De evolutie van organisatie & management
1 - Inleiding
Organisatie: is elke vorm van menselijke samenwerking voor een gemeenschappelijk doel.
Bedrijf of onderneming wordt ook wel organisatie genoemd.
Management: is het bestuur van een organisatie.
Organisatie en management: is de leer van het bestuur van elke vorm van menselijke samenwerking
voor een gemeenschappelijk doel.
H2. Strategisch management
2.1 - Inleiding
Strategisch management: het zorgdragen voor een juiste afstemming op de omgeving alsmede het
permanent op peil houden en ontwikkelen van bekwaamheden, die nodig zijn om eventueel
noodzakelijke wijzigingen in de strategie te verwezenlijken.
Strategie: een plan waarin staat aangegeven wat een organisatie wil doen om haar doelstellingen te
realiseren.
Klassieke richting: is strategisch management synoniem aan strategische planning.
Strategische planning: een evenwicht vinden tussen de middelen, de sterkte en zwakte van de
onderneming enerzijds en de kansen en bedreigingen vanuit de omgeving anderzijds.
Nieuwe of moderne richting: strategisch management is synoniem aan strategisch denken.
2.2 - Klassieke benadering van strategisch management
Drie fasen strategisch management:
Situatieanalyse
Strategievorming
Planning en implementatie
2.2.1 - Situatieanalyse
De definitie van huidige visie, doelstellingen en strategie
Doel is om inzicht te verkrijgen in de bestaande situatie van de organisatie.
Visie: is een algemeen gedachtebeeld of voorstelling van de toekomst van een organisatie. Veelal
opgebouwd uit een missie en principes.
7-S-model:
Structuur: de beschrijving van de organisatievorm, organisatieschema, arbeidsverdeling, enz.
Systemen: de informatie- en communicatiestromen, zowel formeel als informeel, binnen de
organisatie.
Stijl van management: gedragspatronen die karakteristiek zijn voor topmanagers van de
onderneming. Dit heeft veel invloed op de cultuur van de organisatie.
Staf: de aandacht voor de totale human resources binnen de organisatie.
Sleutelvaardigheden: de vaardigheden of activiteiten waarin de onderneming als geheel
uitblinkt en waarin ze zich onderscheidt van de concurrentie.
, Strategie: een plan, waarin staat aangegeven wat een organisatie wil doen om haar
doelstellingen te realiseren.
Significante waarde: visie
Missie: een beschrijving van product-markt-combinaties en de manier waarop men hiermee een
structureel concurrentievoordeel kan realiseren.
Principes: betrekking op de normen en waarden van de organisatie.
Kwaliteit komt eerst
De klant komt eerst
Wij zijn betrouwbaar en integer
Onze medewerkers zijn betrouwbaar en integer
Onze medewerkers zijn onze kracht
Persoonlijke ontplooiing staat voorop
Wij dragen bij aan een goede samenleving
Organisatiedoelstellingen: op basis van de visie worden deze gedefinieerd. Ze geven de relatie aan
van de organisatie met haar omgeving en medewerkers. Inhoud is dan ook ingegeven door de
belanghebbende.
Belangenevenwicht
Winstgevendheid
Kwaliteit
Effectiviteit efficiency
Imago
Gedragsregels
Een intern onderzoek
Een extern onderzoek
H7. Human resource management
7.1 - Inleiding
Design thinking: probleemoplossingsmethode, wordt veel toegepast. De klant staat centraal met zijn
behoeften, wensen en ervaring.
Human Resource Management (HRM): de managementbenadering die wil komen tot een
geïntegreerde aanpak van het strategisch management en de menselijke kwaliteiten in een
organisatie. / Alle activiteiten die gericht zijn op in-, door- en uitstroom van medewerkers.
Onderkenning door het topmanagement van het belang van de menselijke factor.
Het HRM-beleid moet afgestemd zijn op de strategie van de organisatie.
Het idee dat mensen geen kostenposten vormen maar juist baten.
De overtuiging dat menselijke kwaliteiten beter benut kunnen worden.
De overtuiging dat het realiseren van de strategie van een organisatie valt of staat met de
relatie die gelegd wordt met de kwaliteiten en de motivatie van de mensen.
De noodzaak op een professionele en plantmatige wijze systemen en instrumenten toe te
passen, gericht op benutting van menselijke kwaliteiten in het kader van het realiseren van
organisatiedoelen.
, ROC: Respect, Omgevingsbewustzijn, Continuïteit.
Personeelsintrumenten: instroom, loopbaanontwikkeling, leren, ontwikkelen, beoordeling en
uitstroom.
7.2 - Instroom
Onboarding: tussen welkom en samenwerken in.
5 C’s:
Compliance – de basisregels.
Clarification – wat wordt er van je verwacht, welke doelen.
Culture – bekend zijn met missie, visie en waarden.
Connection – bekend met de groepen en netwerken.
Check back – leidinggevende die vragen naar de onboarding en inwerkperiode.
Recruiters: specialisten
Kennis hebben van een aantal bedrijfsdisciplines (marketing, ict).
De eigen organisatie en organisatiestructuur goed kennen.
Het kunnen meepraten met het management van de organisatie op strategisch niveau.
Analytische vaardigheden hebben.
Goed kunnen achterhalen welke competenties een kandidaat heeft.
Luisteren, goed in kaart kunnen brengen wat voor profiel er nodig is en ook kunnen
achterhalen of potentiële kandidaten hieraan voldoen.
Eenmaal aangenomen:
Arbeidsvoorwaarden (salaris, reiskostenregeling)
Datum van indiensttreding
Opzegtermijn
Functieomschrijving
Standplaats
Proeftijd/contract
Eventueel (emolumenten) geheimhoudingsplicht, vergoeding smartphone.
7.3 - Loopbaanontwikkeling
Individueel loopbaanmanagement: de activiteiten die medewerkers zelf ontplooien om de loopbaan
te ontwikkelen richting de gewenste doelen.