Innovation Organisation And Entrepreneurship (441081B6)
All documents for this subject (4)
Seller
Follow
ilvademeijer
Reviews received
Content preview
Hoorcolleges
Hoorcollege 2
The innovation environment (continued) context
Firm survival
De gemiddelde organisatie bestaat niet langer dan de gemiddelde mens. Verklaring van firm survival
rates:
- Using an evolutionary lense:
o Darwin was right: ‘neither strength or intelligence guarantees survival’ → sterkte en
intelligentie garandeert geen overleven, je moet je kunnen aanpassen
o Only adaptation can do that
▪ → sterkte en intelligentie garandeert geen overleven, je moet je kunnen aanpassen
- So what separates the few successful firms from the thousands that fail?
Types of innovations
Buiten geluk, is het de Ability to innovate dat de organisaties onderscheid. Er zijn verschillende types
van innovatie: product (goederen en diensten) en proces (technologisch en organisatorisch)
innovatie. Deze kunnen weer onderscheiden worden in goederen en diensten. Technologisch en
organisatorisch. Iets is een innovatie als het een invention (uitvinding) is en commercialised.
Innovatie is afhankelijk van de context.
o Iets kan innovatief zijn voor de ene organisatie en niet voor de andere organisatie
o Innovatie is relatief aan tijd en ruimte --> is een relatief concept
Improvement (verbeteren) vs. Renewel (vernieuwen):
Improvement/ incremental:
- Evolutionary: incremental
- ‘leidend motief: we can always improve (more of the same: 1st order solutions)
- Focus: management of operations (efficiency)
- Dominant role of planning and control
- Bv.: total quality management → Total quality management is een managementstroming die
gericht is op voortdurende verbetering van algemene bedrijfsprestaties, en een focus legt op
het voldoen aan klanteisen en de bedrijfsstrategie
- Bestaand product verbeteren, kleine veranderingen
Renewal/radical
- Revolutionary: ‘jumps’
- Leidend motief: crisis- we have to change (first change, then improve: 2nd order)
- Focus: management of opportunities (resource leverage: NPD/NBD)
- Focus on creativity and entrepreneurship
- E.g.: internet, cars and airplanes
- Grote inspanningen die een groot verschil maken
,What are the consequences of incremental vs. radical innovations?
Improvement/incremental:
- Bron van korte termijn financiele omzet -- Source of short-term financial revenue
- Geen garantie voor lange-termijn organisatie survival - NO guarantee for long-term survival
Renewal/radical:
- Bron van lange termijn financiele kosten -- Source for long-term financial costs
- Noodzakelijk voor lange termijn firm survival -- Necessary for long-term survival
A closer examination of the innovation environment:
An evolutionary pattern of innovation
- Article Abernathy and Utterback → hoe veranderen producten over tijd (product lifecycle/S-
curve)
Technological discontinuities
- Article Tushman and Anderson
*verklaar verschil innovation en organizational change
o Als iets nog niet nieuw is in de wereld moet het wel een organizational
change zijn en geen innovation
o Veranderingen die steeds terug komen, zijn dus geen innovatie, ze komen
steeds terug
• De wereld kent het al
o Innovatie voor een organisatie hoeft niet nieuw te zijn voor de wereld.
• Goed kijken naar de context van de organisatie
o Als je het voor de eerste keer aanpast --> zoals decentralisatie, is het wel een
innovatie
• Verander je dit nog een keer dan is het geen innovatie meer
Product life cycle/S-curve
Abernathy en Utterback hebben een cycle ontwikkeld op basis van empirisch onderzoek. → een
nieuw product heeft veel tijd en innovatie nodig. Je weet nog niet precies wat dit product nodig
heeft. Een nieuw product heeft veel nodig, levert weinig op en dit verandert over tijd met
verzadigingpunten)
!!
Als er eenmaal besloten is wat een product is en hoe het eruit zou moeten zien:
- Organisaties zoeken niet langer naar een nieuw product maar kopieren een forminnovat
waarvan ze nu weten hoe het werkt en wat ze moeten doen. Ze bouwen dit dan uit.
!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!
,*Why can’t we expect product innovations after the dominant design?: product innovaties zullen
waarschijnlijk het dominante design niet outperformen.
Fases van de product life cycle:
Fluid phase
- Innovation emphasis: functional product performance
- Stimulated by: technologische mogelijkheden
- Type of innovation: frequent product veranderingen
- Process: general, flexible maar inefficient
- Size of organization: kleinschalig (smaal-scale)
- Organizational control: informal, entrepreneurial
In het begin wil je een flexibel proces zodat het nog snel dingen aan kan passen. Later wil je minder
flexibele processen en wil je meer efficiëntie en alles optimaliseren.
Transitional phase
- Innovation emphasis: product optimization and variation
- Stimulated by: gebruikers en technologische mogelijkheden
- Type of innovation: large process changes
- Process: more specialized, less flexible but more efficient
- Size of organization: medium-scale
- Organizational control: project teams
Specific phase
- Innovation emphasis: process optimization (cost reduction)
- Stimulated by: cost pressure and improving quality
- Type of innovation: incremental process changes
- Process: highly efficient, but inflexible
- Size of organization: large-scale
- Organizational control: formal, rules, structures
Vaak incrementele veranderingen want kleine veranderingen zorgen voor lagere kosten en/of meer
efficiëntie. Er zijn vaak duidelijke processen voor innovatie.
Dus Fluid: er zijn technologische mogelijkheden dus er worden veel product veranderingen gedaan.
Proces is flexibel maar inefficiënt. De organisatie is kleinschalig, informeel en entrepeneurial.
Dus Transitional: er wordt gestreefd naar product optimalisatie. Er zijn grote process veranderingen
door gebruikers en technologische mogelijkheden. De organisatie is medium groot en er zijn veel
project teams. Er is meer specialisatie, minder flexibel maar iets efficiënter.
Dus specific: proces optimalisatie en kosten vermindering. Incrementele process innovaties. Veel
efficiëntie maar niet flexibel. Grote organisaties met veel regels en structuur.
What are organizational implications? (wat brengt het met zich mee)
Fluid phase
- Frequent redefinition of tasks
- Limited hierarchy
- High lateral communication
→organic structure and adaptability (high environmental uncertainty).
, Specific phase
Strong emphasis on
- stable tasks
- more hierarchy (coordination and control)
- top-down communication. (hierarchy)
→ Mechanistic structure → high predictability (low environmental uncertainty).
What are the organizational implications? From fluid to specific
- Structure: from informal to formal
- Organizational behavior: from flexible and responsive to rigid and predictable
- Power: from entrepreneurs to managers
- Orientation: from external to internal
*During the development of a new industry the most innovations take place at established firms that
join the new industry?
*during the development of a new industry it is most appropriate to focus on product innovation
when revenue is increasing?
What are technological discontinuities?
Veel bedrijven die het bij VHS goed deden, deden het daarna ook goed bij DVD. Dit komt doordat het
verder ging op dezelfde technologie. Bij on demand verandert dit omdat het om nieuwe technologie gaat.
- Competence enhancing:
o Large improvements in price/performance
o Builds on existing knowledge
o New products or new processes
➔ Rich get richer: established players benefit
- Competence destroying:
o Large improvements in price/performance
o Existing knowledge becomes obsolete (verouderd)
o Entirely different knowledge and competencies
➔ Rich get poor(er): new entrants benefit
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ilvademeijer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for R126,44. You're not tied to anything after your purchase.