100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Inleiding in de psychologie deel 1 €6,48   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Inleiding in de psychologie deel 1

 40 keer bekeken  1 keer verkocht

Inleiding in de psychologie deel 1 van de open universiteit. Zeer uitgebreid en gedetailleerd. Boek van: Peter O Gray

Voorbeeld 4 van de 87  pagina's

  • Nee
  • H1 t/m h8
  • 3 november 2020
  • 87
  • 2019/2020
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (1)
avatar-seller
naomischiks
Samenvatting: Inleiding in de psychologie
Hoofdstuk 1: Background
Leerdoel: kent u de basale uitgangspunten van de hedendaagse psychologie.
Psychologie werd ontdekt in 1879 door Wilhelm Wundt in leipzig, Duitsland.
Psychologie is een wetenschap van gedrag en geest. Gedrag refereert naar observatie acties van
een persoon of dier. Gedachten refereert naar een individu zijn gevoelens, percepties, herinneringen,
gedachtes, dromen, motivaties, emoties en andere subjectieve ervaringen. Het verwijst ook naar alle
onbewuste kennis en bedieningsregels die zijn ingebouwd of opgeslagen in de hersenen en die de
basis vormen voor het organiseren van gedrag en bewuste ervaring. Wetenschap refereert naar alle
pogingen beantwoorden vragen door de systematische verzameling en logische analyse van objectief
waarneembare gegevens. Meeste data is gebaseerd op observaties van gedrag, omdat gedrag
direct observeer baar is en de gedachten niet, maar psychologen gebruiken vaak deze data om
conclusies te trekken over de gedachten.

3 fundamentele ideeën van psychologie:
1. Gedrag en gedachten ervaringen hebben fysieke oorzaken die wetenschappelijk bestudeerd
kunnen worden.
2. De manier hoe mensen denken, doen en voelen is gemodificeerd over een tijd dat ze
geëxperimenteerd hebben in de omgeving
3. Het lichaam is een soort machine, die gedrag en mentale ervaringen produceert, het is een
product van de natuur evolutie.

Leerdoel: kunt u uitleggen hoe deze uitgangspunten het natuurwetenschappelijk perspectief op
menselijk gedrag vormen.
De kerk beweerde dat elk menselijk wezen bestaat uit twee afzonderlijke maar innig verbonden
entiteiten, een materiaal lichaam en een immateriële ziel, een visie die tegenwoordig dualisme
wordt genoemd. Descartes (1637/1972) geloofde dat zelfs zeer complexe gedragingen optreden via
puur mechanische middelen, zonder betrokkenheid van de ziel. In overeenstemming met de
kerkelijke leer, betoogde hij dat niet-menselijke dieren geen ziel hebben, en hij wees op een logische
implicatie van deze bewering: elke activiteit die door mensen worden uitgevoerd en die kwalitatief niet
verschilt van het gedrag van een niet-menselijk dier, kan in theorie plaatsvinden zonder de ziel. In de
visie van Descartes is het enige essentiële vermogen dat mensen hebben maar honden niet is
gedachten, dat wordt omschreven als bewuste afweging en oordeel. Vorige filosofen omschreven
verschillende functies naar de soul, maar Descartes beschreef maar 1: gedachten. Het denken moet
reageren op zintuigelijke input die via de ogen, oren en andere zintuigen in het lichaam wordt geleid,
en het moet in staat zijn om de bewegingen van het lichaam te sturen door op de spieren in te werken.

Descartes  Dualisme  2 afzonderlijk maar innig verbonden entiteiten (materiaal en
immateriële ziel)

Descartes suggereerde dat de ziel, hoewel niet fysiek, op het lichaam inwerkt op een bepaalde fysieke
locatie; een klein orgaan begraven tussen de twee hersenhelften. Draadachtige structuren, die we nu
zenuwen of neuronen noemen, brengen sensorische informatie op fysieke wijze naar de hersenen,
waar de ziel de informatie ontvangt en er op niet-fysieke manieren over nadenkt. Op de basis van die
gedachten, wil de ziel dan bewegingen laten plaatsvinden en haar wil uitvoeren door fysieke acties in
zenuwen te activeren die op hun beurt op spieren inwerken. Het dualisme van Descartes, met zijn
zware nadruk op het lichaam, heeft zeker de deur geopend voor een wetenschap van de Psychologie.

