100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting inleiding tot Macro-economie R224,53   Add to cart

Summary

Samenvatting inleiding tot Macro-economie

 64 views  4 purchases
  • Course
  • Institution

Dit document omvat alle lessen van het vak macro-economie. Hiernaast vind je op het einde van het document een aantal oefeningen die ook in de lessen aan bod zijn gekomen

Last document update: 1 year ago

Preview 4 out of 110  pages

  • May 22, 2023
  • May 27, 2023
  • 110
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting macro-economie

Module 1: introductie

Wat is macro-economie?


 Micro = hoe individuele bedrijven beslissingen nemen (i.e. bedrijven en consumenten)
 Meso = op sector-niveau (bv. de industrie, het onderwijs)
 Macro = hoe al deze beslissingen van individuele mensen samenkomen en dé economie vormen




 Mankiw & Taylor: “macroeconomics is the study of economy-wide phenomena”, including
inflation, unemployment and economic growth.
 Macro-economie bestudeert hoe alle economische beslissingen die individuele
bedrijven/consumenten/spaarders/werkgevers/ werknemers maken samenkomen en het
economische systeem vormen. Vb.: inflatie, werkloosheid, economische groei van een land,…
 Meestal op het niveau van een land of regio.

 2 grote stromingen:
 Lange termijn vragen vb.: groei van landen  waarom landen zo rijk zijn en andere zo arm
 Korte termijn bv. conjunctuur, inflatie, werkloosheid

 Artikel: België ontsnapt aan recessie
 Recessie is macro-economisch fenomeen dat eerder op korte termijn is

Wat is het nut van macro-economie?

 Leerdoelen:
- Macro-economische concepten als BBP, groei, inflatie en werkloosheid kennen en weten hoe
deze berekend worden
- Cijfers kunnen opzoeken omtrent deze macro-economische concepten kunnen opzoeken en
interpreteren

 Nut voor toekomstige bedrijfseconomen:
 Berichtgeving over macro-economische situatie kunnen volgen en begrijpen wat dit
mogelijks betekend voor individuele bedrijven en consumenten
Bv. de impact van een recessie op verkoop
Bv. de impact van inflatie op kosten

 Controverse:

,  Macro-economen zijn goed in het verklaren van het verleden maar niet goed in het
voorspellen van de toekomst
 Vb.: artikels: dan toch geen recessie voorspeld, waarom economen de inflatie niet zagen
aankomen

 Hoe komt dat? Macro-economie is een sociale wetenschap  bestudeert mensen  mensen
zijn onvoorspelbaar
 Mensen leven in een wereld waarin deze mensen leven en beslissingen maken verandert
 Verschillende economische stromingen hebben verschillende vertrekpunten
 een econoom in 1830 gaat niet hetzelfde idee hebben als iemand in 2011
 dus economen beïnvloed door de tijd, periode waarin ze leefden en hebben hun eigen
ideologie

Economische stromingen

Grondlegger economie = Adam Smith

 Nog geen sprake van “Economie” of opsplitsing micro & macro
 Hield zich wel bezig met macro-economische vragen: Waarom zijn sommige landen arm en
andere rijk?
 Economische groei (grote vraag van de economische groei)

De industriële revolutie

 2 tegenovergestelde stromingen:
 Marxisme
 Kapitalisme is de oorzaak van economische crisissen en de extreme armoede
 Oostenrijkse school
 De markt werkt perfect in een markttransactie winnen alle partijen
 de enige reden waarom er bv werkloosheid is, is door vakbonden die de lonen artificieel
hoog houden, moesten die vakbonden er niet zijn zou iedereen betaald worden waarin hij/zij
productief waard is en zou iedereen beter af zijn

De crisis van de jaren ’30 (massale werkloosheid)

