Hoofdstuk 1
Standpunten en verschillen van mening
Expliciete en impliciete verschillen van mening
Het is ongebruikelijk dat strijdende partijen het laten bij de constatering dat ze van mening verschillen.
Vaak kan dit ook niet, of is dit in ieder geval niet verstandig. Er moet dan gediscussieerd worden tot er
overeenstemming is bereikt. Er is sprake van een verschil van mening, zodra er een standpunt is dat
niet door iedereen volledig gedeeld wordt (dit is ook al het geval als de andere partij over het
standpunt twijfelt, het tegenovergestelde standpunt innemen in niet altijd nodig voor een
meningsverschil).
Persoon 1: “Volgens mij zouden ze in het onderwijs veel meer aandacht aan schrijven en
spreken moeten besteden”
Persoon 2: “Ik weet het niet, ik heb er eigenlijk nooit zo over nagedacht” (= twijfel)
Persoon 3: “Wat een onzin, daar wordt al meer dan genoeg aandacht aan besteed”
(= tegenovergestelde standpunt)
In het bovenstaande voorbeeld is het verschil van mening expliciet; zowel het standpunt als de kritiek
daarop worden uitdrukkelijk onder woorden gebracht. Maar zo hoeft het niet altijd te gaan. Vooral bij
schriftelijke communicatie blijft het verschil van mening vaak impliciet, doordat maar 1 van beide
partijen aan het woord komt. De twijfel van de andere partij wordt dan als het ware voorondersteld.
Persoon 1: “In het onderwijs zou veel meer aandacht aan schrijven en spreken moeten
worden besteed, want met de schriftelijke en mondelinge uitdrukkingsvaardigheden van
studenten is het slecht gesteld. Bovendien besteden wij in verhouding tot het buitenland
belachelijk weinig tijd aan dergelijke vaardigheden”
Dat deze persoon ervan uitgaat dat haar standpunt niet meteen door iedereen wordt aanvaard, blijkt uit
het feit dat ze er argumenten voor geeft. Het is natuurlijk mogelijk dat dit een onjuiste veronderstelling
is en dat er geen meningsverschil bestaat tussen deze persoon en de lezer.
Positieve en negatieve standpunten
Bij een verschil van mening worden er altijd 2 verschillende posities ingenomen over een bepaalde
kwestie. De verwoording van die kwestie geeft de propositie weer die de inzet vormt van het verschil
van mening. Proposities kunnen feiten, gebeurtenissen, voorspellingen, oordelen of aanbevelingen
weergeven. Tegenover een propositie kan een positieve, negatieve of neutrale positie worden
ingenomen en deze positie bepaalt of er sprake is van een positief standpunt, een negatief standpunt of
geen standpunt (nul-standpunt).
Persoon 1: “Volgens mij is homeopathie kwakzalverij”
Persoon 2: “Volgens mij is homeopathie geen kwakzalverij”
Persoon 3: “Ik weet niet of homeopathie wel of geen kwakzalverij is”
Persoon 1 heeft zich in het bovenstaande voorbeeld positief gebonden aan de propositie dat
homeopathie kwakzalverij is. Hij neemt dus een positief standpunt in ten opzichte van deze propositie.
Standpunten en uitingen van twijfel
Of een propositie nu betrekking heeft op een betrekkelijk eenvoudig onderwerp, of juist op bijzonder
ingewikkelde materie, er kan altijd een standpunt over worden ingenomen. Ook de reikwijdte van
proposities kunnen variëren. Een propositie kan op iedereen slaan, maar kan ook slaan op losse
individuen. Ook de kracht waarmee over een propositie een standpunt naar voren wordt gebracht, kan
variëren (met volledige zekerheid, of als een voorzichtige veronderstelling). Een standpunt hoeft niet
, op één propositie betrekking te hebben. Het kan ook op meer proposities tegelijk slaan. Die proposities
houden dan wel nauw verband met elkaar.
Bij een positief standpunt zijn het standpunt en de propositie waarop het standpunt betrekking heeft
vaak niet goed van elkaar te onderscheiden. Ze worden vaak in één uitspraak weergegeven. Vaak
wordt het positieve karakter van het standpunt niet nog eens apart benadrukt, maar dit kan natuurlijk
wel:
Persoon 1: “Mijn standpunt is dat het wel degelijk zo is dat vrouwen eerder tot hysterie
neigen dan mannen”
Bij een negatief standpunt is de grens tussen het innemen van een negatief standpunt en het uiten van
twijfel niet altijd even scherp te trekken. Een voorzichtig geformuleerd negatief standpunt kan aardig
in de buurt komen van twijfel. Omgekeerd kan een uiting die op het eerste gezicht twijfel lijkt uit te
drukken, bij nader inzien toch een negatief standpunt zijn. Uitingen van twijfel en tegengestelde
standpunten hebben hele andere consequenties. Iemand die een tegengesteld standpunt naar voren
heeft gebracht, heeft daarmee de plicht op zich genomen om dit standpunt te verdedigen, terwijl
iemand die alleen maar twijfel heeft aangegeven, nergens aan gehouden kan worden.
Typen verschillen van mening
Het eenvoudigste type verschil van mening ontstaat als een standpunt op twijfel stuit. Dit is de
basisvorm van een verschil van mening. Aangezien een standpunt positief of negatief kan zijn, zijn er
2 varianten van deze basisvorm
Persoon 1: “Nederlandse mannen zijn niet romantisch”
Persoon 2: “Dat weet ik eigenlijk zo net niet”
Persoon 3: “Nederlandse mannen zijn romantisch”
Persoon 4: “Is dat zo?”
Omdat een verschil van mening in deze basisvorm betrekking heeft op slechts één propositie, heet het
enkelvoudig. Er wordt bovendien niet meer dan één standpunt ingenomen (of in twijfel getrokken) ten
opzichte van de propositie. Daarom wordt deze basisvorm ook wel niet-gemengd genoemd. Naast
niet-gemengde, enkelvoudige zijn er ook gemengde en meervoudige verschillen van mening.
Uitgaande van de verschillende combinatiemogelijkheden, kunnen 4 typen verschil van mening
worden onderscheiden:
- Niet-gemengd, enkelvoudig (basisvorm)
- Gemengd, enkelvoudig
- Niet-gemengd, meervoudig
- Gemengd, meervoudig
Bij een meervoudig verschil van mening wordt er ten opzichte van meer dan één propositie een
standpunt ingenomen. Dit ontstaat bijvoorbeeld als iemand in één keer een heleboel met elkaar
samenhangede dingen ter discussie stelt (bijvoorbeeld je mening uitspreken over een plan dat uit
diverse onderdelen bestaat). = niet-gemengd, meervoudig
Persoon 1: “ Nederlandse mannen zijn niet romantisch, en ook niet spiritueel, maar ze
zijn wel betrouwbaar”
Persoon 2: “Dat weet ik allemaal niet zo precies hoor”
Bij een gemengd verschil van mening worden er tegengestelde standpunten ingenomen ten opzichte
van dezelfde propositie. De ene partij brengt een positief standpunt naar voren en de ander stelt daar
een negatief standpunt tegenover, of omgekeerd. Er wordt niet met twijfel, maar met een
tegenstandpunt gereageerd op een standpunt. = gemengd, enkelvoudig
Persoon 1: “Nederlandse mannen zijn niet romantisch”
Persoon 2: “Dat ben ik niet met je eens”