100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Verdiepende opdrachten Klinische Ontwikkelingspsychologie R55,94   Add to cart

Other

Verdiepende opdrachten Klinische Ontwikkelingspsychologie

 36 views  8 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

In dit bestand staan mijn antwoorden op de verdiepende opdrachten 1 t/m 6 inclusief de vragen. Hierdoor is in één document overzichtelijk de verdiepende vragen na te lezen over het openvragen tentamen. Ik heb voor alle 6 de verdiepende opdrachten 1/1 punt ontvangen.

Preview 3 out of 20  pages

  • April 7, 2023
  • 20
  • 2022/2023
  • Other
  • Unknown
avatar-seller
Verdiepende opdrachten cursus
Klinische
Ontwikkelingspsychologie


Inhoud

Verdiepende opdracht 1 (Autisme Spectrum problematiek)..................................................................2

Verdiepende opdracht 2, ADHD en leerproblemen................................................................................5

Verdiepende opdracht 3: ADH(D) en gedragsproblemen.......................................................................8

Verdiepende opdracht 4 differentiaal diagnose....................................................................................11

Verdiepende opdracht 5 – eetproblematiek.........................................................................................14

Verdiepende opdracht 6: verklaringsanalyse en indicatieanalyse........................................................17

,Verdiepende opdracht 1 (Autisme Spectrum
problematiek)
Casus: Tomas van 10 is gediagnosticeerd met autismespectrum stoornis. Hij lijkt het gedrag en de
emoties van anderen vaak niet goed te begrijpen. Als iemand bijvoorbeeld verdrietig is, dan
reageert hij niet, of niet op de juiste manier. Ook heeft hij moeite om in een gesprek aan te sluiten
op hetgeen de ander zegt en begint dan maar te praten over wat hij zelf interessant vindt (treinen
en wegenkaarten). Hij praat daar dan steeds over door, ook als dat niet past bij de situatie of als de
ander daar niet in geïnteresseerd is. Hij kan dan ook moeilijk schakelen naar een ander onderwerp
andere taak van de leerkracht. Spelen met anderen, vooral als daar impliciete regels gelden, vindt
hij erg moeilijk en eindigt meestal in onbegrip, ruzie en frustratie. Soms flapt Tomas er zomaar
ongepaste of botte opmerkingen uit, maar hij heeft niet door dat de anderen dit niet leuk vinden.
Hij wordt vaak gezien als ‘raar’ of ‘brutaal’. Hij heeft geen echte vriendjes en zit vaak alleen. Thuis
is er sprake van een vaste volgorde in het ochtendprogramma en bij het eten, want als dat niet zo
is, dan raakt hij overstuur. Op school heeft hij moeite met instructies van de leerkracht, vooral als
die wat langer zijn of als niet alle dingen die hij moet doen expliciet zijn vermeld. Hij vindt het
lastig om zijn werk te organiseren en hij weet vaak niet hoe hij moet beginnen.


1. De moeder van Tomas wil heel graag begrijpen wat er mis is met Tomas en waar zijn gedrag vandaan
komt. Leg in begrijpelijke taal aan haar uit hoe je vanuit de drie belangrijke cognitieve
verklaringstheorieën (‘Central Coherence’, en ’Executive Functions’ en ‘Theory of Mind’) de specifieke
gedragingen van Tomas kunt verklaren. Laat uit je uitleg blijken dat je begrijpt wat deze theorieën
inhouden. Soms kan hetzelfde gedrag vanuit meerdere theorieën worden verklaard; geef daarom per
theorie aan welke gedragskenmerken daarmee kunnen worden verklaard en hoe. Probeer alle
problemen te verklaren. Tip: geef dus NIET de beschrijving van de theorie in het algemeen, maar pas
hem toe op Tomas. Dus WEL: wat kan hij volgens die theorie niet en hoe verklaart dat zijn specifieke
probleemgedrag?

Tomas heeft autisme en ik zou u graag uitleggen waar zijn gedrag vandaan komt. Er is niks mis
met Tomas, maar wanneer je autisme hebt zijn er dingen die soms wat moeilijker zijn. Kinderen
met autisme hebben moeite met de sociale aspecten van taal en het inbeelden in anderen. Dit
noemen we ‘Theory of Mind’. Dit is bij Tomas terug te zien in dat hij emoties van andere niet
ziet en hierom er niet of op de juiste manier op reageert. Voorbeelden van sociale aspecten van
taal is het aansluiten op gesprekken van andere en dat kan verklaren waarom Tomas liever over
eigen onderwerpen praat ook als het niet bij de situatie past. Hij ziet dan ook niet wanneer de
andere geïnteresseerd is in zijn gesprek of de dingen die hij zegt niet leuk worden gevonden
door andere. Ook het doorhebben van impliciete regels kan hieruit verklaard worden, omdat hij
het sociale aspect hiervan niet door heeft. Doordat hij dan zelf niet ziet wat hij fout doet en dat
voor andere kinderen heel duidelijk is kan dit tot frustratie en onbegrip leiden. Dit is hetzelfde
wanneer de leraar dingen niet expliciet benoemd.