Rond hetzelfde tijdperk was er een filosoof Thomas Hobbes (1588-1679) die nog verder ging en het
materialisme ontdekt. Volgens Hobbes kan alle menselijk gedrag, inclusief de ogenschijnlijk vrijwillige
keuzes die we maken, worden begrepen in termen van fysieke processen in het lichaam, vooral de
hersenen. Bewust denken, beweerde hij, is puur een product van de machines van de hersenen en
daarom onderworpen aan de natuurwet. Het meest werk van Hobbes was gericht op de politiek en
overheid, maar zijn ideeën hielpen bij het stimuleren van een gedachtegang over de gedachten die
bekend staat als het empirisme (John locke). Het empirisme is een filosofische stroming waarin
gesteld wordt dat kennis slechts uit de ervaring voortkomt. Volgens de kennistheorie van
het empirisme bezit de mens geen enkele vorm van aangeboren kennis, en moet bij de geboorte zijn
geest opgevat worden als een onbeschreven blad.

,Thomas Hobbes  Materialisme  fysieke processen in het lichaam
John Locke  Empirisme  kennis komt slechts uit ervaring

Een bijzonder belangrijke ontwikkeling voor het ontstaan van de psychologie was het toenemen van
het begrip reflexen. De basis van het zenuwstelsel, bestaat uit het centrale zenuwstelsel en het
perifere zenuwstelsel. Sommige van deze psychologen begonnen te suggereren dat al het menselijke
gedrag plaatsvindt via reflexen, dat zelfs zo onwillekeurige acties eigenlijk complexe reflexen zijn
waarbij hogere delen van de hersenen betrokken bij zijn. Een van de meest welsprekende
voorstanders van deze visie, de reflexologie, was de Russische psycholoog I.M. Sechenov
(1863/1935). Alle menselijke acties, zo beweerde hij, worden geïnitieerd door stimulans in de
omgeving. De stimuli werken op sensorische receptoren van ene persoon en brengen een reeks
gebeurtenissen in het zenuwstelsel in beweging die culmineert in de spierbewegingen die de actie
vormen.

Een andere belangrijke vooruitgang in de fysiologie van de 19 e eeuw was het concept van lokalisatie
van functie, het idee dat specifieke delen van de hersenen specifieke functies vervullen bij de
productie van mentale ervaring en gedrag. In Duitsland voorspelde Johannes Müller ()
dat de verschillende kwaliteiten van sensorische ervaring komt omdat de zenuwen van verschillende
sensorische organen prikkelen van verschillende delen van de hersenen. In Frankrijk voerde Pierre
Flourens (1824/1965) een experiment uit met dieren wat liet zien dat schade aan verschillende delen
van de hersenen verschillende manieren van tekorten produceerde in het vermogen om te bewegen.
Paul Broca (1861/1965) ook uit Frankrijk, publiceerde onderzoek dat mensen die letsel oplopen aan
een zeer specifiek deel van de linkerhersenhelft, dat die het vermogen om te spreken verliezen, maar
geen andere mentale vermogens verliezen.

Het idee dat de gedachten en het gedrag zijn gevormd door
gebeurtenissen/ervaring
Leerdoel: begrijpt u de manier waarop de omgeving zowel via natuurlijke selectie, als via de ervaring,
inwerkt op dat gedrag.

Empirisme verwijst in deze context naar het idee dat menselijke kennis en gedachten uiteindelijk
voortkomen uit zintuigelijke ervaringen (visie, gehoor, aanraking, etc.). Als we machines zijn, zijn we
machines die leren. Onze zintuigen leveren de input die ons in staat stelt kennis te verwerven van de
wereld om ons heen, en zijn kennis stelt u in staat om over die wereld na te denken en zich daar
adaptief in te gedragen. Het menselijke brein heeft natuurlijk beperkingen, we kunnen geen objecten
detecteren met behulp van echolocatie zoals vleermuizen of dolfijnen. Maar Locke beweerde dat,
buiten deze uitersten, kinderen worden geboren zonder aanleg of voorkeuren om de manier waarop
ze leren en te ontwikkelen te beïnvloeden. Vanuit dit perspectief is er geen andere menselijke natuur
dan het vermogen om iemands gedrag aan te passen aan de eisen van de omgeving.

