samen aan de hand van drie
globale indelingen:
-Drie voortdurend interacterende functionele eenheden (units), gerelateerd aan
respectievelijk subcorticale, posterieure en anterieure hersengebieden
(activatie, input, output).
I: regulatie waakzaamheid en aandacht.
II: Cognitieve informatieverwerking: waarneming, verwerking, opslag
informatie.
III: Organisatie van gedrag: planning, regulatie en monitoring
doelgerichte activiteit.
-Drie hiërarchisch geordende niveaus van verwerking, gerelateerd aan primaire, secundaire
en tertiaire ‘zones’.
Primair: verwerking ‘oppervlakkige’ fysieke kenmerken.
Tertiair: ‘diepe’ verwerking van betekenissen en consequenties.
-Gedrag dat wel of niet gereguleerd wordt door taalprocessen,
gerelateerd aan respectievelijk de linker- en de rechterhemisfeer.
1.8: Een eerste aanzet: de testbatterij
Met de Halstead-Reitan-testbatterij wordt in kort bestek allerlei verschillende aspecten van
cognitief functioneren onderzocht. Een ander bekend en soortgelijk instrument is de Luria-
Nebraska Neuropsychological Battery (LNNB).
1.9: De neuropsychologie als zelfstandige discipline
Rond 1960 zijn er twee belangrijke ontwikkelingen in Amerika die leidden tot het ontstaan
van de neuropsychologie als een apart wetenschapsgebied. Norman Geschwind
stimuleerde velen om op zoek te gaan naar specifieke centra en verbindingen om zo het
functioneren van de hersenen beter in beeld te brengen. Een belangrijke werkwijze van
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jeaniquelafaille. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,84. Je zit daarna nergens aan vast.