Opvoedingsondersteuning Als bijzondere vorm van preventie
Marga Burggraaf-Huiskes
Samenvatting
Dit boek gaat over ouders en kinderen, over wijkteams en gemeenten, over
opvoedingsondersteuning. Over het algemeen gaat het goed met de jongeren in Nederland. Maar er
zijn altijd mensen met vragen over de opvoeding. Maar daarnaast zijn er ook groepen waarbij de
opvoeding minder gaat. De kinderen ontwikkelen zich niet als verwacht en de ouders hebben het
gevoel het niet meer aan te kunnen. Informatie en opvoedingsvoorlichting zijn dan niet meer
voldoende: er is behoefte aan opvoedingsondersteuning.
Het geven van opvoedingsondersteuning is een vak geworden. Het preventiecomponent is hierbij erg
belangrijk. Preventie met als doel ‘welzijn van kinderen en ouders te vergroten, noodzaak tot
jeugdhulp te verminderen en psychosociale problemen te voorkomen’.
,Inhoud
Hoofdstuk 1 Opvoedingsondersteuning en preventie......................................................................1
Hoofdstuk 2 Opvoedingsondersteuning in deze tijd.........................................................................6
Hoofdstuk 3 Theorieën en modellen, en het belang van effectiviteit..............................................13
Hoofdstuk 4 Het ‘vak’ opvoedingsondersteuning...........................................................................22
Hoofdstuk 5 Opvoedingsondersteuning in welzijn, steun en hulp..................................................30
Hoofdstuk 6 Methoden en programma’s........................................................................................ 35
Hoofdstuk 1 Opvoedingsondersteuning en preventie
Het kader van opvoedingsondersteuning
1
,Zo’n 90% van de Nederlandse gezinnen is (meestal) tevreden met de manier waarop de opvoeding
verloopt. Tien procent heeft veel vragen, vijf procent heeft problemen waarvan twee procent ernstig.
De opvoedingsidealen of doelen van ouders ontstaan op basis van hoe ouders zelf zijn opgevoed, hun
persoonlijkheidsontwikkeling, het sociale netwerk en de maatschappelijke en culturele omgeving waar
ouders deel van uitmaken. In Nederland streven ouders vooral opvoeddoelen na die te maken hebben
met autonomie. Daarnaast vinden ze assertiviteit en respectvol omgaan met anderen belangrijk.
Universele doelen die alle ouders – wereldwijd – als basisprincipes in de opvoeding nastreven zijn als
volgt:
- Het waarborgen van het fysieke, sociale en emotionele welzijn van het kind
- Kinderen voorzien van de economische competenties om te overleven als volwassenen
- Culturele waarden en normen overdragen, waardoor kinderen zich de cultuur eigen maken
van de samenleving waarin zij opgroeien
Opvoedingsondersteuning is gericht op het verbeteren van de opvoedingssituatie van kinderen, voor
zover ouders daarvoor verantwoordelijk zijn. Die steun heeft drie concrete doelen:
- Het voorkomen van problemen in de opvoeding of de ontwikkeling van kinderen door
informatie te geven over alledaagse opvoedvragen of door tijdig zwaardere problemen als
kindermishandeling, gezondheidsproblemen of onderwijsachterstand te signaleren;
- Het helpen oplossen van bestaande zorgen en problemen bij het opgroeien en opvoeden via
een adviesgesprek of door praktische hulp te bieden voor bijvoorbeeld het organiseren van
een omgangsregeling bij scheiding of financiële ondersteuning bij schulden;
- Het versterken van de pedagogische competenties en vaardigheden van ouders, bijvoorbeeld
via ouderbijeenkomsten, oudercursussen of oudertrainingen, om daarmee hun
zelfredzaamheid te vergroten.
De opvoedondersteuning voor ouders heette in de jaren tachtig van de vorige eeuw nog
‘pedagogische preventie’ en ‘vroegtijdige onderkenning van ontwikkelingsstoornissen (VTO)’.
Er zijn verschillende vormen van opvoedingsondersteuning. De volgende indeling wordt doorgaans
gebruikt
- Informatie en voorlichting over ontwikkeling en opvoeding van kinderen en over voorzieningen
in de wijk
Folders en brochures
Themabijeenkomsten
Oudercursussen
- Bevorderen van sociale steun en zelfhulp rondom omgaan met kinderen en opvoeding,
bijvoorbeeld met behulp van;
Activiteiten van Centra voor Jeugd en Gezin, spelotheken, scholen, sportclubs
Koffiebijeenkomsten in eigen buurt, zoals bij Home-Start of rond een speciaal thema
2
, Lotgenotengroepen, bijvoorbeeld voor ouders van kinderen met een handicap
- Vroegtijdige signalering en verwijzing
Indien vragen naar geïndiceerde hulp aan de orde zijn
Indien vragen op een ander terrein blijken te liggen
- Pedagogische advisering, begeleiding en training, bijvoorbeeld door middel van
Pedagogisch spreekuur (één tot vijf gesprekken)
Activiteiten van het opvoedingssteunpunt; het CJG, het wijkteam, het zorg- en
adviesteam (ZAT)
Videohometraining
Huis aan huis
Factoren in de samenleving die de opvoeding(sondersteuning) beïnvloeden
- Ouders van nu kiezen bewuster voor kinderen, daardoor hebben ze hogere verwachtingen
van de kinderen en van zichzelf en voeden ze meer dan ooit bewust op
- Traditionele waarden en normen voldoen niet meer. Het vertrouwde netwerk van de
(extended) familie is grotendeels weggevallen in de geïndividualiseerde samenleving, ook al
spelen opa’s en oma’s vaak weer (tijdelijk) een grotere rol.
- Het aanbod van opvoedingsondersteuning en hulpverlening vertoont lacunes. Lokale
overheden zijn nog niet ingespeeld op hun regietaak. Er is soms weinig afstemming tussen de
vraag van ouders en het aanbod van de instellingen in de woonplaats. Soms is er te weinig
budget. Ook is het aanbod versnipperd, waardoor de hulp voor ouders onoverzichtelijk en
weinig toegankelijk is.
- De hulpverlening signaleert dat een toenemend aantal jeugdigen in de problemen raakt. Ook
voor kinderen en jongeren is de samenleving ingewikkeld en veeleisend. Door middel van
activiteiten op het gebied van opvoedingsondersteuning hoopt de overheid zwaardere
problemen te voorkomen
- De samenstelling van de bevolking is veranderd door de komst van zeer grote groepen
allochtone gezinnen. De diversiteit is toegenomen.
Sinds de jaren 80 van de vorige eeuw is opvoedingsondersteuning een onderdeel van het
overheidsbeleid. Het belangrijkste beleidsdoel van opvoedingsondersteuning is preventie; het
voorkomen van (zwaardere) problemen. Hoewel de ouder de eerstverantwoordelijke blijft voor de
opvoeding, heeft ook de overheid hierin een taak.
In de jaren 90 is er onvrede over de ontoegankelijkheid van de jeugdhulpverlening. Provinciale
overheid, de gemeente, de provincie; allen hadden zij een taak in de jeugdzorg. De gemeente was
verantwoordelijk voor een goede afstemming tussen lokaal jeugdbeleid en het provinciale
jeugdhulpverleningsbeleid. Er is geen goed overzicht over werkelijke hulpvragen, geen goede
registratie. Dit brengt een ontwikkeling op gang, gericht op het beter toegankelijk maken van de
jeugdzorg en een betere afstemming en samenwerking onderling. Een belangrijk uitgangspunt van het
3