John Locke  Empirisme  menselijke kennis en gedachten komen voort uit zintuigelijke
ervaringen

In overeenstemming met de materialistische filosofie betoogden Locke en de andere Britse empiristen
dat gedachten geen product van vrije wil zijn, maar eerder weerspiegelingen van iemands
ervaringen in de fysiek een sociale omgeving. Het meest basale werkingsprincipe van de
machines van de geest volgens de empiristen is de wet van de associatie door contiguïteit, een
idee oorspronkelijk voorgesteld door Aristoteles. Contiguïteit verwijst naar nabijheid in ruimte of tijd, en
de wet van vereniging door contiguïteit kan als volgt worden verklaart: als een persoon twee
omgevingsgebeurtenissen (stimuli of sensaties) tegelijkertijd of de ene na de andere (aaneengesloten)
ervaart, die twee gebeurtenissen worden geassocieerd (samengebonden) in de geest van de persoon,
zodat de gedachte aan de ene gebeurtenis in de toekomst de neiging heeft om de gedachte aan de
andere op te wekken. Voorbeeld: Men ziet en bijt in een rode appel, jje gedachten visualieren een
rode, ronde uitstraling met zoete smaak. Alle smaken en visualisaties komen tot het beeld van een
appel.

De empiristen beweerden dat zelfs hun eigen meest complexe filosofische overpeinzingen, in theorie,
kunnen worden opgevat als amalgamen van elementaire ideeën, net zoals de chemische
verbindingen worden gevormd uit combinaties van chemische elementen.

,De reactie op het empirisme
Het tegenovergestelde van het empirisme is het nativisme, de opvatting dat de meest basale vormen
van menselijke kennis en de fundamentele operationele kenmerken van de geest, die de basis
vormen voor de menselijke natuur, inheems zijn in de menselijke geest die aangeboren is en niet
uit ervaring hoeft te worden verworven. Om iets te leren, moet elke entiteit een aantal eerste
machines bevatten die er al in zijn ingebouwd. Op zijn minst moet die machines het vermogen hebben
om sommige aspecten van de omgeving te voelen, een manier om die sensaties te interpreteren en
vast te leggen, een aantal regels voor het opslaan en combineren van die sensorische records en een
aantal regels om ze terug te roepen wanneer dat nodig is.

Immanual Kant (1724-1804) discussiërde tussen een priori kennis, die in het menselijk brein is
ingebouwd en niet hoeft te worden geleerd, en a poseriori kennis, die men opdoet uit ervaring in de
omgeving. Zonder de eerste, betoogde de nativisten dat een persoon de tweede niet kon verwerven.

Het idee dat de machine van gedrag en gedachten geëvolueerd is door de
natuur
Kant begreep dat de hersenen een aangeboren inrichting hadden, maar hij had geen
wetenschappelijke uitleg hoe dit gebouwd is of waarom deze functioneren zoals ze doen. Dit begrepen
ze in 1859 door Charles Darwin (1809-1882) uit Engeland hij publiceerde een boek die de revolutie
van de biologie uitlegde.

Darwins fundamentele idee was dat levende wezens geleidelijk, over generaties, evolueren door
een proces van natuurlijke selectie. Individuen wiens overgeërfde kenmerken goed zijn aangepast
aan hun lokale omgeving, hebben meer kans om te overleven en opnieuw te rangschikken dan
andere, minder goed aangepaste individuen. Bij elke generatie produceren willekeurige veranderingen
in het erfelijke materiaal variaties in het nageslacht, en die de verandering van overleving en
voortplanting verbeteren worden in toenemende mate van generatie doorgegeven. Door natuurlijke
selectie hebben levende wezens de neiging gekregen zich te gedragen op manieren die hun
overleving en voortplanting bevorderen. Een sleutelwoord is functie.

Darwin betoogde dat de basisvormen van menselijke emotionele expressies geërfd zijn, net als die
van andere dieren, en mogelijk geëvolueerd zijn, omdat het vermogen om zijn emoties of intenties te
communiceren de overlevingskansen verbetert.

Psychologie, de wetenschap van het gedrag en hoofd, berust op eerdere intellectuele
ontwikkelingen
Leerdoel: kunt u de belangrijkste vormen van verklaring, zoals die gebruikelijk zijn in de psychologie,
benoemen en onderscheiden.

Fysieke oorzaak van gedrag De rol van ervaring De evolutie basis van
gedachten en gedrag
Het dualisme van Descartes De Britse empiristen Darwin stelde voor dat
legde meer nadruk op de rol beweerden dat alle gedachten natuurlijke selectie ten
van het lichaam dan de eerste en kennis zijn geworteld in grondslag ligt aan de evolutie
versies van het dualisme. zintuigelijke ervaringen van de gedragstendensen die
Hobbes materialisme stelde overleving en voortplanting
dat gedrag volledig een bevorderen
product van het lichaam is en
dus fysiek wordt veroorzaakt.
In de mate dat gedrag en de Empiristen gebruiken de Darwins denken leidde tot een
geest een fysieke basis associatiewet door contiguïteit focus op de functies van
hebben, staan ze open voor om uit te leggen hoe gedrag
studie net als de rest van de zintuigelijke ervaringen kunnen
natuurlijke wereld. worden gecombineerd om
complexe gedachten te
vormen.
Fysiologische studies uit de 19e In tegenstelling tot het Natuurlijke selectie bood ook
eeuw hebben de empirisme beweert het een wetenschappelijke basis

