In dit document wordt een grote samenvatting gegeven van het gedeelte 'anatomie' voor de decentrale selectie van Geneeskunde op de universiteit van Utrecht, die plaatsvindt op 19 februari 2022.
Voor de mensen die het lastig vinden om te leren vanuit het Engels, dit is zo goed als een vertaling na...
A part of chapter 1, chapter 6, chapter 7 and chapter 8
December 16, 2021
43
2021/2022
Summary
Subjects
geneeskunde
selectie
decentrale selectie
2022
grays anatomy
anatomie
nederlands
utrecht
universiteit
selectiestof
bewegingsleer
hoofd en hals
anatomy
regional anatomy
samenvatting
universiteit utrecht
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
More summaries for
the nervous system lect 2
the skull lecture 2
Anatomy notes - Axilla, Arm & Cubital Fossa
All for this textbook (85)
Written for
Universiteit Utrecht (UU)
Geneeskunde
Decentrale Selectie Geneeskunde Utrecht 2022
All documents for this subject (15)
5
reviews
By: merelzwartjes • 2 year ago
By: manaarfaloun • 2 year ago
By: misscijn • 2 year ago
By: lottevanderkolk • 2 year ago
By: iqbalalkhwajah • 2 year ago
Seller
Follow
annevdzanden
Reviews received
Content preview
Geneeskunde selectiestof Anatomie
Hoofdstuk 1: the body:
What is anatomy?
Inleidende alinea’s
Anatomie omvat alle structuren op bruto en microscopisch niveau. Meestal wordt er
macroscopische anatomie bedoelt. Microscopische anatomie, ook wel histologie genoemd,
is de studie van cellen en weefsel mbv micoscopen.
Anatomie is de basis van geneeskunde. Alles waarbij de behandeling van de patient
betrokken is, is anatomie belangrijk.
Observatie en visualisatie zijn de primaire technieken die een student moet gebruiken om
anatomie te leren. Visualiseren gaat veel verder dan uit het hoofd leren. Een goed begrip van
de anatomie is een vereiste om terminologie te onthouden.
Hoe kan grove anatomie bestudeerd worden?
Anatomie is afgeleid van het Griekse woord tenmein, dat “snijden” betekent.
Anatomie kan worden bestudeerd volgens een regionale of een systemische benadering:
- Bij een regionale benadering wordt elke regio van het lichaam apart bestudeerd en
worden alle aspecten van die regio tegelijkertijd bestudeerd (bijv de thorax, dus ook
de bloedvaten, zenuwen etc.). Werkt goed als de anatomiecursus kadaverdissecties
omvat, maar niet om de continuïteit van een heel systeem te begrijpen.
- In een systematische benadering wordt elk systeem van het lichaam bestudeerd en
gevolgd door het hele lichaam (bijv. cardiovasculaire systeem of zenuwstelsel).
Hierbij is het erg moeilijk om het direct te coördineren met kadaverdissectie.
Belangrijke anatomische termen
De anatomische positie is de standaardreferentie positie van het lichaam die wordt gebruikt
om de plaats van structuren te beschrijven.
Anatomische stand: rechtop, voeten bij elkaar, gezicht naar voren, mond gesloten, ogen
open iets gericht in de verte, handpalmen naar voren, vingers tegen elkaar, duimkussentjes
zijn 90 graden gedraaid ten opzichte van de kussentjes van de vingers.
De coronale vlakken zijn verticaal, verdeeld het lichaam in anterieur en posterieur
De sagittale vlakken zijn ook verticaal, maar staan loodrecht op de coronale vlakken, ze
verdelen het lichaam in rechts en links (saggitale middenvlak).
Het transversale/horizontale/axiale vlak verdeelt het lichaam in een boven en onder
lichaam.
Anterior (ventraal) → voorkant van het lichaam
Posterior (dorsaal) → achterkant
Mediaal en lateraal → erbuiten is lateraal, erbinnen is mediaal (neus mediaal aan oren)
Superior en inferior → erboven is superior en eronder is inferior
,Proximaal en distaal → distale dingen komen verder weg voor naar de uiteinden, proximale
takken zitten dichterbij de oorsprong
Craniaal en caudaal → craniaal naar het hoofd toe, caudaal naar de staart toe
Rostraal → positie van een structuur ten opzichte van de neus (vooral voor het hoofd)
Oppervlakkig en diep → relatieve positie ten opzichte van de oppervlakte van het lichaam
,Body systems:
Het skelet:
Het skelet kan verdeeld worden in 2 groepen:
- Axiale skelet → bestaat uit beenderen van de schedel (cranium), de wervelkolom, de
ribben en het borstbeen
- Appendiculaire skelet → bestaat uit de beenderen van de bovenste en onderste
ledematen
Cartilage (kraakbeen):
Kraakbeen is een avasculaire vorm van bindweefsel dat bestaat uit extracellulaire vezels
ingebed in een matrix die cellen bevat die gelokaliseerd zijn in kleine holten. De hoeveelheid
en het soort extracellulaire vezels in de matrix varieert naargelang het type kraakbeen. In
gebieden die zwaar belast worden is de hoeveelheid collageen sterk verhoogd en is het
kraakbeen bijna onrekbaar.
