Thema 2: Psychiatrie
Soorten depressies en symptomen
Bij een depressieve stoornis is er sprake van depressie, ofwel een intense, langdurige somberheid die
het normale functioneren verhindert. De precieze oorzaak van depressieve stoornissen is niet
bekend. Er zijn diverse verklaringsmodellen die uitgaan van een combinatie van genetische,
somatische, psychische en omgevingsfactoren die elkaar beïnvloeden. Het risico op een depressieve
stoornis is groter voor zorgvragers:
- Die eerder een depressieve stoornis hebben doorgemaakt of een suïcidepoging hebben
gedaan
- Op wie de volgende biologische factoren van toepassing zijn
o Vrouwelijk geslacht
o Een eerstegraads familielid met een depressieve stoornis
o Een neurodegeneratieve aandoening (dementie, ZvP)
o Lichamelijke (chronische) aandoeningen (o.a. hypothyreoïdie, hart- of herseninfarct,
COPD)
o Alcohol- en middelengebruik (bepaalde medicatie en recreatieve drugs)
- Die bekend zijn met de volgende psychosociale factoren:
o Verlies van dierbaren, baan of gezondheid
o Chronische stress
o Ongunstige werkomstandigheden of geen werk hebben
o Een stedelijke woonomgeving
o Sociaal isolement
o Huiselijk geweld
Bij mensen met depressieve stemmingsklachten is er in de hersenen sprake van een disbalans van
neurotransmitters, onder andere tekorten aan serotonine en noradrenaline, en een tekort of
overschot aan dopamine. Hormonen zijn ook van invloed, bijv. rondom de menstruatie of na de
zwangerschap. Seizoensgebonden depressie komt voor in de herfst- en wintermaanden a.g.v. minder
zonlicht. OP het psychosociale gebied is het doormaken van verlies en andere stressvolle life-events
een belangrijke factor. Bij depressief gestemde mensen er vaak sprake van een negatief
gedachtepatroon en inadequate coping. Volgens de DSM-5-classificatie is er sprake van een
depressieve stoornis bij de aanwezigheid van vijf of meer van de volgende symptomen, waaronder
minimaal één kernsymptoom, gedurende minstens twee aaneengesloten weken:
Kernsymptomen Overige symptomen (psychisch) Overige symptomen
(somatisch)
Sombere stemming, Verandering in activiteitsniveau: Vermoeidheid of
gedurende het grootste rusteloosheid of remming energieverlies
deel van de dag Gevoelens van waardeloosheid of Slapeloosheid of
buitensporige schuldgevoelens (soms overmatig slapen
ook waangedachten)
66
, Verminderde interesse of Verminderd vermogen tot nadenken, Duidelijke
verminderd plezier in concentratieverlies of besluiteloosheid gewichtstoename of
vrijwel alle activiteiten Terugkerende gedachten aan de dood, gewichtsverlies
suïcidale gedachten of een
suïcidepoging
Bij een ernstige depressie kan er ook sprake zijn van psychotische symptomen.
Indien er duidelijk sprake is van een onderliggende lichamelijke aandoening, wordt deze eerst
behandeld. Meestal is hier echter geen sprake van. De behadnleing is dan afhankelijk van de ernst
van de depressie. Bij alle zorgvragers met een depressie zijn voorlichting en advisering over
dagstructurering en activiteitenplaning aangewezen. Er wordt gestreefd naar een goede balans
tussen verplichtingen en ontspanning. Het kan zo zijn dat de basisinterventies en de laag intensieve
vormen van begeleiding onvoldoende helpen. Bovendien kan er sprake zijn van ernstige klachten of
ernstig disfunctioneren. In die gevallen kunnen psychotherapie of antidepressiva worden
overwogen:
- Psychotherapie: oplossingsgericht therapie, cognitieve gedragstherapie, interpersoonlijke
psychotherapie en gezinstherapie. Elke vorm is gericht op andere onderliggende
problematiek. Een voorwaarde voor succesvolle psychotherapie is een goede motivatie.
- Medicamenteuze behandeling: antidepressiva zijn werkzijn op de diverse neurotransmitters
in de hersenen en hebben daardoor veel bijwerkingen. Antidepressiva hebben pas na een
aantal weken effect.
Soms is een (al dan niet gedwongen) opname noodzakelijk. Als psychotherapie en/of
medicamenteuze behandeling onvoldoende effect heeft, zijn nog andere therapieën mogelijk,
waaronder elektroconvulsietherapie (ECT) en lichttherapie. Bij een ECT-behandeling wordt
gedurende een aantal weken 2x per week onder narcose met een elektrische puls een epileptisch
insult opgewekt. Dit leidt tot afname van onrust en tot stemmingsverbeteringen. Lichttherapie met
speciale lampen met wit kunstlicht wordt m.n. ingezet bij seizoensgebonden depressie.
Afhankelijk van de ernst van de depressie is het risico op suïcide verhoogd. Andere complicaties zijn
ondervoeding, ene bijkomende angststoornis en (toename van) middelengebruik. Ook is er een
verhoogd risico op aandoeningen als COPD, myocardinfarct en herseninfarct. Dit kan komen doordat
zorgvragers met een depressieve stoornis vaker (meer) roken, maar komt waarschijnlijk ook door
veranderingen in het immuunsysteem en de bloedstolling.
Lichte depressie, zware depressie, psychotische depressies, chronische depressie, dysthyme stoornis,
seizoensgebonden depressie, postpartum depressie, PMDD (PME)
Lichte depressie: bij een lichte depressie lukt het vaak nog om de meeste dagelijkse bezigheden te
blijven doen. Maar ook dan is het nodig de klachten serieus te nemen. Er kan dan nog veel gedaan
worden op het gebied van preventie, om ernstigere klachten te voorkomen
Zware depressie: te herkennen aan het optreden van veel symptomen en de verschijnselen snel
erger worden. Zware depressies hebben een grote invloed op het dagelijks leven: nergens meer
naartoe gaan, werken, boodschappen doen, zorgen voor kinderen en een normaal dag- en
nachtritme volgen lukt niet meer. Alles is een zwart gat. Sommige mensen denken aan de dood:
doodgaan lijkt voor hen minder erg dan leven met de depressie.
Psychotische depressie: wanneer de grip op de werkelijkheid kwijtraakt. Er kunnen dan wanen of
hallucinaties optreden, gedachten die vreemd of onwaar zijn. Zo kan iemand overtuigt raken dat
diegene niets meer waard is. Een psychotische depressie wordt meestal tot de zwaardere vormen
van depressie gerekend.
67