Probleem 7: Waar is Billy? Handelsrecht
PROBLEEM 7
Leerdoelen:
1. Welk(e) recht/verdragen gelden indien internationaal vervoer d.m.v. meerdere modaliteiten (bijv. zee, lucht, weg) wordt
uitgevoerd?
2. Hoe is de aansprakelijkheid geregeld van de wegvervoerder en van de zeevervoerder?
3. Kunnen werknemers van de wegvervoerder aansprakelijk worden gesteld voor schade die zij veroorzaken aan goederen?
4. Wat is een expediteur? Kan de expediteur aansprakelijk worden gesteld voor transportschade?
5. Kan de zeevervoerder zijn aansprakelijkheid rechtsgeldig uitsluiten? Bijv. door een Before & After of FIO-clausule?
6. Hoe zit het met de aansprakelijkheid van de stuwadoor?
Bronnen:
- L. Stevens, Van Haven en Handel: Hoofdstuk 3 (Vervoer van goederen)
Vervoer algemeen/CMR Zeevervoer/cognossement
- HR 15 april 1994, NJ 1995/114 (Cargofoor) - HR 8 november 1991, NJ 1993/609 (Brouwersgracht)
- HR 17 april 1998, NJ 1998/602 (Oegema/Amev) - HR 11 juni 1993, NJ 1995/235 (Quo Vadis I)
- HR 5 januari 2001, NJ 2001/391 (Overbeek/Cigna) - HR 27 januari 1995, NJ 1997/194 (Heliopolis Star)
- HR 5 januari 2001, NJ 2001/392 (Van der Graaf/Philip - HR 9 februari 1996, NJ 1997/667 (Frio Alaska)
Morris I) - HR 5 september 1997, NJ 1998/63 (Sriwijaya)
- HR 14 juni 2002, NJ 2002/495 (Geldnet/Kwantum) - HR 21 januari 2000, NJ 2000/553 (Sungreen)
- HR 14 juli 2006, NJ 2006/599 (Philip Morris/Van der - HR 28 maart 2003, S&S 2005/133 (Quo Vadis II)
Graaf II) - HR 4 april 2003, NJ 2003/592 (Damco/Meister)
- HR 25 januari 2008, NJ 2008/518 (GMS/Peterson) - HR 1 februari 2008, NJ 2008/505 (NDS Provider)
- HR 29 mei 2009, NJ 2009/245 (Van der Graaf/AIG)
- HR 1 juni 2012, NJ 2012/516 (Godafoss)
1 WELK(E) RECHT/VERDRAGEN GELDEN INDIEN INTERNATIONAAL VERVOER D.M.V.
MEERDERE MODALITEITEN?
Vijf belangrijkste transportmodaliteiten:
1 | Zeevervoer → Hague-Visby Rules (HVR)
Nederland is partij bij het (gewijzigde) verdrag, dat rechtstreekse werking heeft (art. 8:371 BW)
Meeste bepalingen van de HVR zijn opgenomen in Boek 8 BW (art. 8:370 e.v. BW)
De HVR zijn van toepassing op overeenkomsten tot vervoer van goederen over zee (art. 2 HVR), maar enkel voor
zover deze overeenkomst blijkt uit een cognossement of enig dergelijk stuk recht gevend op het vervoer van
goederen over zee (art. 1 sub b HVR)
§ De HVR knopen hun toepassingsgebied daarom uitdrukkelijk vast aan een specifiek type
transportdocument
2 | Vervoer over binnenwateren → CMNI-verdrag (officieel: het Verdrag van Boedapest inzake de Overeenkomst
voor het vervoer van goederen over de binnenwateren)
§ Het CMNI-verdrag is in belangrijke mate geïnspireerd door de HVR, maar met een aantal aanpassingen en
wijzigingen om rekening te houden met de specifieke kenmerken van de binnenvaart
§ Nederland is partij en heeft bepalingen ervan opgenomen in art. 8:889 e.v. BW
§ Het verdrag als zodanig is enkel van toepassing op internationaal vervoer over de binnenwateren, maar
partijen mogen ervoor kiezen om voor binnenlands vervoer eveneens het CMNI van toepassing te
verklaren, in de plaats van de nationale Nederlandse regeling (art. 8:889 BW)
§ Het CMNI-verdrag is van toepassing op iedere vervoersovereenkomst waarbij de laadhaven en de
loshaven in twee verschillende staten gelegen zijn, waarvan tenminste één partij is bij het CMNI-verdrag
(art. 2 lid 1 CMNI). Nationaliteit van het binnenschip en van de betrokken partijen is niet relevant.