De problemen op school kunnen verklaard worden doordat Tomas brein iets anders in elkaar
steekt. Het hersengebied wat andere gebieden aanstuurt werkt soms iets anders en daarom zijn
bepaalde dingen als het plannen. Dit noemen we executieve functies. Dit komt naar voren in de
moeilijkheden om het werk te organiseren en vinden waar hij moet beginnen. Ook vind zijn

, brein het lastiger om te schakelen tussen opdrachten hierdoor of impulsen te onderdrukken in
de vorm van dingen er zomaar uit flappen. Doordat zijn brein zo veel moeite heeft met dingen
aansturen is het fijn wanneer er routine en structuur is. Dan hoeft zijn hoofd niet zo hard te
werken of de afwijking van routine te verwerken. Wanneer dit wel gebeurd klopt het voor zijn
gevoel niet meer in zijn hoofd en raakt hij overstuur.

Hiernaast kunnen kinderen met autisme ook één ding super goed en dat is het focussen op
details. Hierdoor kunnen ze helaas alleen wel is het grotere geheel niet zien. Dit noemen we
central coherence. Ook dit kan er voor zorgen dat het lastig is om ergens te beginnen als je
alleen maar puzzelstukjes ziet en niet de hele puzzel. Zeker als de uitleg wat langer is en je op
die manier heel veel stukjes verzameld. Doordat hij het grotere geheel niet ziet is het ook lastig
om te bedenken wat hij moet doen wanneer iets niet expliciet vermeld is, omdat hij niet ziet
wat erbij hoort.

2. Het is bekend dat gedragstherapie bij ASS het beste helpt als die in alle settingen (in de kliniek, thuis
door ouders, op school door leerkracht) op dezelfde manier wordt gegeven.
a. Waarom is dat vooral bij ASS heel belangrijk?
b. Met welk cognitief probleem, horend bij één van de genoemde cognitieve verklaringstheorieën (uit
vraag 1) heeft dat te maken?

a. Door de geleerde dingen in therapie in meerdere contexten op een gestructureerde
manier toe te passen zal er makkelijker een transfer plaatsvinden. Dezelfde manier bied
een structuur die kinderen met ASS nodig hebben.
b. Dit sluit aan bij de te korten/ andere manier van werken in executieve functies


3. De schoolpsycholoog geeft de leerkracht van Tomas twee tips: (1) Werken met picto’s voor complexere
schooltaken en (2) vaker open vragen aan Tomas stellen in plaats van gesloten vragen (te beantwoorden
met slechts ‘ja’ of ‘nee’).
a. Waarom denk je dat ze deze 2 tips geeft, bij welke moeilijkheden sluiten deze aan?
b. Hoe passen deze tips dit bij een (of meer) van de verklarende theorieën?



1. De picto’s sluiten aan bij de executieve functies. Doordat het soms lastig is om taken te
organiseren en te vinden hoe hij moet beginnen. Hiernaast sluit deze manier aan bij central
coherence. Doordat het brein vaak focus op details kan iets complex in kleinere stukken opdelen
helpen bij de manier waarop kinderen met ASS de wereld zien.
2. Het stellen van open vragen is iets wat voor kinderen met ASS lastig kan zijn. Doordat zij vaak
in details denken (central coherence) kan het lastig zijn om hier een samenhangend verhaal van
maken. Door open vragen te stellen wordt dit getraind. Hiernaast komt door het gebruik van
open vragen een gesprek op gang en kan het kind oefenen met de sociale aspecten van taal
(ToM). Let er wel op dat je geen abstracte en vagere open vragen gebruikt voor het kind, want
dit kan lastig zijn.


4. Bedenk ten minste 1 tip of aanpak die de leerkracht kan inzetten (bijv. bij de instructie van een taak of in
de klas in het algemeen) om Tomas te ondersteunen bij het uitvoeren van zijn schoolwerk. Leg ook uit
waarom je verwacht dat dit Tomas zou kunnen helpen op basis van de theorie.

1. Isaac vertelt dat hij in paniek raakt wanneer hij iets niet snapt. Door dit niet in
externaliserende problematiek te uiten heb ik de volgende oplossing bedacht. Doordat

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying this summary from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller stuuudje. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy this summary for R55,94. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77254 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy summaries for 14 years now

Start selling
R55,94  8x  sold
  • (0)
  Buy now