2021
Samenvatting Forensische
Accountancy
HOORCOLLEGES EN LITERATUUR
,Inhoudsopgave
Week 1 ............................................................................................................................................................. 2
Literatuur ............................................................................................................................................................ 2
Pheijffer, M. (2009). The cruelest lies are often told in silence. .................................................................... 2
Pheijffer, M. (2009). De accountant: van ‘de dominee tot koopman’. En weer terug. ................................. 5
Pheijffer, M. (2009). Forensische accountancy. ............................................................................................ 7
Pheijffer, M. & Kuijl, J.G. (2008). Forensische accountancy .......................................................................... 8
Hoorcollege 1.................................................................................................................................................... 10
Week 2 .......................................................................................................................................................... 14
Literatuur .......................................................................................................................................................... 14
Pheijffer, M. (2010). Meldplicht witwassen en financiering van terrorisme. .............................................. 14
OM (2018). Onderzoek Houston: het strafrechtelijk onderzoek naar ING Bank n.v. .................................. 21
Kabki, A. (2014). De criminologie van de fraude. ........................................................................................ 24
Van Onna, J.H.R. (2014). Patronen in de criminele ontwikkelingen van fraudeurs. .................................... 29
Dellaportas, S. (2013). Conversations with inmate accountants: Motivation, opportunity and the fraud
triangle. Accounting forum, 37, 29-39. ........................................................................................................ 31
Hoorcollege 2.................................................................................................................................................... 33
Week 3 ........................................................................................................................................................... 40
Literatuur .......................................................................................................................................................... 40
Van Erp, J. (2013). De clementiethriller als nieuwe filmgenre. Het gebruik van gedramatiseerde
voorlichtingsfilms in het toezicht. Tijdschrift voor Toezicht, 3(4), 43-66. .................................................... 40
Tweede Kamer der Staten-Generaal (2002-2003). Deelproject 3. Casuïstiek uit de bouwnijverheid. 28 244,
nr. 10............................................................................................................................................................ 45
Hoorcollege 3.................................................................................................................................................... 53
Week 4 ........................................................................................................................................................... 55
Literatuur .......................................................................................................................................................... 55
Pheijffer, M. & Zetteler, N. (2019). Geschikt of ongeschikt? That’s the question. Nederlands Juristenblad,
8, 415-525. ................................................................................................................................................... 55
Rakoff, J.S. (2014). The Financial Crisis: Why Have No High-Level Executives Been Prosecuted? The New
York Review of Books, 1-12. ......................................................................................................................... 58
Podgorica, E.S. (2007). The Challenge of White Collar Sentencing. The Journal of Criminal Law &
Criminology, 3(97), 731-760. ....................................................................................................................... 59
Soltani, B. (2014). The Anatomy of Corporate Fraud: A Comparative Analysis of High Profile American and
European Corporate Scandals. Journal of Bus Ethics, 120, 251-274. .......................................................... 62
Hoorcollege 4.................................................................................................................................................... 66
Week 5 ........................................................................................................................................................... 69
Literatuur .......................................................................................................................................................... 69
Nelen, H. (2012). Corruptie in de polder: Nederland ontwaakt. Handboek Integriteit, 1-16. ..................... 69
Huberts, L.W.J.C., Van den Heuvel, J.H.J. & Van der Wal, Z. (2016). Integriteitsschendingen openbaar
bestuur. ....................................................................................................................................................... 74
Vimpelcom betaalt bijna 400 miljoen dollar aan Nederland voor omkoping in Oezbekistan, OM. ............ 81
Feitenrelaas Vimpelcom .............................................................................................................................. 83
Hoorcollege 5.................................................................................................................................................... 84
1
,Week 1
Literatuur
Pheijffer, M. (2009). The cruelest lies are often told in silence.
Cijfers die door accountants zijn goedgekeurd vertellen niet het volledige en ware verhaal achter een
organisatie.
- Goedgekeurde cijfers voegen wel zekerheid toe, maar geen garantie.
- Cijfers over het verleden hebben maar een beperkte waarde voor het voorspellen van de
toekomst.
Misverstanden over jaarverslagen:
1. Niet alle cijfers zijn van belang; geschreven woord van de directie vertelt veel meer over de
onderneming dan de cijfers
2. Een goedgekeurd jaarverslag bevat niet alle informatie die nodig is om een goed beeld te
schetsen van een bedrijf
a. Een jaarverslag zegt namelijk niet alles over de toekomst.
Er zijn belangrijke dingen dan cijfers om het ware verhaal van het bedrijf te achterhalen, zoals de keuzes
die directies, commissarissen, analisten, bankiers, beleggers en andere belanghebbenden maken.
