Thema 1
Samenvatting
Begrijp een bedrijf en
begrijp jezelf
,Begrippen organisatie, bedrijf, onderneming
• Een organisatie is elke vorm van samenwerking voor een gemeenschappelijk doel.
• Een bedrijf of onderneming is een organisatie van arbeid en kapitaal actief in de
productie en/of het aanbieden van goederen en diensten. In de (klassieke)
economische theorie zijn bedrijven gericht op het maken van winst.
• Tegenwoordig wordt een bedrijf vaak een organisatie van arbeid en kapitaal
genoemd gericht op productie van goederen en diensten zonder de toevoeging
gericht op maken van winst
• Dat betekent dat non-profitorganisaties hier ook onder vallen
• Ondernemingen zijn dan bedrijven gericht op het maken van winst
Wat is een bedrijf?
• Een bedrijf of onderneming is een organisatie van arbeid en kapitaal actief in de
productie en/of het aanbieden van goederen en diensten
• In de klassieke economische theorie zijn bedrijven gericht op het maken van
winst (onderneming)
• Soms worden overheidsinstellingen ook bedrijven genoemd terwijl die geen
winstoogmerk hebben
• Dan geldt het onderscheid onderscheid bedrijf en onderneming
• Je hebt dus een organisatie nodig om arbeid en kapitaal om te zetten in productie
van goederen en/of diensten
Het begrip organisatie
Een organisatie is een menselijke samenwerking die doelgericht en blijvend is.
• De menselijke factor
• Een samenwerkingsvorm (taakverdeling en coördinatie)
• Doelgericht
• Continuïteit
Basisvraagstukken bij het organiseren (organisatiekunde)
• Arbeidsdeling: hoe wordt het werk zo efficiënt en effectief verdeeld over de
medewerkers
• Coördinatie: hoe wordt het werk, dat door deze medewerkers wordt verricht zo goed
mogelijk gecoördineerd
Wat gebeurt er binnen een organisatie (in het transformatieproces)
• In een organisatie vinden allerlei activiteiten plaats, die erop gericht zijn samen de
producten en/of diensten tot stand te brengen.
• Er vindt een omzetting plaats van grondstoffen in eindproducten en/of diensten waar
in de samenleving behoefte aan is
, • In elke organisatie ziet dat er anders uit, maar het berust in elke organisatie op het
volgende eenvoudige principe: Zie 10.2.1 p. 491
De relatie tussen organisatie en omgeving
• Een organisatie kun je niet los zien van de relevante omgeving waarin zij
functioneert. Denk hierbij bijv. aan:
o Kennen van de behoeften in de samenleving (klantvraag)
o Toepassen van ict in je processen
o Kennen van belasting- en arbo-wetgeving
o vraagt bewustzijn van de omgeving (organisatie = geen gesloten systeem):
afhankelijkheid klanten
• vraagt kennen van de omgeving (monitoren)
• vraagt keuzes maken t.a.v. de omgeving (aanpassen)
• vraagt beïnvloeden van de omgeving (continuïteit waarborgen)
•
Algemene organisatievraagstukken/-problemen
1. Leefbaarheid
• Psychisch welbevinden, fysieke leefbaarheid
2. Controleerbaarheid
• Inzichtelijkheid van de organisatie, voldoende geïnformeerd zijn
3. Neveneffecten
• Als gevolg van organisatie handelen, extern en intern, positief en negatief
4. Besturing
• Wendbaarheid, leiden ingrepen tot gewenste veranderingen
5. Beheersing
• Op gewenst niveau houden van prestaties
Kenmerken van organisaties
• Organisaties zijn onderdeel van de maatschappij en samenleving.
• Partijen zijn niet alleen werknemers en werkgevers, maar ook aandeelhouders,
(toe)leveranciers, vermogensverschaffers, klanten en de omgeving, vakbonden,
overheid.
Partijen
• Een organisatie bestaat niet alleen uit werknemers en werkgevers. Te denken valt
aan:
Afnemers/klanten
Leveranciers
Concurrentie
Vermogensverschaffers
Belangenorganisaties
Overheidsinstellingen
Media
Destep/Omgevingsfactoren
, • Het DESTEP model geeft inzicht in de macro-economische omgevingsfactoren. Hier
kan een organisatie meestal geen invloed op uitoefenen, maar de organisatie kan er
wel van profiteren of juist last van hebben.
Demografisch
Economisch
Sociaal-cultureel
Technologisch
Ecologisch
Politiek
Partijen
• Afnemers: zijn een belangrijke partij aangezien zij vraag uitoefenen naar producten
en diensten en de organisatie haar bestaansrecht hieraan ontleent: geen vraag?
Geen organisatie!
• Leveranciers: iedere organisatie maakt gebruik van producten of diensten van
andere organisaties. Organisaties stellen eisen m.b.t. kwaliteit, prijs en levertijd.
• Concurrentie: Bijna elke organisatie heeft te maken met concurrentie, deze heeft
invloed op prijs, levertijd, kwaliteit etc.
• Vermogensverschaffers: aandeelhouders, financiële instellingen, overheid etc.
Hiermee moet de organisatie een goede relatie onderhouden.
• Werknemers: belangrijkste kapitaal bij iedere organisatie, spelen een steeds grotere
rol binnen de organisatie
• Belangenbehartigingsorganisaties: behartigen belangen van een bepaalde groep:
vakbonden voor werknemers en –gevers, consumentenorganisaties,
milieubewegingen etc.
• Overheidsinstellingen: overheidsorganisaties beïnvloeden organisaties doordat ze
moeten toezien op naleving regels die door overheid zijn opgesteld.
• Media: Ontwikkelingen in politiek, economie en bedrijfsleven worden op de voet
gevolgd en breed uitgemeten in de media. Positieve- maar zeker ook negatieve
berichtgeving zeer grote invloed op organisatie
Omgevingsfactoren
1)Demografische factoren:
Omvang, groei en samenstelling van de bevolking. Deze factoren
bepalen in grote mate op welke markt organisaties zich richten en welke goederen en
diensten ze aanbieden:
-Afname bevolking kan leiden tot schaarste op arbeidsmarkt.
-Minder kinderen kan leiden tot minder aanbod van goederen als kinderwagens maar ook
een dienst als basisonderwijs.
2)Economische factoren:
Economische groei (positief of negatief) van belang afname producten, ontwikkelingen
loonpeil, rentestand (voor bv. lenen van geld voor investeringen), valutaschommelingen etc.
3)Sociaal - culturele factoren:
Niet iedere consument is hetzelfde. Ook krijgen consumenten steeds meer macht. Het
onderdeel van DESTEP analyse waarin je de sociaal- culturele factoren van een markt
onderzoekt wordt daarom steeds belangrijker.
Sociaal- culturele factoren: Waarden en normen die er gelden; Gemiddeld opleidingsniveau;
Religie (en hoe streng die wordt nageleefd); Subculturen