3 | Wegvervoer → CMR-verdrag (officieel: verdrag van Genève betreffende de overeenkomst tot internationaal
vervoer van goederen over de weg)
§ Nederland partij
o Bepalingen grotendeels opgenomen in art. 8:1090 e.v. BW
§ Er zijn wel verschillen tussen nationale regeling en CMR
o Het CMR is bijv. volledig dwingend (art. 41 CMR), van de nationale regeling kan onder bepaalde
voorwaarden afgeweken worden (art. 8:1102 BW)
o Voor de schadebegroting gaat het CMR uit van de waarde van de goederen bij vertrek (art. 23
lid 1 CMR), de nationale regeling gaat uit van de waarde bij aflevering (art. 8:1103 lid 1 BW)
1
, Probleem 7: Waar is Billy? Handelsrecht
§ NB: Het BW bepaalt niet uitdrukkelijk dat partijen er bij binnenlands vervoer voor mogen kiezen dat het
CMR-verdrag toepasselijk te maken i.p.v. de nationale regeling, maar de HR heeft deze mogelijkheid ook
hier aanvaard (Cigna/Overbeek)
§ Het CMR is van toepassing op iedere vervoerovereenkomst waarbij de plaats van inontvangstneming van
de goederen en de plaats bestemd voor de aflevering gelegen zijn in twee verschillende landen, waarvan
tenminste één partij is bij het verdrag.
§ Het verdrag is enkel van toepassing op overeenkomsten onder bezwarende titel. Woonplaats of
nationaliteit van de partijen zijn niet relevant (art. 1 lid 1 CMR)
4 | Spoorvervoer → COTIF 1999-verdrag
§ Bij dit verdrag is een aantal aanhangsels gevoegd, waaronder ‘CIM’
o CIM is momenten geen zelfstandig verdrag meer, maar een aanhangsel bij het verdrag, al wordt
in de praktijk ook nog wel van het ‘CIM-verdrag’ gesproken
§ Nederland is partij
o Bepalingen zijn opgenomen in art. 8:1550 e.v. BW
§ Het CIM is van toepassing op iedere vervoerovereenkomst waarbij de plaats van inontvangstneming van
de goederen en de plaats bestemd voor de aflevering gelegen zijn in twee verschillende verdragsstaten
(art. 1 § 1 CIM)
o Indien slechts 1 van de betrokken staten partij is bij het CIM is het verdrag niet automatisch van
toepassing, maar kunnen de partijen de toepasselijkheid wel contractueel overeenkomen (art. 1 §
2 CIM)
§ Het verdrag is enkel van toepassing op overeenkomsten onder bezwarende titel
§ Woonplaats of nationaliteit van de partijen zijn niet relevant (art. 1 § 1 CIM)
5 | Luchtvervoer → Verdrag van Montreal (MC)
§ Het Verdrag van Montreal is in werking en o.m. de EU en Nederland zijn toegetreden
§ Nederland heeft bepalingen overgenomen in art. 8:1350 e.v. BW
§ Het verdrag is van toepassing op al het internationale vervoer dat met luchtvaartuigen tegen betaling
plaats heeft (art. 1 MC)
§ Het is ook van toepassing op kosteloos vervoer per luchtvaartuig, op voorwaarde dat dit wordt uitgevoerd
door een luchtvaartonderneming
Mogelijkheden gecombineerd vervoer & aansprakelijkheid
Unimodaal vervoer
Unimodaal transport is transport dat d.m.v. één enkele modaliteit uitgevoerd wordt
Multimodaal vervoer
Van een gecombineerd/multimodaal vervoer is sprake wanneer de vervoerder zich er in eenzelfde overeenkomst
toe verbindt om het transport d.m.v. verschillende vervoersmodaliteiten uit te voeren (art. 8:40 BW)
§ De kwalificatie multimodaal moet per vervoerovereenkomst beoordeeld te worden
ð Aansprakelijkheid; 2 verschillende systemen
Een wetgever die het multimodale vervoer wil regelen heeft in essentie de keuze tussen twee systemen:
1. Hij kan zelf een inhoudelijk regime ontwerpen voor het multimodaal vervoer, met
aansprakelijkheidsregels, verweermiddelen, beperkingen enz
o Indien niet uitgemaakt kan worden op welk deeltraject de schade werd veroorzaakt, bepaalt art.
8:42 BW dat de multimodale vervoerder enkel aan aansprakelijkheid kan ontsnappen indien hij
kan aantonen dat hij onder geen van de mogelijk toepasselijke unimodale regime aansprakelijk
zou zijn
o Indien de multimodale vervoerder aansprakelijk is, is hij het hoogste bedrag aan
schadevergoeding verschuldigd dat zou gelden onder de mogelijke toepasselijke unimodale
regimes
Voorbeeld:
Goeden worden over de weg van Belijn naar Rotterdam vervoerd (CMR) en vervoglens per
schip naar New York (HVR). Bij aankomst in NY blijkt dat de goederen beschadigd zijn, maar er
kan niet uitgemaakt worden waar of wanneer dit is gebeurd. De vervoerder kan dan enkel aan
aansprakelijkheid ontsnappen indien hij kan aantonen dat hij noch onder de
aansprakelijkheidsregels van CMR, noch onder die van de HVR aansprakelijk zou zijn voor de
vastgestelde schade.
Er wordt daarna gekeken hoeveel schadevergoeding de vervoerder verschuldigd zou zijn
onder de aansprakelijkheidsregels van CMR en hoeveel on die van de HVR. De
ladingbelanghebbende heeft dan recht op het hoogste bedrag van de twee.
2. Hij kan opteren voor het zogenaamde kameleonsysteem en op elk deeltraject het unimodale regime
toepassen dat geldt voor het transportmiddel dat voor dat deeltraject is gebruikt
o Nederlandse wetgever heeft voor het kameleonsysteem gekozen (art. 8:41 BW)
2