Regels over rapporteren:
- GAAP (Generally Accepted Accounting Principles)
- Maar:
o Er zijn veel variaties van de GAAP
o Als je aan de regels van GAAP voldoet, betekent het niet direct dat je ook aan de geest
van de regels hebt voldaan.
- Aan GAAP voldane rapporten zijn dus ook niet gelijk betrouwbaar
Mensen denken altijd dat kasstromen wel een goed beeld geven van de onderneming, maar ook die zijn
makkelijk te manipuleren.
Voorbeeld:
- Parmalat-zaak
o Zeiden tegen accountants dat ze 4,8 miljard dollar op de bank hadden
o Accountants geloofden dit, omdat ze een bevestiging hadden van de bank, maar deze
bevestiging bleek vervalst.
- Beurs heeft veel te maken met herformuleringen door creatieve behandeling van kasstromen
o Gerommel met kastromen is veel populairder dan gerommel met winst, omdat bij de
verkoop van een bedrijf wordt gekeken naar wat de kasstroom is om een prijs voor het
bedrijf op te stellen. Hoe hoger de kasstroom, hoe waardevoller het bedrijf.
→ Kasstromen zijn wel betrouwbaarder dan winstcijfers.
Een andere vorm van fraude
- Nog niet uitbetalen van dividend, want dit geld kan je dan opnemen in je winstcijfers. Na het
opstellen van de winst- en verliesrekening kan je dan wel je dividend uitbetalen, maar dan lijkt
het alsof je heel veel winst hebt op de rekening.
Kasstromen zijn dus waardevoller dan winstcijfers, maar winstdenken staat in de regelgeving wel centraal.
Over kasstromen zijn er weinig regels.
Creative accounting
= Gewoonlijk binnen wet- en regelgeving opereren. Hiermee worden investeerders misleid door te
presenteren wat ze willen zien.
2
, Vormen:
1. Income smoothing & cookie jar reserves
a. In goede tijden geld achterhouden om in slechte tijden weer terug te zetten. Zo lijkt het
alsof je heel consistente inkomsten hebt
2. Big bath accounting
a. In slechte jaren extra ellende veroorzaken om meer geld achter te houden zodat je het in
het volgende jaar weer kan toevoegen. Zo lijkt het alsof je een extra goed jaar hebt
gedraaid
3. Premature revenu recognition
a. Als het geld er nog niet is, het wel al als omzet meerekenen
4. Channel stuffing
a. Debiteurenpositie laten stijgen door ongevraagd meer producten te leveren. Hierdoor
lijkt het alsof je nog veel geld moet krijgen, maar dat is natuurlijk niet zo. Het bedrijf
waaraan geleverd is wilde al die producten niet eens en zal die dan ook niet gaan
betalen.
Redenen waarom creative accounting plaatsvindt:
- Beloning van ondernemingsleiding is gedeeltelijk winstafhankelijk
- Verhullen van een zwakke performance van de ondernemingsleiding
- Winstverlagende maatregelen kunnen opportuun zijn uit bijvoorbeeld concurrentieoverwegingen
dan wel voor het verhullen van kartelposities.
- Voldoen aan druk en verwachtingen van beleggers
- Aantrekken van vreemd vermogen
- Beïnvloeden van aandeelhouders en financiële analisten
- Verminderen van onzekerheid en risico
Creative compliance
= wel naar de letter, maar niet naar de geest van wetgeving handelen
Oorzaken:
- Accountants controleren niet alleen, maar geven vaak ook advies (terwijl dit niet mag)
- Hierdoor kunnen accountants advies geven over hoe ze de letter van de wetgeving kunnen
omzeilen.
Fraude:
1) Opzet
2) Misleiding
3) Wederrechtelijk voordeel
Voorbeeld: KPN-arrest:
- Bedrijven krijgen enige vrijheid in het jaarverslag om hun cijfers te tonen.
- Dit is echter gevaarlijk, omdat te veel vrijheid ook niet goed is
Voorbeeld waarin deze keuzevrijheid tot problemen leidde: AHOLD
- De bestuurder van AHOLD had de opvatting dat creative accounting niet slecht was. Dit heeft
uiteindelijk geleid tot zijn veroordeling.
- AHOLD includeerde betalingen die pas na de Balance Sheet Date werden gedaan.
- AHOLD zegt zelf dat het op het randje is en er geen sprake was van fraude, want: het later
betalen van crediteuren betekent niet dat het geen zakelijk doel dient. Het dient niet gelijk een
wederrechtelijk doel en is dus niet gelijk fraude!
De rol van de accountant
- De ondernemingsleiding is eindverantwoordelijk. De accountant toetst alleen.
- Accountant kan wel aan de bel trekken, maar door keuzevrijheid van de onderneming kan de
accountant een beoordelingsmarge hanteren
→ Materialiteitsbegrip:
3