Functies van kraakbeen:
- Ondersteunen van zachte weefsels
- Bieden van een glad, glijdend oppervlak voor botverbindingen in gewrichten
- Ontwikkeling en groei van lange beenderen mogelijk maken
Drie soorten kraakbeen:
- Hyaline (hyalien) → komt het meest voor, matige hoeveelheid collageenvezels (zit bv
op gewrichtsoppervlakken van beenderen)
- Elastische-matrix → collageenvezels en een groot aantal elastische vezels (oor)
- Fibrocartilage-matrix → beperkt aantal cellen en grondsubstantie, aanzienlijke
hoeveelheid collageenvezels (tussenwervelschijven)
Kraakbeen wordt gevoed door diffusie en heeft geen bloedvaten, lymfevaten of zenuwen.
Bone (bot):
Bot is een verkalkt, levend, bindweefsel dat het grootste deel van het skelet vormt.
Het bestaat uit een intercellulaire verklakte matrix, die ook collageenvezels bevat, en
verschillende soorten cellen binnen de matrix.
Botten fungeren als :
- Ondersteunende structuren voor het lichaam
- Beschermen vitale organen
- Reservoirs van calcium en fosfor
- Hefbomen waarop spieren werken om beweging te produceren
- Containers voor bloedproducerende cellen
2 soorten bot:
- Compact bot → dicht bot dat de buitenste schaal van beenderen vormt en
sponsachtig bot omringt
- Sponsachtig bot (trabeculair of spongieus) → bestaat uit spiculi van bot die holten
omsluiten waarin zich bloedvormende cellen (merg) bevinden
De botten worden ingedeeld naar vorm:
- Lange beenderen → buisvormig (opperarmbeen)
- Korte beenderen → kubusvormig (beenderen in pols en enkel)
, - Platte botten → twee compacte blotplaten, gescheiden door sponsachtig bot
(schedel)
- Onregelmatige botten → botten met verschillende vormen (gezicht)
- Sesam (sesamoid) beenderen → ronde of ovale beenderen die in pezen uitgroeien.
Extra bot met geen functie
Botten zijn vasculair en worden geïnnerveerd. Een aangrenzende slagader geeft een
voedingsslagader af, 1 per bot, die rechtstreeks de inwendige holte van het bot binnendringt
en het merg, het sponsachtige bot en de binnenste lagen van het compacte bot bevoorraadt.
Alle beenderen zijn uitwendig bedekt, behalve in het gewrichtsgebied waar
gewichtskraakbeen aanwezig is, door een vezelig bindweefsel dat het periost wordt
genoemd en dat de unieke eigenschap heeft om nieuw bot te vormen. Een bot dat van zijn
periost is ontdaan, zal niet overleven. De meeste zenuwen die met de voedingsslagader naar
de binnenholte gaan, zijn vasomotorische vezels die de bloedstroom regelen. Het bot zelf
heeft weinig sensorische zenuwvezels. Het periost wel, en is zeer gevoelig voor verwonding.
Alle beenderen komen voort uit msenchym door oftewel intramembraneuze ossificatie,
waarbij mesenchymale moddelen van beenderen ossificatie ondergaan, ofwel
endochondrale ossificatie, waarbij kraakbenige moddelen van beenderen uit mesenchym
worden gevormd en ossificatie ondergaan.
Joints (gewrichten):
De plaatsen waar twee skeletelementen samenkomen,
worden gewrichten genoemd.
2 algemene categorieën:
- Skeletelementen zijn gescheiden door een holte
(synoviale gewrichten)
- Er is geen holte, onderdelen worden
samengehouden door bindweefsel (vaste
gewrichten)
Synoviale gewrichten:
Zijn verbindingen tussen skeletonderdelen waarbij de
betrokken elementen gescheiden zijn door een nauwe
gewrichtsholt. Ze hebben ook nog een aantal
karakteristieke kenmerken.
Ten eerste bedekt een laag hyalien kraakbeen de gewrichtsoppervlakken van de
skeletelementen. De oppervlakken komen dus normaal niet rechtstreeks met elkaar in
contact.
Een tweede kenmerk is de aanwezigheid van een gewrichtskapsel (joint capsule) dat bestaat
uit een binnenste synoviaal membraan en een buitenste vezelachtig membraan.
- Het synoviaal membraan hecht zich aan de randen van de gewrichtsoppervlakken op
het grensvlak tussen het kraakbeen en het bot en omsluit de gewrichtsholte. Het is
zeer vasculair en produceert synoviaal vocht, wat de gewrichtsoppervlakken smeert.
Gesloten zakjes van synoviaal membraan komen ook buiten de gewrichten voor,
waar zij synoviale bursae (komt voor tussen strucuteren bv bot en pees, verminderen
wrijving) of peesscheden vormen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annevdzanden. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for R197,35. You're not tied to anything after your purchase.