Werkgroep 1 (kalenderweek 43)– Cao-recht I
Casus week 1
Eduardo is eigenar van Vamos, een bedrijf dat zich gespecialiseerd heeft in het enkel
uitvoeren van straatreinigingswerkzaamheden (i.e. het machinaal vegen van straten en/of
wegen d.m.v. zuig-veeg wagens). Susanne bemant één van de straatveegmachines en verricht
daarnaast voor maximaal 10 % van haar werktijd administratiewerkzaamheden voor Vamos.
Eduardo past geen cao toe. Susanne vraagt zich af of dit wel klopt. Na een tijdje op internet
gezocht te hebben heeft ze op de site van het ministerie van SZW de CAO Schoonmaak- en
Glazenwassersbedrijf gevonden (looptijd 1 januari 2020 tot en met 31 december 2021).
Hierin is onder andere het volgende opgenomen:
ARTIKEL 1 DEFINITIES EN KARAKTER VAN DE CAO In deze overeenkomst wordt
verstaan onder:
1. Schoonmaakbedrijf, dan wel glazenwassersbedrijf: iedere onderneming, die haar hoofd- of
nevenberoep maakt van het op een door de opdrachtgever bepaalde locatie regelmatig of
eenmalig schoonmaken, dan wel glazenwassen in, op, van of aan gebouwen, (huisvuil-)
containers, woningen en/of verkeersmiddelen een en ander in de ruimste zin van het woord.
Indien overwegend sprake is van rioolreinigingsactiviteiten is de CAO niet van toepassing.
2. Werkgever: Werkgever is degene die een onderneming voert, die zich geheel of in
hoofdzaak bezighoudt met het uitoefenen van een bedrijf als bedoeld in lid 1.
3. Werknemer: Iedere man of vrouw die op basis van een arbeidsovereenkomst bij een
werkgever als bedoeld in lid 2 werkt in een functie die is ingedeeld met inachtneming van de
referentiefuncties genoemd in bijlage II (Susanne denkt zelf dat ze onder de functie
‘medewerker schoonmaakonderhoud industrieel’ zou kunnen vallen genoemd in bijlage II
van de cao)
Vraag 1
Ziet u aanknopingspunten voor de stelling dat de werkzaamheden die Susanne uitvoert
bij Vamos onder de werkingssfeer van de CAO Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf
valt? Waarom wel/niet?
Ingevolge art. 2 lid 1 Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van
bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomst (Wet AVV) kan de minister van SZW
bepalingen van een CAO algemeen verbindend verklaren. Die bepalingen zijn dan bindend
binnen dat gebied voor alle werknemers en werkgevers ten aanzien van de
arbeidsovereenkomst, die naar de aard van de arbeid onder de CAO (zouden) vallen. Er moet
beoordeeld worden of Vamos onder deze CAO valt, ten aanzien van de aard van de
onderneming en de feitelijke werkzaamheden. Bij de beoordeling of een bedrijf onder de
werkingssfeer van een bepaalde cao valt, is het werk dat door de werknemers van een
onderneming wordt verricht bepalend (rb. Rotterdam, 1 maart 2018,
ECLI:NL:RBROT:2018:1767). De onderneming (Vamos) is gespecialiseerd in het enkel
uitvoeren van straatreinigingswerkzaamheden en Susanne voert dus ook enkel en alleen
,straatreinigingswerkzaamheden uit. In de cao staat duidelijk opgenomen dat het moet gaan
om het regelmatig, dan wel eenmalig, schoonmaken van een bepaalde locatie of
glazenwassen in, op, van of aan gebouwen. Vamos veegt de straat en de straat kan
aangemerkt worden als een bepaalde locatie. Vamos valt dus onder de werkingssfeer van cao
en is derhalve gebonden.
Stel dat de activiteiten van het bedrijf Vamos (wel) onder de werkingssfeer van de CAO
Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf vallen.
Vraag 2
Onder welke omstandigheden moeten Eduardo en Susanne de CAO Schoonmaak- en
Glazenwassersbedrijf naleven? En onder welke omstandigheden hoeven zij dat niet te
doen?
🡪 Wanneer er bedingen zijn in de arbeidsovereenkomst die niet verenigbaar zijn met de cao,
worden deze vervangen door de bepalingen die in de cao staan. Dit staat in art. 12 Wet CAO.
Art. 12 WCAO bepaalt dat elk beding in een arbeidsovereenkomst, dat in strijd is met de cao,
nietig is en vervangen wordt door de cao-bepaling
In de CAO Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf is bepaald dat medewerkers
schoonmaakonderhoud industrieel (zoals Susanne) een salaris van EUR 1.800 bruto per
maand verdienen.
Vraag 3
Onder welke omstandigheden kunnen Eduardo en Susanne rechtsgeldig een salaris van
EUR 1.700 bruto per maand overeenkomen? En onder welke omstandigheden kunnen
zij niet rechtsgeldig een salaris van EUR 1.900 bruto per maand overeenkomen?
