Hoorcolleges
Hoorcollege 1
Informatie heeft geen vaste definitie en kan vanuit diverse invalshoeken worden bekeken.
Dit gebrek aan een eenduidige definitie is niet problematisch, maar juist een kans om
verschillen productief te onderzoeken. Informatie wordt vaak omschreven als een stap
tussen data en kennis, waarbij data door context informatie wordt en informatie door
verbanden kennis kan worden. Dit lineaire model is echter niet de enige manier om
informatie te begrijpen. Informatie omvat meer dan objectieve feiten en kan subjectief zijn.
Communicatie van informatie is een dynamisch proces waarin mensen leren elkaar te
begrijpen en zich aan te passen. Het draait niet alleen om het efficiënt overbrengen van
boodschappen (transmissiemodel), maar ook om het behouden van gedeelde waarden en
overtuigingen (ritueel model).
De ontwikkeling van theorieën over media en communicatie laat een duidelijke historische
lijn zien:
● Hypodermic Needle Theory: Media beïnvloeden de massa direct, vaak gebruikt voor
propaganda, met als doel een ideale samenleving te creëren. De ideal human
society krijg je door alle mensen simpelweg te laten zien hoe een ideal human
society eruitziet.
● Laswell's model: Analyseert communicatie in termen van zender, boodschap, kanaal,
ontvanger en effect. Who (communicator) - says what (message) - in which channel
(medium) - to whom (receiver) - with what effect (effect). Het werkt niet helemaal zo,
niet alles wordt zo gelijk aangenomen.
● Two-Step Flow Theory (Lazarsfeld en Katz): Media beïnvloeden niet direct, maar via
opinieleiders die boodschappen filteren en verspreiden.
● Frankfurt School: Bekritiseert hoe massamedia herhalende en gecommercialiseerde
informatie verspreiden, waardoor het aanbod beperkt blijft.
● Walter Benjamin: Het zijn de communicatiemedia zelf die de wereld verandert.
Nieuwe media, zoals film, veranderen onze perceptie en maken de wereld
toegankelijker als informatiebron.
● Na 1940: Uses and Gratifications Theory: Mensen gebruiken media actief om
persoonlijke behoeften te vervullen.
● Agenda Setting Theory: Machthebbers bepalen welke informatie zichtbaar is en
beïnvloeden zo de publieke agenda.
● Active audiences en cultural studies: we kunnen altijd in onderhandeling wat we zien
of horen.
● Heden: er moet een goede overdracht zijn.
,Hoorcollege 2
Door empirisch onderzoek en technologische ontwikkelingen zijn gebruikers veranderd van
passieve ontvangers naar actieve deelnemers in het informatieproces.
Technologie wordt vaak gepresenteerd als dé oplossing voor informatievraagstukken.
Mensen gebruiken technologie (externe hulpmiddelen anders dan je lichaam) om hun
doelen te bereiken, en dit heeft geleid tot technologische revoluties die de maatschappij
transformeren.
Raymond Williams ziet informatie als een sleutelwoord dat geladen is met betekenissen. Het
gaat niet om één definitie, maar om het in kaart brengen van de verschillende manieren
waarop de term "informatie" wordt gebruikt en de belangen die achter die variaties
schuilgaan. Het benadrukt hoe de betekenis van een term verandert afhankelijk van de
context en de belangen van de mensen die hem gebruiken.
Shannon en Weaver’s informatietheorie:
● Claude Shannon benaderde informatie wiskundig, gericht op signaaloverdracht
zonder semantiek (betekenis). In dit model wordt informatie nauw gedefinieerd als
signalen die te onderscheiden zijn van willekeurige ruis. Communicatie vindt plaats
wanneer een gecodeerd signaal wordt verzonden naar een ontvanger die het
succesvol decodeert, zelfs als het signaal onderweg wordt verstoord door ruis.
● Zijn concept van informatie-entropie meet hoe voorspelbaar en efficiënt een signaal
is. Lage entropie betekent hogere voorspelbaarheid en efficiëntie. Als je van te voren
kan voorspellen wat het volgende signaal gaat zijn, is dit super efficiënt. Dan heb je
de lage informatie entropie. In de jaren 40 heeft het heel erg bepaald hoe informatie
wordt begrepen; je kan het meten, te pakken krijgen, bepalen en voorspellen.
● Weaver breidde dit uit, waardoor 'informatie' een bredere maatschappelijke betekenis
kreeg, zoals biologische (DNA), sociale (foto's), en fysieke (it from bit) informatie.
Cybernetica: Het idee dat technologie en machines taken voor ons uitvoeren, in
samenwerking met menselijke controle en feedback. Het doel van cybernetica is om
systemen te ontwerpen die taken van mensen overnemen, effectieve
feedbackmechanismen om een wederzijdse symbiose tussen mens en technologie en
zelfstandig functioneren binnen door mensen gestelde kaders.