, toepasbaarheid van de nativisme dat bepaalde kennis voor nativisme opvattingen
wetenschap naar reflexen en de basis vormt voor de over de geest.
lokalisaties in de hersenen op menselijke natuur, inclusief de
mentale processen en gedrag menselijke vaardigheden om te
aangetoond. leren.




De reikwijdte van psychologie
Leerdoel: kunt u beschrijven hoe de psychologie uiteenvalt in diverse subdisciplines en in verband
staat met aangrenzende disciplines.
Leerdoel: hebt u een beknopt overzicht van het werkveld van de psycholoog.
Psychologen rijden om mentale ervaringen en gedrag te verklaren. De oorzaken van mentale
ervaringen en gedrag zijn complex en kunnen op verschillende niveaus worden geanalyseerd. De
term analyseniveau, zoals gebruikt in de psychologie en ander wetenschappen verwijst naar het
niveau of het type causaal proces dat wordt bestudeerd.
Een mens zijn gedrag en mentale ervaring kun je opdelen in verschillende niveaus:
- Neurologisch (hersenen als oorzaak)
- Fysiologische (interne chemische functies zoals hormonen als oorzaak)
- Genetisch (genen als oorzaak)
- Evolutie (natuur selectie als oorzaak)
- Leren ( de individuele prior ervaring met de omgeving als oorzaak)
- Cognitief (de individuele kennis of geloof als oorzaak)
- Sociaal (de invloed van andere mensen als oorzaak)
- Cultureel (de cultuur waardoor een mens ontwikkelt als oorzaak)
- Ontwikkeling ( leeftijd gerelateerde veranderingen als oorzaak)

Neurologische voorbeelden.
- Gedrag neurowetenschappen  onderzoeken naar het gedrag die veroorzaakt worden door
het zenuwstelsel.
- Cognitief neurowetenschappen  onderzoeken naar de gedachten die veroorzaakt worden
door het zenuwstelsel.
Zo kunnen er specifieke neuronen onderzocht worden om te kijken hoe een bepaalde neuron
gestimuleerd wordt om iets te kunnen leren. Eerder onderzoek heeft aangetoond dat activering van de
linker frontale cortex geassocieerd is met benaderingsmotivatie, terwijl activering in de rechter
frontale cortex geassocieerd is met ontwenningsmotivatie, meestal overeenkomend met het
vermijden van negatieve stimuli.

Fysiologische voorbeelden.
Lijkt erg op de neurologische en bio fysiologische variant. Bio fysiologische studies studeren de
manier van hormonen en medicijnen reageren op de hersenen die het gedrag en ervaring kunnen
veranderen. Geary ontdekte dat niveau van hormonen estradiol in relatie stond met de intensiteit van
jaloerse gevoelens, vooral gedurende de tijd bij een vrouw gedurende menstruatiecyclus. De
connectie tussen jaloersheid en estradiol suggereert dat sommige vrouwen reproductieve-
gerelateerde gedrag en emoties significant kunnen zijn bij beïnvloedde hormonen, die kan worden
verstoord door het gebruik van op hormonen gebaseerde anticonceptie.

Genetische voorbeelden.
Genen zijn de eenheden van de genen die codes biedt voor het bouwen van het gehele lichaam,
inclusief de hersenen. Verschillen tussen individuen in de genen kunnen verschillende genetetische
oorzaken hebben in de hersenen en daarom in mentale ervaringen en gedrag.
- Gedrags geneticus  Hoe verschilt het gedrag van een mens als je kijkt naar de verschillende
genen.
Een bevinding dat naaste genetische verwanten meer op elkaar lijken in de eigenschap dan op meer
verre familieleden is bewijs dat genen bijdragen aan variatie in de eigenschap.

Evolutie voorbeelden.
Alle basis van biologische machines onderliggend met gedrag en mentale ervaring is een product van
de evolutie door natuur selectie. Sommige evolutionaire psychologen zijn geïnteresseerd in de

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper naomischiks. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,48. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 67474 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,48  1x  verkocht
  • (0)
  Kopen