🡪 In geval van salarisverlaging ten aanzien van de cao is er sprake van een nadelig effect voor
de werknemer. Dit is niet mogelijk. Als er sprake is van een standaard-bepaling kan er niet
van de 1800,- worden afgeweken. Dit is wel mogelijk als de bepaling een minimum-bepaling
is, maar alleen ten aanzien van de 1900,-. Afwijking van de cao ten nadele van de
werknemer, is nietig.
🡪 Als partijen niet gebonden zijn aan de cao, kan er afgeweken worden van de 1800,- salaris.
Ga er bij de beantwoording van de volgende vraag vanuit dat Vamos en Susanne gebonden
zijn aan de CAO Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf. De cao bepaalt ten aanzien van
overwerk onder meer het volgende:
“Overwerk is extra werk op verzoek van werkgever na afloop van het contractueel
overeengekomen aantal arbeidsuren per dag, mits daarbij de in hoofdstuk 5.5 genoemde duur
van een normale werkdag of werkweek wordt overschreden.
Een werkdag duurt normaal gesproken acht uur. Er is pas sprake van overwerk (met extra
geld) als de werknemer langer dan een half uur extra werkt. Werkt een werknemer één uur
over, dan tellen de eerste 30 minuten wel mee.
(…)
Overwerk is ook al het extra werk buiten de normale werktijden. De normale werktijden
liggen tussen 07.00 en 19.00 uur. Wie vóór 07.00 en/of ná 19.00 uur moet werken, verricht
overwerk. Hij krijgt daarvoor dus extra geld.”
, Eduardo wil de omzet een boost geven door ook opdrachten aan te nemen van opdrachtgevers
die als voorwaarde stellen dat de straatreinigingswerkzaamheden beginnen vóór 07.00 ’s
ochtends. Er zijn gelukkig genoeg werknemers bij Vamos die bereid zijn om vroeg op te
staan om de straten machinaal schoon te maken. Zo ook Susanne. Haar werkdagen beginnen
om 06:30 uur en eindigen (inclusief één uur pauze) om 15.30 uur.
Vraag 4
Susanne claimt betaling van overwerk. Eduardo wijst dit af. De cao bepaalt duidelijk
dat alleen sprake is van overwerk als de werknemer langer dan een half uur extra werkt
en daarvan is bij Susanne helemaal geen sprake, aldus Eduardo. Hoe beoordeelt u dit
standpunt?
🡪 Voor de uitleg van de cao-tekst tekst zijn in de rechtsverhouding tussen individuele
werknemers en individuele werkgevers ‘de bewoordingen daarvan, gelezen in het licht van de
gehele tekst van die overeenkomst, in beginsel van doorslaggevende betekenis’, aldus de
Hoge Raad in in het Gerritsen/Has-arrest. Het gaat om de betekenis die naar objectieve
maatstaven volgt uit de bewoordingen waarin de cao en de toelichting zijn gesteld
(DSM/Fox). Dit is ter bescherming van de werknemer; bij de totstandkoming is de
individuele werknemer niet betrokken, terwijl de individuele werkgever daar wel betrokken
bij kan zijn. Het gaat in de casus om een algemeen verbindend verklaarde cao, dus er kan
geconcludeerd worden dat de werkgever en werknemer beide niet aanwezig waren bij dit
overleg. Eduardo stelt dat er geen sprake is van het feit dat Susanne een half uur extra werkt,
maar de bepalingen in de cao moeten los van elkaar gezien worden. Er moet sprake zijn van
een uur overwerk, óf het buiten normale werktijden verrichten van werkzaamheden. Susanne
verricht werkzaamheden buiten de normale werktijden, dus zij heeft recht op vergoeding.
Arbeidsrecht Collectief 2020-2021
Werkgroep 2: Cao- recht II & Staking
Casus 1: Baggeraar
De werkgeversvereniging voor Nederlandse baggerschepen, Vereniging van Baggeraars genaamd,
(VvB) heeft een cao voor bemanningsleden op baggerschepen gesloten met de Federatie
Bemanningsleden in de Baggervaart (FBB). Van de FBB kunnen alleen bemanningsleden op
baggerschepen lid worden (ook als zij een andere dan de Nederlandse nationaliteit hebben). Bij de
Verening van Baggeraars zijn twee grote maatschappijen aangesloten met elk meerdere
baggerschepen, te weten Baggeranz (150 bemanningsleden) en Seabulk (175 bemanningsleden). De
vijf andere kleine Nederlandse baggeraars-maatschappijen, die zich ook uitsluitend op de Nederlandse
baggerbranche richten; MamoetNL (48 bemanningsleden), Landwin (117 bemanningsleden), Slibber
(43 bemanningsleden), Contraslib (35 bemanningsleden) en Grondverzet (72 bemanningsleden) zijn
geen lid van de Vereniging van Baggeraars. In de CAO-Baggeraars is bepaald dat bemanningsleden
na een periode van vijf dagen werken altijd ten minste vier dagen onafgebroken rusttijd moeten
krijgen. Marieke werkt als bemanningslid bij Baggeranz. Zij is lid van de Federatie Bemanningsleden
in de Baggervaart (FBB). In de praktijk werkt zij vaak vijf dagen, waarna zij twee dagen rust krijgt.
De FBB is hier ontevreden over.