2. Opkomst van de organsatiesamenleving en ‘de bureaucratie
Grey 1. Bureaucracy and Scientific Management
(p. 25-31 in college 4)
Max Weber (1864-1920) zag dat wat een samenleving bij elkaar zou kunnen houden, een gevoel van
autoriteit was. Mensen onderwierpen zich op de een of andere manier aan de wil van anderen,
omdat ze geloofden dat ze het recht hadden om de bevelen te geven.
Die brute kracht is niet helemaal hetzelfde als autoriteit, wat inhoudt dat mensen meegaan met de
wil van anderen door toestemming te geven op een andere basis dan alleen angst.
Vormen van gezag:
- Charisma van hun leiders: de reden waarom hun wil wordt gehoorzaamd, is vanwege hun
kenmerkende vermogen om de toewijding en gehoorzaamheid van anderen te inspireren. Er
moet hier sprake zijn van gefokte verlangens van de volgelingen en de charismatische
autoriteit van de leider. Tegenwoordig zakelijk leiderschap.
- Traditie: je gehoorzaamt omdat de dingen nu eenmaal zo zijn en altijd zijn geweest (bijv.
gezag middeleeuwse kerk en koninklijke huizen).
Macht, charisma en traditie kunnen niet volledig worden onderscheden. Inspirerende leiders hebben
vaak een deel van hun charisma te danken aan hun neiging tot geweld.
Volgens Weber worden deze vormen van gezag meer verdrongen door rationeel-juridisch gezag.
Gehoorzaamheid werd hier verzekerd door een soort eerlijk proces: formeel, logisch, beredeneerd.
De grillen van leiders komt voort uit een systeem. Binnen organisaties nemen wetten de vorm aan
van regels, procedures en plichten. Dus de autoriteit die aan iemand wordt verleend komt door de
baan zelf en niet door het charisma van de persoon of het lidmaatschap van een bepaalde familie.
Ook stelt de rol een limiet aan wat voor soort gehoorzaamheid kan worden gevraagd.
Een bureaucratie is een soort organisatie dat voortkomt uit de volledige toepassing van het rationeel
juridische principe die volledig wordt bepaald door regels en een reeks hiërarchische relaties. De
taken waren gedefinieerd en verfijnd. Het was belangrijk dat je dat volgens de regels deed, want dat
was de meest efficiënte manier. In die zin houdt een rationeel juridische organisatie in dat de
discretie (d.w.z. oordeel of keuze) in het werk verdwijnt. Het wegnemen van discretie en het feit dat
autoriteit voortkomt uit de rol en niet de persoon, betekent dat een ander soort willekeur verdwijnt:
benoeming in een baan en promotie waren strikt gebaseerd op ervaring en kwalificaties.
Weber was geen voorstander van het ontstaan van rationeel juridische of bureaucratische
organisaties. Hij was gealarmeerd door hun snelle verspreiding door de staat, het bedrijfsleven en
instellingen tot het punt waarop hij vreesde dat de wereld in een ‘ijzeren kooi’ van rationalisatie zou
worden opgesloten. Deze organisaties werden dominant, omdat het technisch de meest efficiënte en
rationele organisatievorm vertegenwoordigde.
Wat is rationeel?
Een van de belangrijkste verschuivingen in de geschiedenis van de mensheid was rond de laatste
helft van de 18e eeuw. Toen de verlichtingsfilosofie, empirische wetenschap en industriële productie
, opkwam. Die filosofie was toegewijd aan seculiere uitleg en dat de toepassing van de rede niet alleen
de wereld beter zou verklaren, maar ook haar verbetering mogelijk zou maken. Dit was in zekere zin
emanciperend. Immanuel Kant zegt dat je moed moet hebben om je eigen verstand te gebruiken in
plaats van te vertrouwen op het gezag van anderen (fundamentele tekst moderne westerse wereld).
Dichotomie bureaucratie
- Systematische en individuele rationaliteit (Grey)
Het gebruik van de eigen reden verbiedt wanneer het vermogen tot discretie wordt
weggenomen. De rationaliteit van bureaucratie ligt in het systeem van regels, niet in het oordeel
van individuen, behalve degenen, meestal hoog in de organisatie, die de regels maken en die tot
op zekere hoogte discretie behouden.
- Formele of instrumentele rationaliteit (Max Weber)
Bureaucratieën zijn rationeel in een bepaalde betekenis van het woord – formele of
instrumentele rationaliteit. De middelen die worden gebruikt om een bepaald doel te bereiken,
zijn de meeste efficiënte voor dat doel is het idee.
Materiële rationaliteit of waarderationaliteit?
Zijn de doelen van het handelen op zichzelf rationeel?
Bureaucratieën zijn formeel rationeel, maar niet inhoudelijk rationeel. Ze houden gewoon geen
rekening met dat domein van rationaliteit, omdat ze zich niet bezig houden met doelen, maar alleen
met middelen.
Inhoudelijk rationeel is een kwestie van waarden en daar zijn er zo veel van, dat er weinig of geen
overeenstemming is.
Paul du Gay in Praise of Bureaucracy (2000) zegt dat formeel rationale bureaucratieën een specifieke
en zeer belangrijke ethiek belichamen. Het draait daar om eerlijkheid. Er is een ethiek van eerlijkheid,
transparantie en verantwoording.
Taylorisme en wetenschappelijk management
Frederick Winslow Taylor (1856-1917) was een ingenieur die in een van de zwaarste industrieën
(ijzer- en staalproductie) werkte tijdens de industrialisatie van de Verenigde Staten na de
Amerikaanse burgeroorlog. Dit was opmerkelijk, want hij was geboren in een rijke familie. Een groot
aantal andere mensen ontwikkelden op een vergelijkbare tijd op een vergelijkbare plek soortgelijke
ideeën als Taylor, maar Taylors naam is onlosmakelijk verbonden met deze algemene beweging
‘wetenschappelijk management’.
Weber wist alles van Taylor en beschouwde zijn werk als een symbool van de opmars van een
gerationaliseerde organisatie. En Weber (1992) had ook de stelling naar voren gebracht dat het
protestantisme (waarden van spaarzaamheid, hard werken en individualisme) een bijzondere
affiniteit had met de ontwikkeling van het kapitalisme.
Taylor identificeerde een probleem op basis van zijn vroege ervaring als machinebediener. Hij werkte
in een branche waar het normaal was dat arbeiders hun eigen werk organiseerden. Het werk werd
toegewezen en gedaan op een vuistregel of ‘schatting’-basis. Taylor meende dat arbeiders de neiging
hadden om, ‘natuurlijke soldaten’ te zijn. Ze waren van nature lui en werkten zo min mogelijk. Ze
zouden de productie opzettelijk beperken om hun baan te behouden en het personeelsbestand voor
zichzelf en hun vrienden te maximaliseren.