Discursieve totstandkoming van informatie-technologie: Hoe wordt informatietechnologie
begrepen, hoe het geladen wordt met betekenis door de jaren heen. Cybernetica heeft
geleid tot de opkomst van twee interpretaties van informatietechnologie:
1. Industrial Art: Technologie als apparaten die vooruitgang brengen. Je geeft de wereld
een computer en dan wordt de wereld beter
2. Management Science / Verlichtingsidealen op hol: Machines nemen menselijke taken
over en verbeteren efficiëntie, met cybernetische systemen zoals het internet die
onze samenleving als geheel optimaliseren.
Hedendaags cybernetics: De website moetiknaardedokter.nl gebruikt feedbackmechanismen
om gebruikers efficiënt door een gezondheidssysteem te leiden en een intuïtieve ervaring te
bieden.
,Informatietechnologieën zijn ontworpen om informatie efficiënt, doelmatig en intuïtief te
verwerken. Meten is weten. Dit roept ethische vragen op, zoals wat 'intuïtief' betekent en wie
bepaalt wat als efficiënt wordt beschouwd. Technologie wordt vaak ontworpen om gedrag te
meten en te sturen, bijvoorbeeld door middel van feedbacksystemen zoals een rood of
groen licht.
Er zijn twee visies op de relatie tussen mens en technologie:
1. Antropocentrisch: De mens is de enige bepaler van hoe technologie wordt gebruikt.
2. Symbiotisch: Technologie beïnvloedt ons gedrag, en wij passen ons aan de
technologie aan om efficiëntie te verbeteren.
Norbert Wiener waarschuwde dat naarmate we technologie meer gebruiken om taken over
te nemen, dit het menselijke brein kan devalueren, omdat we steeds minder zelf moeten
doen.
Verlichting: door toegang tot alle kennis en informatie door iedereen, wereldvrede kan
worden bereikt, ideal human society. Dan weet iedereen hetzelfde en zijn er geen
misverstanden meer, dit dacht Paul Otlet.
Dit is gekoppeld aan het geloof in de meetbaarheid en maakbaarheid van de wereld, waarbij
informatie geordend en toegankelijk wordt, waardoor we de wereld kunnen begrijpen en
verbeteren. De nadruk ligt op ratio en rede (durf te weten) en waarnemingen en
argumentatie in plaats van religieuze standpunten. Het streven naar optimale organisatie en
efficiëntie van informatie door automatisering en technologie wordt als essentieel gezien om
vooruitgang te boeken.
, Hoorcollege 3
Welke modellen zijn nu nog relevant? AI werkt binnen cybernetica door systemen te creëren
die zelfstandig leren en zich aanpassen op basis van feedback. Het neemt taken van
mensen over, verbetert zichzelf en versterkt de symbiotische relatie tussen mens en
technologie.
Social force: Samenleving naar een hoger niveau tillen door middel van technologie. Werk
efficiënter maken
Wat de Verlichting hoopte dat wel in Wikipedia zit:
● Toegang tot universele kennis.
● Collectieve kennisdeling
Wat de Verlichting hoopte dat niet in Wikipedia zit:
● Volledige objectiviteit; bias en discussie blijven bestaan.
● Controle en verificatie vanuit een centrale autoriteit.
Aantal doelen en aannames in geschiedenis:
● Behapbaar maken van verzamelingen om de wereld kenbaar en meetbaar te maken.
Denk aan catalogus en indexen.
● Intuïtieve communicatie van de inhoud (waar gaat het over), relaties tussen items, en
relevantie.
● Optimalisatie van informatieorganisatie om zoeken, vinden en verbinden te
vergemakkelijken, waardoor kennis rijker en toegankelijker wordt.
Theorieën en Modellen van Informatie
● Chicago School (Hypodermic Needle Theory)
Media beïnvloeden de massa direct door informatie over te brengen, waarbij
propaganda de samenleving zou verbeteren door het verspreiden van de juiste
ideeën.
● Lazarsfeld’s Two-Step Flow of Communication
Mensen worden niet direct door media beïnvloed, maar via tussenpersonen, de
zogenaamde opinion leaders, die de verspreiding en ontvangst van informatie
beïnvloeden.
● Frankfurt School (Max Horkheimer, Theodor Adorno)
Media-uitingen worden gecommodificeerd, wat resulteert in herhalende informatie en
een beperkte variëteit aan inhoud, wat de samenleving beïnvloedt.
● Walter Benjamin
De opkomst van nieuwe media (zoals film) verandert hoe we de wereld waarnemen,
waardoor technologie ons cognitief en fysiek beïnvloedt (bijvoorbeeld door
smartphones).
● Uses and Gratifications Theory
Mensen gebruiken media actief om hun eigen behoeften te vervullen, waarbij ze zelf
kiezen welke media ze gebruiken om specifieke doelen te bereiken.