5 VWO thema 1 Stofwisseling EXAMENTRAINER OEFENVRAGEN
Examentrainer
Vragen
Fotosynthese
Vanuit tussenproducten van de fotosynthese worden niet alleen koolhydraten gevormd, maar ook
vetten, vetzuren, aminozuren en andere organische zuren. Dag- en seizoensgebonden
schommelingen van abiotische factoren hebben direct invloed op de vorming van deze
eindproducten. De samenhang tussen een aantal abiotische factoren en de betreffende
stofwisselingsprocessen is weergegeven in afbeelding 1.
Afbeelding 1
Naar: D.O. Hall & K.K. Rao, Photosynthesis, Studies in Biology, Cambridge, 1994, blz. 106.
Op een warme, zonnige zomerdag, als de luchtvochtigheid laag is, treden in de huidmondjes van
de bladeren veranderingen op. Bij veel planten in Nederland wordt hierdoor de fotosynthese
tijdens de middag (van ongeveer twaalf uur tot vier uur) geremd.
2p 1 Welke factor is dan voor deze planten beperkend voor de fotosynthese?
A CO2
B temperatuur
C verlichtingssterkte
D water
Uit metingen blijkt dat de afgelopen eeuw de concentratie CO2 in de atmosfeer is toegenomen.
1p 2 Van welke producten van de fotosynthese zal dan op grond van de gegevens in afbeelding 1 de
hoeveelheid toenemen?
Sommige onderzoekers menen dat door de toegenomen concentratie CO2 in de atmosfeer de
gemiddelde temperatuur op aarde toeneemt, zodat er in de komende eeuwen sprake zal zijn van
een klimaatverandering.
1 © Uitgeverij Malmberg
, 5 VWO thema 1 Stofwisseling EXAMENTRAINER OEFENVRAGEN
In een experiment wordt het effect gemeten van de temperatuur op de opname en de afgifte van
CO2 door een plant. De opname van CO2 is gemeten bij een optimale verlichtingssterkte. De
afgifte van CO2 is gemeten in het donker. De resultaten van dit experiment zijn weergegeven in
tabel 1.
Tabel 1
o
Temperatuur ( C)
7 10 15 19 22 28 31
Gemiddelde CO2-opname
–1 –1 1,3 2,3 2,8 3,1 2,5 2,5 1,9
(mg g u )
Gemiddelde CO2-afgifte
–1 –1 0,3 0,6 0,7 1,2 1,8 2,1 2,7
(mg g u )
2p 3 Waarom wordt de afgifte van CO2 in het donker bepaald?
A Zo wordt alleen de nettoproductie van CO2 gemeten.
B Zo krijgt men een maat voor de assimilatie-activiteit van deze plant.
C Zo krijgt men een maat voor de dissimilatie-activiteit van deze plant.
D Zo wordt het verschil tussen bruto- en nettoproductie van CO2 gemeten.
De hoeveelheid CO2 die de plant vastlegt, is een maat voor de fotosynthese. Deze hoeveelheid is
te berekenen met behulp van de gegevens in tabel 1.
3p 4 Noteer in een tabel de hoeveelheid CO2 die voor de fotosynthese wordt gebruikt bij de
zeven verschillende temperaturen van tabel 1.
Geef de resultaten weer in de vorm van een lijndiagram of volgens het assenstelsel van
afbeelding 2.
Afbeelding 2
Bron: examen vwo 2004-1.
2 © Uitgeverij Malmberg