Samenvatting van alle vragen en antwoorden van de onderwerpen die worden behandeld bij de lessen materiaalkunde in periode 1 van Bouwkunde. Alle onderwerpen staan erin, van materiaaleigenschappen tot isolatiematerialen.
1. Wat is het verschil tussen materiaalkennis en materiaalkunde?
Bij materiaalkunde gaat het erom dat je weet hoe iets moet of werkt. Bij materiaalkennis weet
je waar het uit bestaat.
2. Wanneer werden voor het eerst in de geschiedenis houtconstructies toegepast?
Ca. 10.000 voor Christus
3. Welk metaal werd als eerste toegepast voor onder andere gebruiksvoorwerpen?
Koper(werken)
4. Herken je de chemische, fysische, mechanische en productietechnische eigenschappen van
materialen? Zie ook de separate lijst met materiaaleigenschappen.
Zie tabel
5. Kun je drie eisen noemen (anders dan esthetische) die gesteld kunnen worden aan materialen?
Sterkte en stijfheid, uitzetting en vorming, langeduurgedrag
6. Wat is de overeenkomst van een biologische kringloop met een technische kringloop?
Het afval wordt in beide kringlopen hergebruikt.
7. Waarom is het belangrijk dat materialen hergebruikt worden?
Het verminderd de kosten voor de verwerking van vuilnis.
,Hout
8. Welke stoffen worden door middel van fotosynthese omgezet en welke stoffen ontstaan bij dit
proces?
CO2 en H20 worden omgezet tot glucose en waterstof
9. Uit welke lagen is een doorsnede van een boomstam opgebouwd?
Kernhout, spinthout, cambium, bast en schors.
10. In welke laag van een boomstam bevinden zich opgaande sapstromen en in welke neergaande?
Spinthout, laag met opgaande sapstroom. Bast, laag met neergaande sapstroom.
11. Wat is de functie van schors op een boomstam?
Beschermende functie
12. Wat kan een reden zijn voor een asymmetrische doorsnede van een boomstam?
De wind
13. Wat is vroeghout en hoe is dit opgebouwd?
In de groeiperiode gegroeid hout, duidelijk grote houtvaten.
14. Wat is laathout en hoe is dit opgebouwd?
In de rustperiode gevormd hout, vooral vezels en kleinere houtvaten.
15. Waarvoor dienen hout- of mergstralen?
Voedseltransport van bast naar kern/merg.
16. Wat is het verschil in celdeling bij dierlijke cellen en plantencellen?
Planten hebben celdeling door vorming van middellamel en dierlijke cellen hebben celdeling
door insnoering.
17. Wat betekent ‘verhouten’?
De cel wordt sterker
18. Hoe heten weefsels evenwijdig aan de stam?
Houtvezels
19. Hoe heten weefsels loodrecht op de stam?
houtstralen
20. Hoe heten stoffen die de gevoeligheid voor aantasting door schimmels en bacteriën bepalen?
Specifieke inhoudstoffen
21. Welke factoren bepalen onder andere de volumieke massa van hout?
De wanddikte van de cel, de vorming van steunweefsel, het percentage laathout per groeiring,
de hoeveelheid vaten en vezels, groeisnelheid en klimaat, houtsoort en vochtgehalte.
22. Wat betekent: hout is ‘hygroscopisch’?
neemt graag/ makkelijk water op
23. Wat is het verschil tussen vrij water en gebonden water?
Vrijwater zit in de celholten en ruimten tussen de cellen en gebonden water zit in celwanden.
24. Wat is het vezelverzadigingspunt van hout?
Het vochtgehalte waarbij het vrije water is verdwenen en het hout enkel nog het in de
celwanden gebonden water bevat.
25. Welke drie krimprichtingen kent hout?
Lengtekrimp, radiale krimp en tangentiële krimp
, 26. Hoe noem je het als het vochtgehalte van hout gelijk is aan het vochtgehalte van zijn omgeving?
Evenwichtsvochtgehalte
27. Wat is het hysteresis-effect?
Het verschil tussen het evenwichtsvochtgehalte van hout bij vochtopneming en vochtafgifte
28. In welke richting van het hout is de warmtegeleidingscoëfficiënt het grootst?
Lengterichting
29. Als je hout verwarmt, zet het uit of krimpt het dan?
Hout zet uit door verwarming maar dit is verwaarloosbaar, de krimp is groter.
30. Hoe verbeter je de brandwerendheid van hout?
Door hout chemisch te behandelen
31. Wat is volgens de vuistregel de droogtijd ‘aan de lucht’ van een stuk hout van 8 cm dik?
8 jaar droogtijd
32. Welke vijf methoden zijn er om hout kunstmatig te drogen?
Hogetemperatuurdroging, drogen bij constant stijgende temperatuur, lage temperatuurdroging,
vacuüm-droging en drogen met behulp van stoom.
33. Welke drie zaagrichtingen worden onderscheiden? Geef per richting twee benamingen.
Dwarsdoorsnede van de boom: Kops of transversaal
Langsdoorsnede over het hart van de boom: kwartiers of radiaal
Langsdoorsnede evenwijdig aan de boomas: dosse of tangentiaal
34. In welke richting kun je planken het beste zagen om krom trekken zoveel mogelijk te
voorkomen?
Kwartierzagen om krom trekken zoveel mogelijk te voorkomen
35. Uit welk gedeelte van de boomstam worden balken gezaagd?
Kernhout
36. Wat betekent ‘scheluw’?
Gedraaid
37. Wat zijn (k)ringscheuren en hoe ontstaan ze?
Volgens een jaarring verlopend, ze ontstaan bij een excentrische bladkroon, die bij wind gaat
draaien en dan wringing in de stam veroorzaakt.
38. Wat zijn vorstscheuren en hoe ontstaan ze?
Scheur die in een levende boom is ontstaan door spanning in de buitenste houtlagen ten
gevolge van vorst.
39. Hoe ontstaan kwasten?
Door ingroeien van een tak
40. Wat is het verschil tussen een vaste en losse kwast?
Vaste kwasten van levende takken, welke geheel met het hout van de stam is vergroeid. Losse
kwasten van tijdens de groei van de boom afgestorven takken, waarbij de groeiringen van de
stam niet in de tak doorgaan.
41. Wat zijn schietkwasten?
In hun lenterichting doorgezaagde, niet doorgaande kwasten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller WiesBekhuis. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for R108,60. You're not tied to anything after your purchase.