100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Aantekeningen Hc 2 en samenvatting H11 en H12 Tak €4,49   In winkelwagen

College aantekeningen

Aantekeningen Hc 2 en samenvatting H11 en H12 Tak

 32 keer bekeken  0 keer verkocht

Aantekeningen Hc 2 en samenvatting H11 en H12 Tak

Voorbeeld 3 van de 23  pagina's

  • 11 mei 2023
  • 23
  • 2022/2023
  • College aantekeningen
  • Martine mönch
  • Hc 2 intelligentieonderzoek
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (28)
avatar-seller
shanna2001
HC 2 Intelligentieonderzoek
Wat is intelligentie?

 Gebruikt voor assessment voor personeelselectie
 Psychodiagnostisch onderzoek is nauwelijks denkbaar zonder een uitspraak te doen over
intelligentie.

Intelligentie =
 Datgene wat een intelligentietest meet
 Veel kritiek op  niet iedereen krijgt deze kansen maar zou hier wel toe in staat zijn:
alle kennis en vaardigheden die iemand in de loop van zijn ontwikkeling heeft
opgedaan.
 Het vermogen van het individu om doelgericht te handelen, rationeel te denken en
effectief met zijn omgeving om te kunnen gaan.

- Vermogen om te leren
- Vermogen om abstract te redeneren
- Vermogen zich adequaat aan relatief nieuwe situaties en omstandigheden aan te
passen
- Vermogen om te profiteren van ervaring zonder dat er sprake is van directe of
volledige instructie
- Bereiken van eigen, rationeel gekozen doelen
- Totaal aan cognitieve processen, waaronder planning, informatieverwerking en
aandacht
- Maten die schoolse vaardigheden kunnen voorspellen
- Algemene term om waargenomen individuele verschillen in mentale vaardigheden aan
te duiden
- Intelligent gedrag is in essentie adaptief: het staat voor de effectieve wijzen waarop
met de eisen van een veranderende omgeving wordt omgegaan.

Benaderingen m.bt. Intelligentie

Psychometrische benadering

Past in de traditie van de differentiële psychologie: verschillen in cognitieve vermogens,
kijken naar welke variabelen zijn nu verantwoordelijk voor deze verschillen? De kracht zit
hem vooral in de toepassing ervan: ontwikkeling van testen.

Binet is de grondlegger van intelligentietests: wat verstaat men nu onder intelligentie?
Onderscheid tussen wie kan niet leren en wie wil niet leren.

Eerst intelligentie meten dan pas bestuderen. Op basis van intuïtie, statistische analyse en
praktijkervaring ging men ervan uit dat het referentiemethodes zou presenteren. Proefversies
werden ontwikkeld om te kunnen doorzien van relaties.

Raven test (probleemoplossend vermogen).

,Leidde tot theorievorming: structuur beschrijven bestaande uit meerdere, specifieke factoren.
 Charles Spearman bestudeerde dit.

Gaf aan dat er twee factoren een rol spelen:
- G- factor en specifieke vermogens  factor waar alle subtests een beroep op doen
(General intelligence). Er zijn een aantal intelligentie factoren specifiek voor een
bepaalde subtest: representeren de verscheidenheid aan cognitieve processen.
- Factoranalyse: had als doel overzichtelijke aantal dimensies te krijgen, hiermee
theorie koppelen. Operationalisatie en theorievorming gingen hand in hand. Model
werd al uitproberend ontwikkeld.

Groepsfactoren (factoren waarbij een groepje iets gemeenschappelijks heeft) die heeft hierin
geen plek. Thurstone ging opzoek naar groepsfactoren. Volgens hem moesten een aantal G-
factoren vervangen worden door groepsfactoren.

Primary mental abilities

- Thurstone(1938):7primaireintelligentiefactoren: geheugen, ruimtelijk inzicht.

- Uitgangspunt voor o.a. RAKIT

- Guilford (1967): 3 dimensies, leidend tot 120 intelligentiefactoren

Three-stratum theory

- Carroll (1993): hiërarchisch model met 3 niveaus:

- G-factor (niveau 3), 7 groepsfactoren (niveau 2) en specifieke factoren (niveau 1)

- Factoren op niveau 2 samen te vatten in: proces, inhoud en capaciteit

CHC-model  omdat het een samenhang is van Cattell, Horn en Carroll

- Cattell en Horn (1978): fluid en crystallized intelligence (belangrijke factoren op
niveau 2 Carroll).

, Maakt al een verband met intelligentiemodel dat kijken naar het cognitieve stuk.

Fluid




intelligence  accent op inductief en deductief redenaren. Relatief nieuwe problemen
waarbij je beperkt kan terugvallen op verhoor van kennis en aangeleerde vaardigheden.
Accent ligt op direct probleem oplossend zonder gebruik te maken van eerder aangeleerde
probleemoplossend vaardigheden. Werkgeheugen en verwerkingssnelheid spelen een rol.

Crystallized intelligence  taken waarbij ervaringen en aangeleerde kennis, vaardigheden
en routine wel een grote rol spelen. Wordt bepaald door culturele invloeden. Cultuur bepaalt
welke kennis en vaardigheden relevant zijn om succesvol te zijn in de maatschappij. Lange-
termijn geheugen speelt een rol (in het Westen speelt taal een belangrijk rol).

G-factor is enerzijds gerelateerd aan complexe cognitieve processen (logisch redeneren,
probleem oplossen, fluid intelligence) en anderzijds is de g-factor gerelateerd aan basale
cognitieve processen (informatie verwerkingssnelheid en werkgeheugen).

Volgens sommige onderzoekers speelt het werkgeheugen een rol in de relatie tussen
complexe en basale cognitieve processen. Als je nu een hele grote hoeveelheid informatie in
je werkgeheugen kunt opslaan dan kun je informatie ook sneller verwerken. De capaciteit van
het werkgeheugen is heel belangrijk.

Heel veel intelligentietesten werken volgens de hiërarchische structuur (zie bovenstaande
afbeelding). Is o.a. ook een fundament waaronder de WISC V  academische intelligentie.

Het gaat niet alleen om academische stukken, je wilt ook weten hoe de gemeten vaardigheden
leiden tot praktische intelligentie. Er zijn ook modellen die zich baseren op de theorie van
Luria.

Waarom is het af en toe nodig om een intelligentie test te herzien?
Eerst was er een WISC III, nu is er WISC V (2017). WISC IV is nooit in Nederland
doorgekomen. Dit moet je actualiseren vanwege verouderde normen daarbij is het materiaal
ook sterk verouderd. Ook speelt het Flynn-effect een rol (te hoog inschatten van intelligentie)
dit kan leiden tot overschatting.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper shanna2001. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 79650 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49
  • (0)
  Kopen