 John Maynard Keynes
 Econoom die op dat moment werkte voor de Britse overheid
 Deze niveaus van werkloosheid kan niet enkel en alleen verklaard worden door vakbonden
die het moeilijk maken, dit is een bewijs dat markten niet automatisch voor iedereen dat wilt
werken een job heeft
 Hij zegt dat door deze werkloosheid er een risico is om een vicieuze cirkel te hebben: mensen
zijn werkloos en hebben geen inkomen, kunnen dus ook geen goederen en diensten kopen
waardoor dat de vraag naar goederen en diensten voor bedrijven gaan dalen, die bedrijven
gaan genoodzaakt zijn om mensen te gaan ontslaan, meer mensen die werkloos zijn enz…
 Oplossing volgens Keynes om uit vicieuze cirkel te geraken: De overheid die de economische
vraag moet aanzwengelen, dus de overheid moet zelf producten en diensten gaan aankopen
zodat er mensen tewerkgesteld gaan worden
 Vb.: overheid moet zelf in tijden van crisis nieuwe wegen aanbouwen, …
 Wordt gezien als grondlegger van de macro-economie en economisch beleid

,  eerste die zegt dat al die micro-economische beslissingen samen vormen geen perfect
harmonisch geheel, er bestaat een macro-economie waar zaken niet uit zichzelf op zijn plaats
komen
 Ook eerste die pleit voor een macro-economisch beleid van overheden
 Volgelingen worden “Cambridge School” genoemd



Jaren ’70 = stagflatie (= werkloosheid en inflatie op dezelfde moment toenemen)

 Niet te rijmen met ideeën Keynes
 want Keynes zegt: werkloosheid komt omdat er minder vraag is, maar als er minder vraag is
dan kan er ook nooit inflatie zijn (inflatie is wanneer vraag groter is dan het aanbod en dat de
prijzen stijgen)  Keynes had hier geen verklaring voor

 Opkomst monetarisme
 nieuwe economische stroom
 zeggen dat de hoofdoorzaak van inflatie niet zozeer de vraag is, maar wel het feit dat er te
veel geld in omloop is in de economie
 de centrale bank heeft te veel geld gecreëerd heeft en daardoor de werkelijke waarde van
zaken veranderd heeft, maar hoeveel mensen willen betalen voor iets niet veranderd
 Geldhoeveelheid bepaald inflatie

 Binnen monetarisme 2 stromingen
 Chicago school
 Friedman
 anti alle dingen dat Keynes hiervoor zei
 voornamelijk gelinkt aan het neo-liberalisme en stellen dat de overheid absoluut niet mag
tussen komen in markten, het feit dat de centrale bank te veel geld in de economie gepompt
heeft is de aanleiding geweest tot de stagflatie van de jaren 70

 Nieuw Keynesiaanse school
 geloven ook in het idee dat de inflatie veroorzaakt wordt door te veel geld in omloop maar
terzelfdertijd zeggen ze ook dat de markt uit zichzelf niet perfect zijn (vb. als prijzen stijgen
loon ook maar je krijgt dat nooit meer naar beneden)
 want in een perfect werkende markt als de inflatie weer daalt, moeten de lonen ook weer
dalen
 mensen zouden dit niet aanvaarden, dus sticky wages overheidsinterventies nodig om ervoor
te zorgen dat die markten gecorrigeerd worden op de momenten dat die niet perfect werken

Na de crisis van 2008  nieuwe theorieën

 >10 jaar lage groei en lage inflatie (ondanks dat de centrale banken gigantisch hoeveelheid geld
in het economische systeem gepompt hebben)
 Moderne monetaire theorie
 als je een land bent met een sterke munt (vb.: euro) kan je eigenlijk geld bij printen zoveel als
je wilt en dan gaat dat niet direct tot inflatie leiden want er zijn altijd genoeg landen die toch
uw dollar of uw euro gaan kopen als reservemunt
 Hevig bekritiseerd
 Sinds 2021 terug hoge inflatie

, Theorie en empirie

 Binnen economie ook theorie en empirie
 verwachtingen van hoe de economie zich gaat gedragen (theorie)  deze aftoetsen met de
realiteit (empirie)
 tegenspreken nieuwe thoerie




Macro-economie voor bedrijfskunde

 Tijdens dit semester
 Basisconcepten van de macro-economie
 Verschillende macro-economische theorieën begrijpen
 Macro-economische berichtgeving volgen
 Macro-economische theorieën staven met eenvoudige empirische voorbeelden
Module 2: BBP & Inflatie

De Macro-Economische kringloop

 Alle consumptie-beslissingen van huishoudens en productie-beslissingen van bedrijven komen
samen in de economische kringloop

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying this summary from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jannesomers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy this summary for R224,53. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80364 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy summaries for 14 years now

Start selling
R224,53  4x  sold
  • (0)
  Buy now